Sinds september 2020 wint Frisia Zout BV zout van onder de Waddenzee, voor de haven van Harlingen. De grote bodemdalingsschotel die daardoor ontstaat geeft aan de rand, in de haven van Harlingen, nog 2 cm bodemdaling.
In 2014 vroeg de vereniging Oud Harlingen de gemeenteraad om niet aan de zoutwinning mee te werken 'totdat onomstotelijk vaststaat dat die geen bedreiging kan vormen voor het monumentale Harlinger erfgoed.' Toen die brief geen effect had organiseerde de vereniging een bijeenkomst met particuliere huiseigenaren, rentmeesters van kerken en plaatselijke, provinciale en landelijke erfgoedorganisaties.
Dat overleg leidde tot de oprichting van de Stichting Bescherming Historisch Harlingen. Doel van de nieuwe stichting is alle soorten schade te voorkomen: materiële schade aan panden, maar ook emotionele en psychische schade, bedrijfsschade én imagoschade aan Harlingen als monumentenstad.
Zoutbedrijf Nobian mag in de gemeente Haaksbergen zout winnen op voorwaarde dat de omgeving meeprofiteert van de winst van het zoutbedrijf. Nobian stort € 1,50 euro per ton zout in een zogeheten omgevingsfonds. Dat komt voor de gemeente Haaksbergen neer op 3,75 miljoen euro per jaar.
Dat riep vragen op in Enschede en Hengelo, waar Nobian al meer dan een eeuw naar zout boort. "Naar mijn weten is er nooit zo'n omgevingsfonds ingesteld voor onze gemeente", zei het Enschedese raadslid Peter Brouwer vorig jaar. Dat gebeurt nu alsnog: eind 2026 komt Nobian met een eenmalige bijdrage van 1 miljoen euro. Daarnaast krijgen beide gemeente naar voorbeeld van Haaksbergen een eigen, onafhankelijk omgevingsfonds. Nobian stelt deze vrijwillig in. Naar verwachting gaat het om bijna 2 miljoen euro voor Enschede en Hengelo samen, zolang de zoutwinning duurt. "De lokale gemeenschap moet niet alleen delen in de lasten, maar ook in de lusten", stelt Nobian.
Moet de staatssecretaris van Natuur alsnog ingrijpen bij de gas- en zoutwinning onder de Waddenzee? Rond oktober kan hierover een uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland worden verwacht.
De Waddenvereniging wil dat de rijksoverheid ingrijpt vanwege een KNMI-rapport over de versnelling van de stijging van de zeespiegel. De minister wees dat verzoek eerder af maar de vraag is, volgens rechter Ruud Vucsán, of een oordeel niet de primaire verantwoordelijkheid is van de bewindspersoon die de kwaliteit van de natuur moet bewaken. Dat is niet de minister (die Mijnbouw in portefeuille heeft), maar de staatssecretaris van Natuur. Deze kan zelfstandig ingrijpen bij onzekerheid over de gevolgen van delfstofwinning voor de natuur.
Drie rechters gaan nu beoordelen of er juridisch onjuist is gehandeld, of dat terecht is volstaan met het aanstellen van een expertgroep die de nieuwste wetenschappelijke inzichten gaat verwerken in een nieuw gebruiksruimtebesluit.
Ondanks een negatief advies van het Staatstoezicht op de mijnen (SodM) besloot demissionair minister Hermans van Klimaat en Groene Groei in juni dat zoutwinner Nobian bij Veendam nog 10 jaar mag doorgaan met zout winnen. Deze week gaf ze hetzelfde bedrijf toestemming ook bij Heiligerlee tot 2035 door te gaan, ondanks wederom een negatief advies van SodM.
De bodemdaling door de zoutwinning is relatief klein en gaat waarschijnlijk geen problemen opleveren. SodM is wel bang voor lekkages als er steeds meer zout uit de cavernes wordt gehaald. Verder is Staatstoezicht bezorgd over de fase ná de winning. De cavernes worden dan met grote cementpluggen afgesloten, maar volgens het SodM is onduidelijk of deze methode op termijn veilig is. Het risico op scheurvorming, waarbij pekel ongecontroleerd in de ondergrond kan lekken, wordt volgens het SodM te licht opgevat. De provincie Groningen, de betrokken gemeenten en het waterschap delen die mening.