In opdracht van de 'Staat van de Uitvoering' schreven universitair docenten mr.dr. G.S.A. Dijkstra en prof.dr. F.M. van der Meer 'Van euforie tot misère: wat valt er te leren uit ‘affaires’?' De Staat van de Uitvoering is een interdepartementaal project over de ernstige problemen in de uitvoering van overheidsbeleid, met als gevolg een groot aantal gedupeerden.
De auteurs analyseren de vastgelopen afhandeling van de aardbevingsschade Groningen en vergelijken die met andere 'affaires' zoals de vuurwerkramp in Enschede, mijnbouw in andere gebieden dan Groningen, de Toeslagenaffaire en het Post Office-schandaal in het Verenigd Koninkrijk. Welke lessen kan de 'systeemverantwoordelijke' overheid hieruit trekken? En hoe kom je tot een adequate afhandeling in het geval opnieuw - bijvoorbeeld door de zoutwinning bij Harlingen - grootschalig schade zou ontstaan?
Het negatieve advies van de Raad van State, eerder deze maand, over één wet rond mijnbouwschade overtuigt niet, stellen universitair docenten Dijkstra en Van der Meer (Universiteit Leiden) vandaag in een opiniestuk in het FD. "Een slecht overwogen en beargumenteerd advies", dat vooral ingegeven lijkt te zijn "door pragmatische politieke overwegingen, in het bijzonder het beperken van de kostenpost voor de overheid. Het zou de RvS sieren om, net als de Nationale Ombudsman, ook de kant van de gedupeerden in ogenschouw te nemen." Omgekeerde bewijslast "moet een nationale norm worden."
Dat de Commissie Mijnbouwschade uitstekend lijkt te functioneren is enkel "op papier', stellen de academici. Verder bepleiten ze dat schades via de laagdrempeligere bestuursrechter afgehandeld gaan worden, in plaats van via de dure en complexe civielrechtelijke weg.
Na de actiegroep 'Stop Zoutwinning' levert ook de Groninger Bodem Beweging (GBB) kritiek op het recente onderzoek van Instituut Mijnbouwschade Groningen (IMG). Die stelt dat niet kan worden bewezen dat de combinatie van effecten van gestapelde mijnbouw schade kan opleveren. Te voorbarig, vindt de GBB, omdat het (volgens het rapport zelf) om een ‘eerste inzicht’ op de effecten gaat. Bovendien moet het meest kritische gebied nog nader onderzocht worden. "We krijgen daardoor de indruk dat het een oppervlakkig onderzoek is, waaruit het lastig is een conclusie te trekken. Toch doet het IMG dit wel." De GBB heeft ook kritiek op onvolledige informatie vanuit het IMG. En: "Los van de uitkomsten zijn we alle onderzoeken helemaal zat. Ze worden altijd door dezelfde wetenschappers en met dezelfde meetinstrumenten gedaan. Zo onderhand kun je de uitkomst (...) wel raden."
Het Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) beschouwt maatschappelijke rust inmiddels als een belangrijk, zwaarwegend aspect van mijnbouwprojecten. In het Groningse Warffum voelen bewoners en lokale bestuurders zich niet gehoord over het verzoek van de NAM nog 8 jaar extra door te gaan met gaswinning, en is daarover onrust ontstaan.
"Het gedogen van de gaswinning zonder het serieus nemen van deze onrust zal leiden tot een verdere afname van het vertrouwen van de omgeving in de Rijksoverheid", stelt de toezichthouder. Om die reden moet NAM per 1 januari 2025 stoppen met de gaswinning ter plaatse. Die mag pas weer doorgaan als de vergunning definitief is verlengd, zodat er geen sprake meer is van een gedoogsituatie.
Het besluit van de toezichthouder onderstreept dat maatschappelijk draagvlak in de directe omgeving van mijnbouwprojecten steeds verder aan belang wint.
Deze winter wil Frisia Zout zich onder de zeedijk door de weg banen naar het Zechstein zout onder het Wad, om daarin een tweede caverne te gaan aanleggen. Eigenlijk had het bedrijf hiermee in november al willen beginnen, maar de boortoren was niet eerder beschikbaar. Nu wordt die opgebouwd en de verwachting is dat dan nog dit jaar met boren begonnen kan worden. Er moet schuin naar beneden een weg van zo'n 3 kilometer door de bodem geboord worden om bij het zout te komen.
Als alles volgens plan verloopt zou alles in mei 2025 klaar moeten zijn om daadwerkelijk met zoutwinning vanuit de tweede zoutholte te beginnen. De tweede caverne komt bij benadering op plek 'HM-01' te liggen, zo'n 2 kilometer ten zuidwesten van HM-02, de locatie waar nu al zout wordt gewonnen. Met de extra caverne kan Frisia de productie verhogen, maar dat moet bij twee cavernes wel in een lager tempo dan nu bij één.
Vorige week publiceerde het Instituut Mijnbouwschade Groningen (IMG) onderzoeken over de effecten van verschillende soorten mijnbouw in een gebied. Die 'gestapelde mijnbouw' levert geen extra schade op, is de conclusie. Het IMG blijft schade daarom op dezelfde manier beoordelen.
Volgens de actiegroep Stop Zoutwinning Nu! uit Zuidlaarderveen zegt het rapport dat er te weinig goede gegevens zijn over het rekken en krommen van de bodem door mijnbouw. De conclusies zijn dus onbetrouwbaar, stelt de actiegroep. Verder zien de onderzoekers dat de zoutwinning bij Veendam veel steilere bodemdaling veroorzaakt dan elders. Toch wuiven ze weg dat dat meer schade kan veroorzaken, stelt de actiegroep, terwijl de bodemdaling zó ongelijkmatig is "dat de onderzoekers het gewoon niet kunnen geloven". Het IMG vindt wel extra onderzoek naar bodemdaling door zoutwinning nodig.
Schades door de gaswinning in Groningen worden afgehandeld door het Instituut Mijnbouwschade Groningen (IMG). Maar in Groningen vindt óók zoutwinning plaats. Kan de combinatie van die diverse soorten mijnbouw leiden tot extra trillingen, en dus tot schade aan huizen of gebouwen - ook buiten het gaswinningsgebied? Zowel TU Delft als Geodelta deden hier voor het IMG onderzoek naar. Voor Harlingen is dit interessant omdat ook hier sprake is (geweest) van zowel gas- als zoutwinning.
Het onderzoek, dat talloze reeksen gegevens combineerde, stelt dat verergering van schade door de optelsom van mijnbouwactiviteiten te verwaarlozen is. Wat de oorzaak is van soms aanzienlijke schades, die bewoners juist buiten het bevingsgebied toch hebben, blijft onduidelijk. "Dit recente onderzoek laat zien dat er geen aanwijzingen zijn dat mijnbouw de oorzaak is van deze schade."
In maart vroeg de Tweede Kamer de regering het zogenoemde 'wettelijk bewijsvermoeden' uit te breiden naar alle mijnbouwactiviteiten in Nederland. Momenteel geldt deze 'omgekeerde bewijslast' alleen in het Groninger aardbevingsgebied. Daar wordt schade geacht te zijn veroorzaakt door de gaswinning, ook al kan de schademelder dit niet overtuigend bewijzen.
De Afdeling advisering van de Raad van State adviseert nu de regel tot Groningen beperkt te houden. Daar zijn veel soortgelijke schades, elders niet. Bovendien: schade kan ook andere oorzaken hebben, dus het is te kort door de bocht om alles op de mijnbouwer te verhalen. De Afdeling vindt dat particuliere melders inmiddels ook sterk genoeg staan tegenover de mijnbouwer, dankzij de Commissie Mijnbouwschade. Die wijst schades namelijk altijd toe wanneer ze niet met zekerheid een andere oorzaak kan aanwijzen, stelt de Afdeling.
Zaterdag zat Chris Elsinga van de SBHH voor de microfoon bij 'Afslag Harlingen' van Omroep Zilt. Terugkijkend op de informatieavond van dinsdag sprongen er twee dingen uit, vond Elsinga. Harlingers zouden rustiger slapen wanneer Frisia Zout een schadefonds zou vullen, én er waren opnieuw veel vragen over Wijnaldum. De reactie van Frisia Zout op dat laatste punt vond presentator Doede van der Hoek weinig overtuigend. Mogelijk gaat directeur Bart Hendriks hier zelf nog eens een toelichting op geven, want de omroep wil hem graag eens aan het woord laten. Sowieso komt er nog een volgende informatieavond voor alle inwoners, speciaal over het fenomeen 'zoutkruip'.
Het vraaggesprek is alsnog te beluisteren via 'uitzending gemist'. Zoek op de datum van 23 november en kies daarna de uitzending van 'Afslag Harlingen' van 12.00 uur. Op 49.15 begint het betreffende interview.
Tientallen vragen werden dinsdagavond afgevuurd tijdens de informatieavond over zoutwinning. Dirkjan Krijnders van Antea presenteerde resultaten van de metingen in de ondergrond van Harlingen. Van bodemdaling door zoutwinning is zoals voorspeld nog geen spoor, en toch gebeurt er van alles onder onze voeten. De meetapparatuur registreert onder meer eb en vloed en waarschijnlijk ook seizoensinvloeden in de bodem. Maar wat gebeurde er 9 oktober toch in de Fabrieksstraat? Op www.pilotharlingen.nl is daarover meer te lezen.
Directeur Hendriks lichtte toe dat Frisia heeft gekozen om te investeren in het voorkómen van schade. Vandaar ook de samenwerking binnen de Pilot Harlingen. Eventuele schade zal het bedrijf vergoeden. Basis daarvoor wordt een toetsingskader gebaseerd op omgekeerde bewijslast.
Frisia Zout hoopt medio december te gaan boren om een tweede zoutcaverne te kunnen vormen. Die zou dan in de lente in productie kunnen komen. Dat werd dinsdagavond duidelijk tijdens een informatiebijeenkomst van de Pilot Harlingen in Milûk. Door optimale situering van de cavernes verwacht het bedrijf dat de bodemdalingskom uiteindelijk iets noordelijker van de stad komt te liggen dan eerder gedacht. Frisia gaat met het Wetterskip in overleg over de verzakking van de zeedijk, die dat met zich meebrengt.
Twee punten bleven boven de markt hangen: het ontbreken van een schadefonds en de schades in Wijnaldum. Wat het fonds betreft wil de Stichting Behoud Historisch Harlingen dat alle Nederlandse mijnbouwbedrijven vanuit hun huidige opbrengsten samen een schadepot vullen. Over de Wijnaldumer schades stelde Frisia dat die niet te linken zijn aan zoutwinning.
De gemeente Harlingen wil een stukje winst van Frisia Zout, meldde de Harlinger Courant vrijdag. B&W schreven in een brief onder meer: "Met een omgevingsfonds kan Frisia invulling geven aan zijn verantwoordelijkheid ten aanzien van de maatschappij."
De vraag past in een bredere landelijke trend. Eind 2023 publiceerde het ministerie van EZK al een onderzoeksrapport met 7 modellen om opbrengsten van mijnbouwactiviteiten meer te laten landen in de lokale omgeving waar de mijnbouw plaatsvindt. Zo stort zoutwinner Nobian bij de winning bij Haaksbergen € 1,67 per gewonnen ton zout in een omgevingsfonds. Ook voor eventuele gaswinning bij Ternaard ligt jaarlijks 6 miljoen klaar. In Harlingen kan het geld volgens B&W bijvoorbeeld besteed worden aan het verbeteren van het Aanvullend Meetnet, voorlichting over de zoutwinning of natuurprojecten.
Vrijdag ontvingen de Tweede Kamer en minister Hermans van Klimaat en Groene Groei een manifest tegen mijnbouw. Wetterskip Fyslân, 89 fracties uit de Friese politiek en de 18 Friese gemeenten ondertekenden het. Ze roepen op van Fryslân 'geen mijnbouwparadijs' te maken. Ook moet de regio meeprofiteren van de opbrengsten en moet veroorzaakte schade beter worden vergoed.
"Hoewel op papier de schadeafhandeling (...) goed is geregeld, ervaren burgers in de praktijk dat instanties ontoegankelijk zijn", stelt het manifest. "Ontbrekende informatie, zoals nulmetingen, zorgt voor problemen bij de afhandeling van schades. Hierdoor is er ook geen vertrouwen dat toekomstige schade goed opgelost zal worden." De partijen stellen dat de opbrengsten tijdelijk, maar de gevolgen permanent zijn: "Wij willen niet méér mijnbouw.”
De fors hogere stijging van de zeespiegel geeft steeds minder ruimte voor mijnbouwactiviteiten op de Waddenzee. Dat zei inspecteur-generaal Theodor Kockelkoren van het Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) gisteren tijdens een briefing aan de Tweede Kamer. De zogenoemde 'zandmotor' zorgt ervoor dat de bodemdaling door gas- en zoutwinning wordt gecompenseerd door met elke vloed nieuw zand de Waddenzee in te brengen. Maar de zeespiegelrijzing gaat sneller dan de natuur kan bijbenen, stelde de toezichthouder.
SodM staat daarom op het standpunt dat nieuwe gaswinning onder het Wad (vanaf Ternaard) niet meer mogelijk is. Sterker: ook de bestaande gas- en zoutwinning kan door de versnelling van de zeespiegelstijging in de knel komen. 'Hand aan de kraan' biedt geen oplossing, stelt SodM, vanwege naijlende effecten na stopzetting van de winning.
CDA-gedeputeerde Friso Douwstra en partijen in Provinciale Staten zijn bezorgd over de werelderfgoedstatus van de Waddenzee. UNESCO dreigt die in te trekken wanneer Nederland doorgaat met de mijnbouw op 't Wad, met wellicht nog extra gaswinning bij Ternaard.
Douwstra: "De brieven van UNESCO liegen er niet om. We weten niet wat de gevolgen zijn als de status als Werelderfgoed wordt ingetrokken. De effecten op het gebied, de naamsbekendheid, het toerisme en de natuur kennen we niet. Maar dat het effect gaat hebben, weten we." Inmiddels komt 42% van het Nederlandse gas uit Fryslân. Partijen vrezen blijvende ecologische schade, ook door zoutwinning. Statenlid Olivier (PvdA) wees op verzakte huizen in Wijnaldum. Douwstra: "Wij brengen de gevolgen van zoutwinning continu onder de aandacht, maar wij hebben hier geen gezag over."
Minimaal elke twee jaar actualiseert Frisia Zout de bodemdalingsprognoses op het Wad. Dat gebeurde inmiddels driemaal sinds het bedrijf van land naar zee overstapte. De diepe ('pleistocene') bodembeweging wordt gemeten met peilmerken. In de Waddenzee zijn hiervoor 5 clusters van meetpunten, op het land 3 clusters. Ook zijn er 2 peilmerken nabij de caverne waarbij continu wordt gemeten om tijdig afwijkingen van de verwachte bodemdaling te signaleren. Ook is er een meetnet van 60 peilmerken in Harlingen-stad en het buitengebied. Alles bij elkaar worden zo 70 meetpunten geanalyseerd. De resultaten van dit alles staan te lezen in dit rapport.
De bovengenoemde metingen staan nog los van het Aanvullend Meetnet in de binnenstad van Harlingen, dat extra is aangelegd om eventuele schade aan de stad direct te kunnen linken aan de zoutwinning.
Gisteren speechte Theodor Kockelkoren, inspecteur-generaal van het Staatstoezicht op de Mijnen (SodM), over 'Advancing Knowledge and Safety: Revisiting Salt Cavern Research and Energy Storage Solutions Five Years On'.
Op initiatief van SodM werd in 2017-2019 nader onderzoek gedaan naar zoutcavernes. Kun je die veilig afsluiten na de zoutwinning? En klopt de veronderstelling wel dat de druk, die in de caverne wordt opgebouwd, door permeatie geleidelijk 'wegvloeit'? De bestaande kennis bleek ontoereikend. Cavernes kunnen 'fracken' en er kunnen migratieroutes van pekel tussen verschillende lagen én tussen cavernes optreden. In diepe cavernes zoals van Frisia kan de drukstijging te snel zijn om door permeatie te worden opgevangen. Inmiddels zijn er ook plannen voor opslag van waterstof in zoutcavernes. Vanwege alle onzekerheden start SodM nader onderzoek.
Vandaag besluit het algemeen bestuur van Wetterskip Fryslân over de Beleidsnotitie Mijnbouw die in juni verscheen. "Het water- en bodemsysteem loopt in ons beheergebied tegen zijn grenzen aan", zegt dagelijks bestuurslid Remco van Maurik van het Wetterskip. De organisatie spreekt zich daarom nu uit tegen elke vorm van mijnbouw in haar beheergebied die leidt tot versnelde daling van de bodem.
Het waterschap wil de waterpeilen niet meer verlagen om de negatieve effecten van mijnbouw op het watersysteem tegen te gaan. Bodemdaling betekent dat het watersysteem minder water kan bergen. En dat grond te nat kan worden voor functies als landbouw en bebouwing. Ook wil het Wetterskip dat voortaan van iedere centimeter bodemdaling de schade (bijvoorbeeld het verlies aan waterberging) wordt hersteld en de kosten worden geclaimd.
Universitair docenten aan de Universiteit Leiden dr. Gerrit Dijkstra en prof. dr. Frits van der Meer publiceerden vandaag op de website van het Montesquieu Instituut het artikel 'Bestuurlijke spaghetti of een fatsoenlijke algemene wet mijnbouwschade?'. Het kabinet heeft aan de Raad van State advies gevraagd over het landsbreed toepassen van omgekeerde bewijslast. Vooruitlopend daarop pleiten de auteurs voor één wet. De wirwar aan regelingen rond het Groningerveld heeft namelijk geleid tot een ongelijke behandeling van gedupeerden, stellen de heren academici. Laat gedupeerden hun claim indienen bij de overheid, en laat de overheid die verhalen op de concessiehouder.
Het Montesquieu Instituut is een denktank en kenniscentrum op het snijvlak van democratie, politiek en parlementaire besluitvorming in Nederland en Europa.
Metingen die de daling van de wadbodem moeten monitoren geven onverklaarbare verschillen aan, bij raaimetingen wel "tot 6 cm verschil". Dat blijkt uit het juist verschenen rapport van de onafhankelijke Auditcommissie Zoutwinning Waddenzee, die de rapportages van Frisia Zout over 2023 onder de loep nam.
Ook valt op "dat er een aanzienlijk verschil is tussen het convergentievolume gebaseerd op de productiecijfers (volume-balans) en het komvolume uit de Pleistocene bodemdalingsmetingen in 2023. Dit verschil is onverwacht en wordt verklaard door de onzekerheid in de diameter van de Pleistocene bodemdalingsschotel (huidige schotel is nog klein ten opzichte van de ligging van de meetpunten). Het meet- en regelprotocol spreekt bovendien van gesteenterek en suggereert dat na-ijlingseffecten wel degelijk kunnen optreden."
Het Waddenfonds gaat € 391.784,- bijdragen aan het in kaart brengen van de oorzaken en het tempo van bodemdaling in het Waddengebied. Met innovatieve sensoren wil het kennisproject 'Grip op bodemdaling' het dalen van de bodem lokaal meten en vastleggen. Bodemdaling in het Waddengebied kan grote gevolgen hebben voor landbouw en natuur, zoals een toename van de verzilting, een watertekort en overstromingen.
Bodemdaling heeft uiteenlopende oorzaken, waaronder zout- en gaswinning, inklinking en veenoxidatie. Om meetgegevens te verzamelen worden nieuwe sensoren gebruikt, onder andere in de kuststrook. Zo ontstaat inzicht in snelheid en mate van bodemdaling in het Waddengebied. Het project wil ook helpen innovatieve en betaalbare sensoren te ontwikkelen. De SBHH onderzoekt of er koppeling mogelijk is met de huidige metingen rond de zoutwinning.
Met een brief vraagt de SBHH de Vaste commissie voor Klimaat en Groene Groei om woensdag 2 oktober een motie overeind te houden waarin wordt gevraagd het bewijsvermoeden toe te passen op alle mijnbouwactiviteiten in Nederland. Op dit moment wordt deze 'omgekeerde bewijslast' alleen toegepast in het aardbevingsgebied in Groningen. Eerder nam de Tweede Kamer de motie met een krappe meerderheid aan om dit landelijk uit te rollen.
De huidige schadeafhandeling, door de Commissie Mijnbouwschade, voldoet ook naar mening van de SBHH niet. In 4 jaar wees de Commissie slechts éénmaal schades toe, terwijl vele honderden meldingen werden afgewezen. Op hun beurt zijn nu betrokken schademelders uit Ekehaar teleurgesteld en gefrustreerd, omdat de vergoedingen te laag zijn om de ontstane schade te compenseren.
Het eerste jaarverslag van het Aanvullend Meetnet is verschenen. Antea Group voert de metingen uit in opdracht van de Pilot Harlingen. Opzienbarende conclusies meldt het eerste jaarverslag niet. Zoals verwacht zijn de gevolgen van bodemdaling door zoutwinning op dit moment nog niet in de stad te meten. Het jaarverslag meldt hierover dat ‘de 2 centimeter bodemdalingscirkel niet of nauwelijks dichterbij de kust is gekomen.'
Om te voorkomen dat schade aan gebouwen kan ontstaan hanteert de Pilot Harlingen een kritische grens: een maximale scheefstand van 20 mm over 10 meter, oftewel 2.000 microradialen. De bodemdaling door zoutwinning mag deze grenswaarde niet bereiken. De grootst gemeten natuurlijke beweging in de panden bedroeg afgerond 80 microradialen, mogelijk als gevolg van het getijde in de haven en het diepe grondwater.
Het Staatstoezicht op de Mijnen heeft tientallen op- en aanmerkingen op de aanvraag van Frisia Zout om een tweede caverne te mogen aanleggen. In het ontwerpbesluit dat sinds gisteren ter inzage ligt valt dat in detail te lezen. "De (...) maatregelen om de risico's van bodembeweging zoveel als mogelijk te voorkomen of te beperken (...) moeten goed zijn beschreven en onderbouwd (...)", stelt SodM bijvoorbeeld. "Dat is nu niet het geval." De minister neemt dit ter kennisgeving aan.
Verder wijzen de nieuwste berekeningen over de zeespiegelstijging uit dat die sneller gaat dan verwacht. Dat maakt dat de productiesnelheid in de - dan - twee cavernes omlaag moet. "Naar verwachting heeft dit tot gevolg dat de bodemdaling niet zal toenemen, maar dat de bodemdalingskom groter wordt", aldus de toezichthouder.
De onrust rond zoutwinner Nobian duurt voort. De gemeenteraad maakte onverwacht een draai, na tussenkomst van 'verkenner' Bernard Wientjes en 'procesbegeleider' Han ten Broeke. Het bedrijf kreeg vervolgens, in ruil voor allerlei toezeggingen zoals een goedgevuld omgevingsfonds, vergunning van EZK (nu KGG) voor verdere zoutwinning. Er lopen echter nog procedures van omwonenden en de Provincie Overijssel, die vrezen voor schade.
En nu zet de Amerikaanse durfinvesteerder Carlyle - volgens de Britse krant Financial Times - zijn belang van € 3 miljard in Nobian in de etalage. Staatsinvesteringsfonds GIC uit Singapore bezit de rest van het bedrijf. Het verkoopproces moet volgend jaar beginnen. Bewoners vrezen dat gemaakte afspraken over metingen en schade nu op de tocht komen te staan; het bedrijf "reageert niet op geruchten".
De Rechtbank Noord-Nederland maande het ministerie van Klimaat en Groene Groei (KGG) vandaag snel te besluiten over een tweede zoutcaverne van Frisia Zout. Het bedrijf vroeg daar 1 september 2023 vergunning voor, maar de minister verzuimde binnen de wettelijke termijn te beslissen. KGG moet nu uiterlijk 22 augustus voor 6 weken een ontwerpbesluit ter inzage leggen, en binnen 2 weken daarna een besluit te nemen. Overschrijding van de termijn kost het rijk maximaal € 15.000 boete.
Frisia heeft haast omdat het voor november tegen hoge kosten al een boortoren bestelde. Het ministerie vroeg extra bedenktijd om het besluit goed met de regio te kunnen afstemmen, in een gesprek met minister Sophie Hermans op 26 augustus. De uitspraak van de rechtbank betekent dat de minister nu uiterlijk op 17 oktober 2024 een besluit moet nemen.
In opdracht van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) startte in 2023 'De Staat van de Uitvoering'. Hiermee wil het rijk de slepende problematiek in de beleidsuitvoering aan het daglicht brengen. "De dienstverlening van de overheid moet veel hoger op de agenda."
In het rapport 'Van euforie tot misère: wat valt er te leren uit ‘affaires’?' wordt het overheidsbeleid rond de afhandeling van de aardbevingsschade vergeleken met 4 andere ‘affaires’: de Toeslagenaffaire, de vuurwerkramp in Enschede, mijnbouw in andere gebieden dan Groningen en schades als gevolg van werkzaamheden aan het kanaal in Twente. Ook worden voorbeelden uit het buitenland betrokken. Resultaat: 12 lessen om een nieuwe 'affaire' - bijvoorbeeld rond de zoutwinning in Harlingen - te voorkomen. Belangrijke aanbevelingen: voorkom uitvoeringsproblemen, dek risico's tevoren al af, neem alarmsignalen serieus, en vermijd deeloplossingen - kies voor een alomvattend antwoord.
Burgers moeten zelf uitzoeken hoe ze adequaat bewijs kunnen verzamelen om schade door mijnbouw aan te tonen. De overheid geeft daar geen uitsluitsel over. Dat burgers en mijnbouwer samen metingen doen vergemakkelijkt een oordeel van de Commissie Mijnbouwschade wel, aldus de voorzitter in gesprek met de SBHH en een vertegenwoordiger van EZK (nu KGG). Pas wanneer schade is ontstaan beoordeelt de Commissie of de verzamelde gegevens bruikbaar zijn. De Harlingers mogen daar vertrouwen in hebben, aldus de voorzitter, want over het Harlinger meetnet is goed nagedacht. Het blijft echter mogelijk dat de overheid de meetdata als onvolledig of onbruikbaar verwerpt, nadat ze het verzamelen ervan decennia heeft betaald. De SBHH vindt die onzekerheid niet uit te leggen en wil daarom, net als gemeente en provincie, vooraf een oordeel over de gehanteerde methodes.
Op aandringen van demissionair staatssecretaris Vijlbrief is op 8 juli een gesprek tussen de SBHH en nieuwe voorzitter van de Commissie Mijnbouwschade, Remmert Sluijter. Onderwerp van gesprek is - nog steeds - de onzekere waarde van de nulmetingen in Harlingen.
De Commissie stelt zich tot nu toe op het standpunt dat ze geen oordeel heeft over de metingen. De inwoners van de stad, de gemeenteraad en de Friese Staten wil echter uitsluiten dat de metingen in de toekomst, wanneer eventuele schade beoordeeld moet worden, als 'onbruikbaar' terzijde kunnen worden geschoven. "Wij willen in Harlingen werken met de best beschikbare technieken", aldus de SBHH, "en dé partij om te oordelen of we dat doen is de partij die eventuele schades al of niet toewijst." Foto: Arenda Oomen
Om een nieuw 'Wijnaldum' te voorkomen kreeg Harlingen tijdig een meetnet. Maar de metingen wachten nog steeds op de erkenning dat ze juist worden uitgevoerd, zodat ze - bij onverhoopte schade - de doorslag kunnen geven bij het toewijzen van schadevergoedingen. In 2022 drongen de Friese Staten aan op duidelijkheid hierover van de Commissie Mijnbouwschade, die is ingesteld om burgers op dit dossier te ontzorgen. Unaniem werd gesteld dat de Harlingers recht hebben op zekerheid en veiligheid bij eventuele schade als gevolg van zoutwinning, en snelle vergoeding van deze schade. Het College van GS schrijft vandaag in een brief dat hieraan tegemoet is gekomen door de mededeling van demissionair staatssecretaris Vijlbrief, dat ambtenaren hierover in gesprek gaan met de Commissie Mijnbouwschade. Concreet is de situatie op dit moment echter nog ongewijzigd.
In november 2023 ging de gemeenteraad van Haaksbergen akkoord met zoutboringen door Nobian. Dat gebeurde overigens pas na een reeks van toezeggingen van Nobian, zoals omgekeerde bewijslast en een royaal schadefonds. Daarop verleende het ministerie van EZK in maart de benodigde vergunning. Toch stappen boze omwonenden nu naar de rechter. Ze willen het kappen van bomen, het oppompen van grondwater en graafwerkzaamheden voor het aanleggen van leidingen voorkomen. De inwoners vrezen schade én dat het niet bij de 8 geplande boorputten blijft. Dat vreest ook de Provincie Overijssel. Ook die gaat in beroep. "De vergunning is zodanig geformuleerd dat Nobian toestemming krijgt om een onbeperkt aantal zoutwinningslocaties aan te leggen, op elke willekeurige locatie", aldus het provinciebestuur.
De Stichting Bescherming Historisch Harlingen richt zich vooral, maar niet uitsluitend, op het voorkómen van schadelijke effecten van de zoutwinning onder het Wad. In de toekomst kunnen ook autonome bodemdaling, veranderingen van het waterpeil of geothermie een punt van aandacht worden.
Het Hoofdlijnenakkoord 2024–2028 van PVV, VVD, NSC en BBB benoemt nog een ander zorgpunt: de verdroging als gevolg van de klimaatverandering. Het document stelt onder paragraaf 5 over Energietransitie, leveringszekerheid en klimaatadaptatie: "Nederland moet zich verder aanpassen aan de klimaatverandering. De adaptatie-aanpak wordt geactualiseerd, met in ieder geval aandacht voor de gevolgen van verdroging voor (...) funderingsschade aan gebouwen en infrastructuur."
De Tweede Kamer wil dat 'omkering van de bewijslast' wordt toegepast bij schade in heel Nederland. De Commissie Mijnbouwschade stelt nu dat het al dan niet toepassen van dit principe "nauwelijks van invloed is" op het toe- of afwijzen van schadeclaims en betwist dat het voor benadeelden voordeel oplevert.
De SBHH denkt van wél. Bij omkering van de bewijslast wordt de schade allereerst aan de mijnbouw toegerekend en volgt vergoeding van schade ténzij een andere oorzaak blijkt. De Commissie Mijnbouwschade werkt omgekeerd: tientallen andere mogelijke schadeoorzaken moeten 100% worden uitgesloten, tot mijnbouw als laatste mogelijke optie overblijft. Zover komt het echter nooit. Sinds haar oprichting wees de Commissie daarom nog geen enkele schadeclaim toe.
Beeld: Arenda Oomen Fotografie
Jaarlijks moeten alle mijnbouwondernemingen bij het Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) een plan indienen hoe ze de effecten van hun mijnbouwactiviteiten op de bodem gaan meten. Bij zoutwinning moet naast daling, stijging of trilling van de bodem ook de vorm van de holte in de ondergrond gemeten worden.
Net als alle andere ondernemingen heeft Frisia een plan voor 2024 ingediend. SodM heeft gecheckt of dat nog past bij de verwachte effecten van de winning en dat blijkt het geval. Nu de plannen zijn gecontroleerd, kunnen bedrijven starten met de metingen. Frisia zal, naast haar permanente GPS-monitoring, dit jaar met waterpassing een meting uitvoeren van de effecten van zoutwinning onder de Waddenzee uit de Havenmond caverne. De resultaten hiervan worden door SodM beoordeeld en daarna gepubliceerd op de kaart op NLOG.
In haar jaarverslag 2023 maakt de landelijke Commissie Mijnbouwschade een opmerkelijke draai. De SBHH maakte zich er sinds 2020 sterk voor dat óók kerkgenootschappen en verenigingen van eigenaren (VVE's) met schade terecht zouden kunnen bij de Commissie Mijnbouwschade. Samen met de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) pleitten wij daarvoor bij landelijke consultatierondes van EZK en daarna bij de Commissie zelf, jaar na jaar, mondeling dan wel schriftelijk.
De Commissie wees ons commentaar echter categorisch van de hand. Nu schrijft ze: "het valt ons op dat in het maatschappelijke debat niet of nauwelijks (aandacht wordt besteed) aan de beperking tot particuliere eigenaren en micro-ondernemingen" en niet aan "– om één voorbeeld te noemen – kerkgenootschappen." De SBHH is verheugd over dit inzicht.
Het rijk stelt met terugwerkende kracht tot 1 januari nadere beperkingen aan de zogenoemde 'gebruiksruimte' voor gas- en zoutwinning op de Waddenzee. Aanleiding daarvoor is een wetenschappelijk advies van 31 januari 2024 van KNMI, Deltares, NIOZ, TNO-Geologische Dienst Nederland, TU Delft en Universiteit Utrecht.
Met het besluit worden mijnbouwactiviteiten zoals de zoutwinning door Frisia nader beperkt binnen het ‘Hand aan de kraan-principe’. Binnen zes maanden na het onherroepelijk worden van dit besluit moet Frisia Zout B.V. zijn meet- en regelprotocol voor de winning actualiseren en aantonen dat de winning binnen de bijgestelde gebruiksruimte blijft. De stukken liggen tot en met donderdag 6 juni 2024 ter inzage op www.mijnbouwvergunningen.nl/havenmond
"Onafhankelijkheid brengt je nergens als je expertise mist", stelde inspecteur-generaal Theodor Kockelkoren in 2022 in een interview met 'Follow the Money'. De afgelopen 5 jaar is de kennis bij SodM wat betreft geomechanica en seismologie verder op peil gebracht, en kwam geld beschikbaar om externe specialisten in te schakelen voor specifieke vragen. Risicoanalyses of meetgegevens van een mijnbouwer kunnen nu beter beoordeeld worden.
Vanuit de samenleving, maar ook bijvoorbeeld vanuit de Parlementaire Enquête over de Groninger gaswinnning, is aangedrongen op een grotere onafhankelijkheid van het toezicht op mijnbouwactiviteiten. In het jaarverslag 2023 schrijft de inspectie dat nu is vastgelegd dat de onafhankelijkheid in het functioneren, de programmering, de onderzoeken en de oordeelsvorming geborgd is.
Het Staatstoezicht op de Mijnen heeft zorg dat hoge kosten in de energiesector kunnen doorwerken naar de veiligheid. Nazorgkosten kunnen dermate groot zijn dat zoutbedrijven "deze alleen kunnen dragen als ze hun activiteiten nog decennia kunnen voortzetten. Mocht (...) een onderneming besluiten haar activiteiten in Nederland te staken of mocht de onderneming failliet gaan, dan komen nazorgkosten bij de overheid te liggen", stelt de toezichthouder in het jaarverslag over 2023.
Wat betreft het afsluiten en veiligstellen van een cavernesysteem is vorig jaar "extra aandacht (besteed) aan caverne-integriteit en -stabiliteit." In dat kader onderzocht een PhD-student (in samenwerking met de TU-Delft) de bestaande seismiciteit in het noorden van het land en spanningsontwikkeling rond zout en (waterstof)opslagcavernes.
Bij de expertmeeting vandaag over de gevolgen van gas- en zoutwinning deelden pluimveehouder Tjeerd Jukema, secretaris van de Stichting Winamer Belang Aukje Jongsma en Douwe Anema, akkerbouwer te Nes, hun ervaringen en frustraties met Provinciale Staten.
Individuele burgers kunnen maar moeilijk - of helemaal niet - hun recht halen, vertelden zij, terwijl overheden en semi-overheden wél soepel door de mijnbouwbedrijven schadeloos worden gesteld. Zo vergoedt Frisia Zout het waterschap op voorhand de kosten aan de zeedijk, die door de zoutwinning op het Wad 2 centimeter gaat zakken, terwijl particulieren die vlak achter diezelfde dijk wonen met lege handen staan. Het ontbreken van een nulmeting daar is een voorbode van een herhaling van de situatie in Wijnaldum, is de vrees.
Staatssecretaris Vijlbrief heeft de Raad van State advies gevraagd over de wens van de Tweede Kamer bij alle mijnbouwactiviteiten in Nederland omkering van de bewijslast toe te passen. Bij dat principe hoeft de burger niet te bewijzen dat zijn schade het gevolg is van een bepaalde mijnbouwactiviteit, maar moet de mijnbouwmaatschappij bewijzen dat de winning de schade niet veroorzaakt kan hebben.
De Hoge Raad past omkering van de bewijslast allang 'als vertrouwd gereedschap' toe, stelt emeritus-hoogleraar Privaatrecht prof.mr. J.M. van Dunné. In een uitgebreid artikel licht hij toe de Hoge Raad de jurisprudentie hieromtrent gaandeweg verder heeft ontwikkeld. In een standaardarrest uit 2012 stelt de Hoge Raad dat onzekerheid over het exacte verloop van de gebeurtenissen voor risico komt van degene die de situatie veroorzaakt.
Provinciale Staten van Fryslân houden woensdag 17 april een expertmeeting over de gevolgen van gas- en zoutwinning. Verschillende gasten zullen hun verhaal doen over hun kennis van en ervaring met deze mijnbouwactiviteiten. Onder andere zijn dat iemand van het Staatstoezicht op de Mijnen, iemand van de Funderingstafel en het bedrijf Stabialert dat meetapparatuur levert, maar ook inwoners van Ternaard en Wijnaldum.
Via een expertmeeting laten Statenleden zich door externen informeren over een specifiek onderwerp, om goed voorbereid besluiten te kunnen nemen. Het betreft enkel uitwisseling van kennis, geen (politiek) debat of besluitvorming. De vergadering wordt gehouden van 16.00-18.00 uur, is openbaar en thuis te volgen via de livestream op https://fryslan.notubiz.nl/live.
Vanuit de SBHH proberen we de inwoners van Harlingen mee te nemen in alle ontwikkelingen rond de zoutwinning. Als tweede spoor willen we in Nederland een 'nieuw veiligheidsdenken' stimuleren. Burgers moeten en actief tijdig betrokken worden bij mijnbouwactiviteiten in hun leefomgeving, ze moeten weten en kunnen begrijpen wat er gebeurt en daar invloed op kunnen uitoefenen. Bij dat alles moet niet het economisch belang, maar de veiligheid van have en goed voorop staan.
Vanuit deze insteek gaven we her en der al presentaties, onder andere in Ternaard, in Weststellingwerf en in Den Haag. Vandaag was er in datzelfde kader een online ontmoeting met medewerkers van EZK en NAM die betrokken zijn bij het Omgevingstraject rond de ombouw van de ondergrondse gasopslagen in Grijpskerk en Norg.
Statenleden van CDA, BBB, SP, PvdA, GL, PvdD, VVD en D66 waren gisteren op bezoek in Wijnaldum. Ze hoorden daar van diverse bewoners verhalen over verzakkingen en wateroverlast, en konden die ook met eigen ogen bekijken. Vooraf deed Rinze Post van Winamer Belang in dorpshuis de Bijekoer zijn verhaal. Rode draad daarin is dat de dorpsbewoners nu al 20 jaar geen gehoor vinden voor hun zorgen. "Friesland is een mijnbouwprovincie en de provincie heeft helemaal niets geregeld, net als Groningen", stelde Post. Ook de nieuwe Commissie Mijnbouwschade, die burgers zou moeten ontzorgen, bood geen soelaas: "Deze commissie is alleen met zichzelf bezig, en niet met de belangen van burgers", aldus Post. De hoop is nu dat de Statenleden weer beweging in de zaak kunnen brengen, met als doel een eerlijke en rechtvaardige schaderegeling.
Als vervolg op het bezoek van staatssecretaris Vijlbrief, 28 februari, is vandaag verder gesproken met een afvaardiging van EZK. Dat gebeurde bij Doeksen, met uitzicht op de Waddenzee, de zoutfabriek én de oude stad. De tijd was te kort om alle ins en outs van de zoutwinning, de Pilot Harlingen en de Harlinger zorgen te bespreken, dus: wordt vervolgd.
Voortgang was er wat betreft een eigen toetsingskader. Op basis daarvan wil Frisia schade vergoeden, ook als een verband met de zoutwinning niet te bewijzen is. Het ministerie gaat aanhaken bij de gesprekken die de SBHH en Frisia daarover voeren. Verder gaat het ministerie de Pilot Harlingen, middels de SBHH, financieel meerjarig ondersteunen. De afgelopen jaren verliep dit moeizaam. Andere punten, zoals de validatie van het Aanvullend Meetnet, liggen de volgende keer weer op tafel.
Staatssecretaris Vijlbrief verleent zoutproducent Nobian vergunning om bij Haaksbergen zout te winnen. Niet echter de gevraagde 47, maar maximaal 14,5 miljoen ton, uit maximaal 8 cavernes.
Net zoals Frisia Zout in Harlingen voorspelt Nobian dat schade aan de bebouwing zeer onwaarschijnlijk is. Het bedrijf deed de inwoners niettemin een reeks toezeggingen zoals een onafhankelijk, jaarlijks groeiend schadefonds, een gratis bouwkundige schouw voor elk huis, aanleg van een micro-seismisch meetnet en versnellingsmeters in individuele huizen, en een omgevingsfonds van ruim € 3 miljoen per jaar. Ook zegde het ministerie van EZK toe op termijn geen waterstof in de cavernes op te slaan. Helemaal definitief is alles overigens nog niet: tot en met 10 mei kan nog bezwaar worden gemaakt.
Met een combinatie van onder- en bovengrondse metingen wordt in Harlingen zoveel mogelijk data verzameld om een verband tussen gebouwschade en zoutwinning aanwijsbaar te maken. Daarbij worden onder meer tiltmeters ingezet: zeer fijngevoelige apparatuur die over de hele wereld al decennialang gangbaar is, maar in Nederland nooit vaste voet aan de grond kreeg.
Het Aanvullend Meetnet in de Harlinger binnenstad telt wél dergelijke meters. Het ministerie van EZK komt 11 april naar het Harlinger Noordijs voor een presentatie van het meetnet en van de resultaten van de metingen zoals die enkele jaren geleden zijn gestart. Dat biedt meteen de gelegenheid iets te zien van de vele gemeentelijke en rijksmonumenten in Harlingen die enkel 'op staal' zijn gebouwd.
Bewoners van Wijnaldum voelen zich in de steek gelaten en genegeerd - dat was de teneur van de informatieavond die Stichting Winamer Belang 14 maart in dorpshuis It Mienskar in Oosterbierum organiseerde. Doordat in de jaren '90 het plaatsen van goede meetapparatuur is gefrustreerd, ontbreekt bewijs dat de zoutwinning bij Wijnaldum schade veroorzaakte. En wie daarover verhaal probeert te halen wordt van het kastje naar de muur gestuurd, is de klacht.
Winamer Belang strijdt al jarenlang voor compensatie van de schade. Dat waterdichte meetdata ontbreken is daarbij een struikelblok. In Harlingen wordt nu wél 24/7 bodemdaling en scheefstand gemeten, vanwege de zoutwinning op de Waddenzee. Post is daar echter kritisch over: "Hoe komt it mei de minsken dy’t ein jierren njoggentich al skea krigen?”
Op 14 maart organiseert Stichting Winamer Belang in dorpshuis It Mienskar in Oosterbierum een info-avond over de eerdere gas- en zoutwinning bij het dorp, aanvang 20u.
De stichting vraagt al sinds jaar en dag om erkenning van de schade aan huizen en de kerk in het dorp. De landelijke 'Technische commissie bodembeweging' onderzocht in 2015 vijf schadegevallen in en om Wijnaldum, maar vond bij geen daarvan bewijzen dat de schade komt door de zoutwinning.
Op de informatieavond wordt onder meer gesproken over de nulmetingen in Harlingen en het gebrek daaraan in Wijnaldum, en over de verzilting van de grond. De stichting wil een solide, rechtvaardige schaderegeling en volledige compensatie van schade. In Harlingen werkt de SBHH aan hetzelfde.
Zodra de nu al vergunde gas- en zoutwinning in de Waddenzee is voltooid, moet het gedaan zijn met delfstoffenwinning in het gebied. Een amendement van die strekking werd gisteren door de Tweede Kamer aangenomen met 79 tegen 71 stemmen.
Eerder was al besloten geen nieuwe opsporings- en winningsvergunningen meer te verlenen. Ook al eerder verleende vergunningen kunnen nu echter niet meer worden uitgebreid of verlengd. Op al ingediende (gewijzigde of geactualiseerde) winningsplannen blijft het huidige recht van toepassing.
Met het besluit wil de Tweede Kamer de status van het Wad als werelderfgoed veiligstellen. Nog meer winning van gas en zout zou kunnen resulteren in een verlies van natuurwaarden en daarmee de UNESCO-status.
De Tweede Kamer omarmde gisteren een motie die stelt dat mijnbouwbedrijven een zorgplicht hebben voor schadeafhandeling; dat gedupeerden beschermd moeten worden tegen de macht van mijnbouwbedrijven en dat het bewijsvermoeden daarom moet gaan gelden voor alle mijnbouwactiviteiten in Nederland.
Een andere aangenomen motie stelt dat het Instituut Mijnbouwschade Groningen (IMG) onvolledig wetenschappelijk onderzoek inzette om het wettelijk bewijsvermoeden in te perken en schade door diepe bodemdaling minder ruimhartig te vergoeden. Het IMG stelde dat schade aan gebouwen door diepe bodemdaling onwaarschijnlijk is. Vrijwel de gehele Tweede Kamer vroeg de regering gisteren diepe bodemdaling alsnog als mogelijke schadeoorzaak aan te merken. Ook moet de omstreden 'trillingstool' de prullenmand in.
Het 'Programma Energiehoofdstructuur' - vers van de pers - noemt ondergrondse opslag van waterstof in de huidige 'energietransitie' essentieel. "Het kabinet richt zich (...) op waterstofopslag op land in zoutcavernes." De cavernes in Barradeel zijn echter niet geschikt, stelden TNO en EBN in 2021 in een rapport.
Opslag in zoutcavernes op zee wordt nader onderzocht. Het Programma zegt nu: "Parallel aan de ambities van het kabinet om een einde te maken aan (...) zoutwinning in het Waddengebied, wordt dat uitgesloten in de verdere verkenning naar concrete locaties voor ondergrondse waterstofopslag." In 2022 stelde de 'Haalbaarheidsstudie ondergrondse waterstofopslag op zee' al: "Beneden 2.000 m worden in de regel geen opslagcavernes aangelegd vanwege het toenemende plastische gedrag van steenzout."
Regionale media hebben volop bericht over het bezoek, 28 februari, van staatssecretaris Vijlbrief aan Harlingen. "Het kwartje is nu wel gevallen", berichtte Omroep Zilt dezelfde dag al in een uitgebreid online artikel, verwijzend naar de terugkerende vraag van de SBHH aan het ministerie van EZK om het Harlinger meetnet als bewijs te erkennen. “Anders heb ik geen verhaal naar de burgers in Harlingen", zegt voorzitter Jarig Langhout in het vraaggesprek met Zilt. De volgende dag besteedde ook Omrop Fryslân aandacht aan het gesprek.
Vrijdag informeerde de Harlinger Courant alle Harlingers huis-aan-huis via een artikel waarin de belangrijkste punten worden langsgelopen die woensdag werden besproken. En zaterdagochtend was Jarig Langhout te gast bij Doede van der Hoek in een uitzending van Omroep RSH, tegenwoordig Zilt geheten.
Het ministerie van EZK gaat weer samen optrekken met de SBHH om zeker te stellen dat Harlingen en zijn inwoners niet met schade als gevolg van zoutwinning blijven zitten. Dat is in een notendop de uitkomst van het gesprek met staatssecretaris Vijlbrief, vanochtend aan de Noorderhaven.
Zo enthousiast als het ministerie bij de start in 2019 was, zo doof bleef EZK de afgelopen jaren voor de noden van de Pilot Harlingen. Dat ligt nu anders, zegt voorzitter Jarig Langhout. "We hebben mooie stappen gezet, onder meer wat betreft het valideren van de Harlinger nulmetingen, het Landelijk Waarborgfonds en een eigen toetsingskader op basis van omgekeerde bewijslast. Op alle punten gaat de staatssecretaris met ons aan de slag, hij wil echt naar oplossingen toe. Daarmee is de kou wel uit de lucht. We kunnen nu weer samen vooruit."
Het formatiedebat, 14 februari in de Tweede Kamer, dwarsboomt het bezoek van staatssecretaris Vijlbrief aan Harlingen. Maar uitstel is geen afstel: in 28 februari is al een alternatieve datum gevonden. Bovendien komt binnen afzienbare tijd ook Luc Mutsaers naar Harlingen. Hij is lid van het management team van de Directie Transitie Diepe Ondergrond. Met hem hopen wij de ruis op de lijn met het ministerie van EZK te verhelpen.
Als stichting is ons doel om te borgen dat niemand in Harlingen met schade aan zijn huis komt te zitten. We hebben op dat gebied al flink wat bereikt, samen met Frisia Zout, de gemeente, provincie en het waterschap, maar we zijn er nog niet. We hebben goede hoop door de ontmoetingen met de staatssecretaris en zijn hoge ambtenaar weer enkele belangrijke nieuwe stappen kunnen zetten.
Christianne van der Wal-Zeggelink, Minister voor Natuur en Stikstof, komt op korte termijn met een reactie op de zorgen van erfgoedorganisatie UNESCO over Werelderfgoed Waddenzee. Naast gas- is ook de zoutwinning naar mening van de organisatie onverenigbaar met de beschermde status van het gebied. Conform de Agenda voor het Waddengebied 2050 blijft het mijnbouwbeleid rondom de Waddenzee ongewijzigd. Er "zullen (...) geen nieuwe winningsvergunningen meer worden verleend voor gas- en zoutwinning onder de Waddenzee", schrijft de minister vandaag in een conceptbrief aan de Tweede Kamer. De bewindsvrouw meldt ook dat wordt gewerkt aan "een wijziging van het Mijnbouwbesluit (...) met het doel om het gebied uit te sluiten van nieuwe opsporing en winning van delfstoffen of van uitbreiding of verlenging van bestaande opsporing en winning."
Voortgaande zoutwinning is, net als eventuele gaswinning bij Ternaard en oliewinning in Duitsland, onverenigbaar met de status van de Waddenzee als UNESCO Werelderfgoed. Dat stelt het Werelderfgoedcomité in een besluit. De UNESCO is ongerust over de bescherming van de Waddenzee als Werelderfgoed. De organisatie is van oordeel dat gaswinning onder de Waddenzee niet past, ook al staan de faciliteiten binnendijks bij Ternaard. Dat geldt ook de zoutwinning: "Also noting the approval in 2020 of additional salt extraction activities in the Netherlands, it should be stressed that whilst these projects may be located or planned outside the boundaries of the property, the associated extractive activities extend to the gas field and salt deposits directly below the property." "Extractive activities are incompatible with World Heritage status", herhaalt het comité.
Een werkbezoek van staatssecretaris Vijlbrief aan Harlingen ligt in het verschiet. Onze stichting nodigde de bewindsman medio 2022 uit. Na een kennismakingsgesprek in december van dat jaar, in Den Haag, werd voor voorjaar 2023 een bezoek gepland. Dat werd eerst over de zomer heen getild en vervolgens naar 2024 verplaatst. De bedoeling is nu dat de staatssecretaris zich medio februari persoonlijk in de havenstad op de hoogte komt stellen van de zorgen en de initiatieven van de SBHH.
Ter voorbereiding op het gesprek stuurde de SBHH per brief vast een aantal vragen op. Een van de belangrijkste punten is vanzelfsprekend de bewijskracht - of liever: het ontbreken daarvan - van de meetgegevens die momenteel worden verzameld door de weigering van de Commissie Mijnbouwschade de metingen te valideren.
Sinds 2018 volgt het onderzoeksplatform 'Follow the Money' (FTM) de ontwikkelingen rond de zoutwinning in Fryslân. Begin 2019, op de drempel van de transitie van zoutwinning op land naar zoutwinning vanonder de Waddenzee, publiceerde FTM-redacteur Mira Sys het artikel 'Zout laat Friesland zakken'. Daarin komt een groot aantal betrokkenen aan het woord waaronder oud-NAM-medewerker Adriaan Houtenbos, Rinze Post van de stichting Winamer Belang, directeur Durk van Tuinen van Frsia Zout en vele anderen. Artikelen van FTM zijn doorgaans echter alleen te lezen voor betalende abonnees.
Het artikel is later verwerkt in een podcast, waarin wordt terug- en vooruitgekeken naar de zoutwinning bij Harlingen. Deze podcast is sinds kort vrij te beluisteren via YouTube Een mooi overzicht van de stand van zaken tóen.
In opdracht van het ministerie van EZK is onderzoek gedaan naar verschillende modellen om opbrengsten/lusten van mijnbouwactiviteiten anders te verdelen en besteden om deze meer te laten landen in de lokale omgeving waar de mijnbouwactiviteiten plaatsvinden.
Bureau Rebel Group komt in haar rapport met 7 modellen om invulling te geven aan de wens de regio te laten meeprofiteren, gebaseerd op ervaringen in binnen- en buitenland. Voorbeelden zijn uitkeringen via een gemeente- of provinciefonds, een lokaal projectfonds of een regionale ontwikkelmaatschappij. In de praktijk worden dergelijke voorstellen ook al uitgevoerd, zoals in Haaksbergen waar Nobian € 1,67 per gewonnen ton zout in een omgevingsfonds stort.
Onderzoeker Allert Bijleveld van het Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee (NIOZ) pleit voor nader onderzoek naar de effecten van mijnbouw op 't Wad. Uit een NIOZ-onderzoek blijkt namelijk dat de gaswinning bij Ameland invloed heeft op bodemdieren die op de wadplaten leven. In de vergunning staat echter dat de natuurwaarden van het gebied niet aangetast mogen worden.
Het NIOZ monitort de wadplaten op duizenden plekken sinds 2008. Daaruit blijkt dat in de gaswinningsgebieden steeds meer slib op de bodem komt te liggen. Daardoor verandert ook het zeeleven in en op de wadplaten. Of dat ook bij de zoutwinning het geval is, is niet duidelijk. Bijleveld pleit daarom voor uitgebreider en langjarig onderzoek, waarbij de samenstelling van de bodem en het bodemleven maatstaf vormen voor mijnbouw onder het Wad.
Gisteren vond in de TU Delft het symposium 'Salt of the Earth' plaats, over de uitdagingen van 'engineering' in/met zout. Onder meer SodM, Royal HaskoningDHV en zoutwinner Nobian gaven inleidingen.
Brecht Wassing, senior researcher bij TNO GeoEnergy, sprak over het unieke vervormingsgedrag van steenzout: dat vertoont tijdsafhankelijk 'kruipgedrag'. Studies op micro- en monsterschaal in laboratoriumsituaties maakten de reologische eigenschappen van het zout begrijpelijker. TNO gebruikt deze eigenschappen om de bodemdaling boven cavernes te voorspellen. De modelresultaten blijken echter niet altijd overeen te komen met de waarnemingen aan het oppervlak. Over de vervormings-mechanismen rond diepe zoutcavernes zoals bij Harlingen blijft dus onzekerheid bestaan.
De Waddenzee is van een uitzonderlijk universele waarde door de bijzondere processen, de biodiversiteit en de integriteit van het gebied. In een nieuw rapport van de Waddenacademie, in opdracht van Rijkswaterstaat, beschrijft een team juristen dat het Waddengebied ondanks de status van Werelderfgoed op allerlei manieren wordt bedreigd.
Bodemdaling door zoutwinning is één van de effecten die volgens UNESCO op gespannen voet staan met de bescherming van het gebied. Daarnaast zijn er problemen zoals het veel te hoge nutriëntengehalte, chemische verontreiniging, zwerfafval, de groei van niet-inheemse soorten, verstoring van vogels en zeehonden door toerisme en militaire oefeningen en de bedreiging van waarden als uitgestrektheid, donkerte en stilte.
Het rapport uit 2021 van het Adviescollege Hand aan de Kraan Waddenzee stelt dat 'hand aan de kraan' tot op heden heeft voldaan. Voortaan is echter een betere analyse van onzekerheden op langere termijn wenselijk, vindt het Adviescollege.
De zeespiegelstijging is zo'n onzekerheid. Advies is voortaan elk jaar te bezien of het scenario daarvan vanwege nieuwe wetenschappelijke inzichten bijgesteld moet worden. Frisia moet daarover iets opnemen in de jaarlijkse monitoringsrapportage. Het zou ertoe kunnen leiden dat de 'gebruiksruimte' voor bijvoorbeeld het kombergingsgebied Vlie verkleind kan worden. Frisia tekende hier bezwaar tegen aan, omdat de productiezekerheid wegvalt wanneer de gebruiksruimtes ieder moment kunnen worden gewijzigd. Het bezwaar is deze week echter afgewezen.
De gemeenteraad van Haaksbergen gaf vanavond, na een jaar van fel verzet, toch groen licht voor verdere zoutwinning door zoutproducent Nobian. Het bedrijf mag bij het dorp nu acht nieuwe cavernes maken.
Vanwege het dreigende 'nee' van zowel het college van B en W als de gemeenteraad stuurde het ministerie van EZK voormalig werkgeversvoorman Bernard Wientjes als 'verkenner' naar Haaksbergen, gevolgd door Han ten Broeke als procesbegeleider. Er werden geheime stukken vrijgegeven, garanties gegeven over het uitsluiten van opslag van waterstof, het aanleggen van een meetnet en het vormen van een omgevingsfonds van € 3 miljoen per jaar. Toch bleef tot vanavond onduidelijk of de onrust onder de bevolking over trillingen en schade was weggenomen. Er kan nog bezwaar tegen de vergunning worden aangetekend.
Buitenlands wetenschappelijk onderzoek uit 2017-2019 leert dat zoutkruip “doorgaat ook nadat de drijvende kracht is gestabiliseerd”. Het Adviescollege Hand aan de Kraan Waddenzee noteerde dat in 2021 in haar adviesrapport ‘De toekomst van Hand aan de Kraan - omgaan met onzekerheden’.
Of zoutkruip voortgaat of niet, is voor de stad Harlingen een cruciale vraag. Stopt de bodemdaling zodra de winning stopt, of ijlt de bodemdaling daarna nog door - en hoe lang dan? We vroegen dit aan het Kennisprogramma Effecten Mijnbouw, dat onafhankelijke internationale kennis moet verzamelen. Ook na reminders in 2021 en 2022 kwam er nog geen antwoord. Inzake de beoogde zoutwinning in Haaksbergen bevestigde TNO eerder deze maand wel dat de bodemdaling na de winning inderdaad onzeker is.
Of de zoutwinning in Haaksbergen doorgaat zal naar verwachting 1 november blijken. Dan vergadert de gemeenteraad van Haaksbergen namelijk weer. In juni leek de raad niet bereid de benodigde 'Verklaring van geen bedenkingen' af te geven. B & W stelden voor die niet te verlenen, wat het einde van de zoutwinning in deze regio zou betekenen.
Het kabinet stuurde deze zomer eerst oud-werkgeversvoorman Bernard Wientjes als 'verkenner' naar Haaksbergen. Op zijn advies werden geheime stukken openbaar gemaakt. Daarna ging op verzoek van EZK oud-Kamerlid Han ten Broeke als procesbegeleider aan de slag. Of hij er in is geslaagd de zorgen van de bewoners over verzakkingen, bevingen en het afsluiten van de cavernes weg te nemen wordt begin volgende maand duidelijk.
De aanleg van 8 nieuwe cavernes bij Haaksbergen leidt daar vanwege de verwachte bodemdaling al maanden tot flinke discussie. Han ten Broeke zoekt als procesbegeleider naar een gedragen oplossing.
Zoutwinner Nobian heeft zich de afgelopen tijd ingespannen tegemoetkomingen richting de bevolking te doen. Zo is alvast een schadefonds met 1 miljoen euro gevuld, en kan elke inwoner op kosten van het bedrijf een schouw van zijn of haar huis laten doen. Verder is op voorhand aangeboden een Omgevingsfonds te vormen, waaruit initiatieven uit de streek gesteund kunnen worden. Andere punten, zoals het erkennen van metingen van de eigen bevolking en de eindige omvang van het landelijke Waarborgfonds bleven echter onbeantwoord.
De bodem in het Groningse Zuidwending daalt door zoutwinning sneller dan verwacht. In de periode 2008-2025 zal de bodem niet 3 centimeter dalen, maar 5,3 cm. De snellere daling werd al in 2021 gemeten, maar kwam pas recent aan het licht. Het betrokken zoutwinbedrijf, Nobian, analyseerde de metingen namelijk pas eind vorig jaar. Dat moet veel sneller, vindt het Staatstoezicht op de Mijnen (SodM). De toezichthouder wil dat metingen binnen 3 maanden worden geanalyseerd.
Van Nobian wil SodM ook meer weten over 'microtrillingen' zoals eerder in toenemende mate bij Heiligerlee zijn gemeten. Nobian is gevraagd nader onderzoek te doen naar zulke micro-seismische activiteit. Die zou kunnen wijzen op minder stabiele cavernes.
Oud-Kamerlid Han ten Broeke, zelf afkomstig uit Haaksbergen, is aangesteld als procesbegeleider inzake de beoogde zoutwinning bij Haaksbergen. Hij moet proberen de spanningen weg te nemen die zijn ontstaan tussen bewoners, gemeenteraad en college van B&W. Ten Broeke is aangesteld door de minister van Economische Zaken en Klimaat, Micky Adriaansens.
Voor de zomer werd oud-werkgeversvoorman Bernard Wientjes al naar Haaksbergen gestuurd, als 'verkenner'. Ook hij was tot grote verrassing van de raad door het ministerie van EZK gevraagd te bemiddelen. Aanleiding was het voornemen van de gemeente de benodigde 'Verklaring van geen bedenkingen' te weigeren. De besluitvoming daarover is nu over de zomervakantie heen getild.
Het Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) neemt steeds meer aspecten van mijnbouwactiviteiten in ogenschouw. Dat wordt duidelijk uit vrijgegeven stukken rond de mogelijke zoutwinning bij Haaksbergen. De toezichthouder kijkt niet meer alleen naar een veilige winning, maar wil een complete 'Life Cycle Analyse' (LCA) van zowel de winningsfase als de periode van nazorg. "Juist bij zoutwinning in diepe en/of hoge cavernes is bekend dat er onzekerheden zijn over de wijze van afsluiten en de daarmee in samenhangende nazorg."
Niet alleen individuele cavernes, ook (interactie tussen) meerdere cavernes als samenhangend systeem worden daarbij getoetst, inclusief risico’s en mogelijke beheersmaatregelen. De LCA moet bovendien boven- én ondergrondse effecten meenemen, én inzicht geven in eventuele toepassingen voor het gebruik van de cavernes na de zoutwinning, zoals ondergrondse energieopslag.
De aanname dat bodemtrillingen ten gevolge van pekelwinning uiterst onwaarschijnlijk zijn, is achterhaald. Dat schrijft het Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) in een advies uit 2021, dat vanwege de ontwikkelingen rond zoutwinning in Haaksbergen openbaar is geworden. Met behulp van micro-seismische monitoringsnetwerken "zijn lichte trillingen gedetecteerd rond en boven de cavernes in andere locaties in Nederland waar zout gewonnen wordt, met name in Twenthe-Rijn, Heiligerlee en Zuidwending", schrijft SodM.
Het advies vervolgt: "Primair wordt de (micro-)seismiciteit gemonitord om de cavernestabiliteit in de gaten te houden. De gemeten trillingen zijn relatief licht vergeleken met de aardbevingen bij gaswinning, maar ook een stuk ondieper." Op advies van 'verkenner' Bernard Wientjes zijn nog veel meer eerder geheime stukken rond de zoutwinning Haaksbergen vrijgegeven.
In Haaksbergen leeft weerstand tegen verdere zoutwinning. Toch kreeg 'verkenner' Bernard Wientjes als taak "te onderzoeken of er ruimte en vertrouwen is voor winning van zout."
Die vraag laat staatssecretaris Vijlbrief echter onbeantwoord in zijn brief waarin hij schrijft dat eventuele zoutwinning in Haaksbergen veilig kan plaatsvinden door de adviezen van het Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) te volgen. Zoutproducent Nobian moet wel beter uitleggen hoe de lege zoutcavernes op termijn veilig kunnen worden gesloten. Maar aan de kernvraag, of je als streek sowieso cavernes onder je wilt, gaat de bewindsman voorbij.
Een "stabiele situatie op de lange termijn" waarborgen kán, stelt SodM. Vanaf de zijlijn in Harlingen denken wij echter dat ook de principevraag een antwoord verdient nu omwonenden zich zorgen maken over verzakkingen en aardbevingen.
De gemeente Haaksbergen wil geen zoutwinning meer. B&W wil een 'Verklaring van geen bedenkingen' voor een nieuwe concessie daarom weigeren. Het kabinet legt zich daar nog niet bij neer: oud-werkgeversvoorman Bernard Wientjes gaat als 'verkenner' naar Haaksbergen. In zijn eerste advies roept hij het ministerie van EZK op om geheime stukken over de veiligheid van de zoutwinning openbaar te maken, meldt RTV Oost. Mogelijk betreffen die de opslag van waterstof.
Wientjes vraagt het ministerie volledig opening van zaken te geven over de veiligheidsrisico's van zoutwinning, ook als het gaat om geheime stukken van Staatstoezicht op de Mijnen, onderzoeksbureau TNO en de Technische commissie bodembeweging. Hij adviseert verder om "specifiek voor de acht cavernes in Haaksbergen de opslag van waterstof (en andere stoffen) nu en in de toekomst uit te sluiten".
Bodemdaling stopt niet direct wanneer de zoutwinning stopt, zoveel is inmiddels duidelijk. Om zout te winnen vormt Frisia ondergrondse holtes - cavernes - waar het zout uit omliggende lagen langzaam naartoe 'kruipt'. Na beëindiging van de winning drukt de zoutlaag rond de caverne deze heel langzaam samen. Deze 'convergentie' zorgt voor bodemdaling aan het aardoppervlakte c.q. de wadbodem. Hoe lang, hoe snel en hoe diep die na-ijlende bodemdaling is, is nog onduidelijk.
Ook kan oppervlaktedaling ontstaan doordat pekel migreert naar meer doorlatende lagen boven de Zechsteinlaag, stelt een vandaag verdedigd proefschrift (klik hier voor de Nederlandse samenvatting). Dat pleit voor verder onderzoek naar de kruipsnelheden van zout, naar permeatie via anhydrietveranderingen of microbreuken en naar de secundaire porositeit van het zout.
Burgemeester en wethouders van de gemeente Haaksbergen stellen de gemeenteraad voor het eerdere standpunt, om te weigeren een 'Verklaring van geen bedenkingen' af te geven, te handhaven. Dat zou een einde maken aan de zoutwinning in de gemeente door zoutwinner Nobian, want voor het ministerie van EZK is zo'n Verklaring noodzakelijk om een concessie voor verdere winning af te geven.
Woordvoerder Jorn van der Meer van Nobian stelt dat geen schade door de zoutwinning te verwachten is. Maar Haaksbergen kampt nog met de effecten van de eerdere winning, zoals bodemdaling en diesellekkages. "Niet is geborgd dat geen sprake is van bodemdaling door het ontwikkelen van cavernes en het winnen van zout", schrijft het College van B en W. Wanneer de gemeenteraad instemt en de situatie niet verandert komt in Hengelo een van de grootste zoutfabrieken in Europa binnen twee jaar stil te liggen.
"In het Friese Harlingen wordt zout gewonnen en daardoor daalt de bodem", zo berichtte RTL Nieuws vanavond. "Bewoners maken zich daar zorgen over, want in Groningen hebben ze gezien hoe dat tot verzakkingen, scheuren en een hoop ellende kan leiden. Daarom doen ze nu zelf metingen, om in de gaten te houden of het misgaat. Maar dan moeten die metingen wel serieus worden genomen."
Mocht onverhoopt toch schade ontstaan, "dan willen ze de metingen gebruiken als bewijs", aldus de reportage. "Toch lijkt er een kink in de kabel te zitten. De Commissie Mijnbouwschade, die schade vergoedt, wil en mag het meetnet niet keuren. En dat zorgt voor onrust onder bewoners in Harlingen. Die zijn bang dat wanneer er daadwerkelijk schade komt in de toekomst, de metingen als 'onbruikbaar' worden gezien." Bekijk de nieuwsuitzending hier. Het item over Harlingen start vanaf 14:45.
Van vele honderden schademeldingen wees de Commissie Mijnbouwschade de afgelopen jaren geen enkele toe. Ze erkent dat de huidige afspraken om burgers te ontzorgen onvoldragen zijn en dat schademelders zich "vaak heel verloren voelen", aldus commissielid Drijver vanochtend. De Commissie "worstelt daarmee" maar heeft geen intentie aan verbetering bij te dragen, bleek vandaag bij een kennismaking met de Vaste kamercommissie EZK.
In een brief aan de kamercommissie zetten wij een aantal van de onvolkomenheden op een rijtje. Diverse Kamerleden zoals Caroline van der Plas (BBB) legden die vandaag voor. Sandra Beckerman (SP) vroeg de commissieleden op papier te zetten waar volgens de commissie nu de omissies zitten. Ook zij kreeg de bal terug: "Dat is een interessant gesprek voor u om te voeren met de staatssecretaris die de protocollen maakt." Een videoverslag van de bijeenkomst is hier te zien.
De situatie rond het Aanvullend Meetnet in onze binnenstad verkeert nog in een impasse. Tot nu toe blijkt het namelijk niet mogelijk de metingen, die door alle plaatselijk betrokken partijen worden ondersteund, als valide bewijs door het rijk erkend te krijgen.
Na de Harlinger Courant en het Algemeen Dagblad besteedde afgelopen week Een Vandaag aandacht aan de patstelling in Harlingen. Vandaag kwam ook RTL Nieuws opnamen maken. De crew filmde de meetapparatuur aan de Zoutsloot en interviewde daar Jarig Langhout. Die verwoordde opnieuw dat de Tweede Kamer uitdrukkelijk aan de minister van EZK heeft gevraagd burgers te ontzorgen, nu we in Groningen maar ook in Wijnaldum hebben gezien hoe frustrerend de bestaande benadering van mijnbouwschade uitpakt. De Commissie Mijnbouwschade biedt wat dat betreft nog niet de gevraagde verbetering.
In het kielzog van het Algemeen Dagblad wilde ook EenVandaag meer weten over het toetsingskader dat onze stichting met steun van gemeente, provincie en waterschap samen met Frisia Zout gaat ontwikkelen. Waarom draagt het rijk, als concessieverlener, niet zorg voor een geaccepteerde nulmeting, wanneer ergens mijnbouw plaatsvindt? En waar wringt de schoen bij de Commissie Mijnbouwschade?
AVRO/TROS-verslaggeefster Laura Kors reed naar Harlingen om in een kelder op de Zoutsloot met eigen ogen de meetapparatuur te gaan bekijken. Ze interviewde de bewoonster, Karla Hopman, en adviseur van de SBHH Chris Elsinga. "Met gemeente, provincie, waterschap en Frisia Zout samen hebben wij dit meetnet aangelegd en juist de Commissie die in het leven is geroepen om burgers te ontzorgen, die wil niet zeggen: jullie meten dit goed".
Beluister hier de bijdrage zoals die werd uitgezonden op NPO radio 1.
Het Algemeen Dagblad heeft het nieuws opgepikt dat Harlingen zelf een toetsingskader voor schade door zoutwinning gaat optuigen.
"Wij zoeken altijd naar de dialoog", zegt voorzitter van de SBHH Jarig Langhout. "En op basis daarvan is de Pilot Harlingen tot stand gekomen: een vruchtbare samenwerking met gemeente, Wetterskip, provincie en Frisia Zout, waarbij de veiligheid van de burger en de stad centraal staan. Al sinds eind 2020 zijn we ook met de Commissie Mijnbouwschade voortdurend in contact, met als gemeenschappelijk doel 'het ontzorgen van burgers'. Helaas komen we ondanks een reeks ontmoetingen en andere contacten niet vooruit. In december kaartten we dat knelpunt aan bij staatssecretaris Vijlbrief. Met hem hadden we een prettige en openhartige gedachtewisseling, maar zijn recente brief brengt ons inhoudelijk niet verder. Vandaar nu deze stap, maar wij blijven graag met alle partijen in gesprek."
De SBHH ontwikkelt samen met Frisia Zout een eigen toetsingskader voor vergoeding van schade door zoutwinning. "Na de brief van staatssecretaris Vijlbrief zien wij geen andere oplossing", zegt voorzitter Jarig Langhout. "We meten in Harlingen met 5 partijen op een ongekend precieze schaal de bodembeweging. De overheid financiert dat, maar weigert tegelijkertijd te zeggen of de meetdata volstaan om eventuele schade toe te wijzen. Ondanks de eensgezinde aanpak van mijnbouwer, burgers, gemeente, provincie en waterschap blijven we dan toch tientallen jaren in onzekerheid zitten. Groningen herhaalt zich hier."
Harlingen kan niet anders dan het rijk dan maar te passeren, stelt Langhout. "Inwoners kunnen straks rechtstreeks bij Frisia terecht. Die heeft al toegezegd op grond van het eigen, Harlinger toetsingskader alle schade te vergoeden." Afgesproken is dat de regeling eind 2023 klaar moet zijn.
In het vandaag gepubliceerde jaarplan 2023 kijkt het Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) ook al verder de toekomst in. "Met de expansie van de windparken op zee, komt ook de noodzaak van grootschalige energieopslag steeds dichterbij. De opslag van waterstof in zoutcavernes ligt in termen van haalbaarheid het dichtste bij." In Groningen liggen al veel cavernes, maar SodM vindt het niet vanzelfsprekend dat tientallen nieuwe cavernes voor waterstofopslag aangelegd gaan worden in een provincie "waar het vertrouwen in mijnbouw en overheid fors gedaald is". Zijn cavernes in Fryslân een alternatief? SodM zet in op iets anders, te weten "grootschalige waterstofopslag onder de Noordzee, waar de windparken zich bevinden waarvan de elektriciteit omgezet kan worden in waterstof."
Verder focust SodM op veiligheid van de volledige levensduur van nieuwe én oude cavernes: aanleggen, exploitatie én afsluiting.
Zoutwinningsplannen in de gemeente Haaksbergen zijn voorlopig van tafel. De gemeenteraad daar weigerde namelijk een 'Verklaring van geen bedenkingen' af te geven. Zonder zo'n verklaring kan het rijk geen vergunning afgeven.
In een brief vragen inwoners van Winschoten de raadsleden van hun gemeente Oldambt nu hetzelfde te doen. Zoutwinner Nobian (voorheen Akzo Nobel) plande er voorlopig 12 nieuwe cavernes. De meeste daarvan liggen volgens de bewoners pal achter of naast hun erfgrens, in één geval zelfs op slechts 20 meter van een voortuin. In de open brief worden parallellen getrokken met de gaswinning, waarvan negatieve effecten lange tijd werden ontkend. De bewoners vrezen voor bodemdaling, sinkholes, lekkages en lichte aardbevingen en denken dat, net als bij gas, geld verdienen voor de overheid zwaarder weegt dan de belangen van de inwoners.
De overheid financiert het Aanvullend Meetnet. Maar ze (c.q. de Commissie Mijnbouwschade) wil niet bevestigen dat de meetdata op termijn afdoende bewijs zijn om onverhoopte schade toe te wijzen. Welke garanties de gegevens bij schade bieden blijft daarmee onduidelijk.
Om het meetnet alsnog te valideren verwijst de Commissie naar de Mijnraad of de Technische commissie bodembeweging (Tcbb). De eerste gaf aan enkel EZK te adviseren bij vergunningverlening. De Tcbb echter "is graag bereid u een advies te geven over het meetnet in Harlingen" teneinde te "vermijden dat de Commissie Mijnbouwschade bij schademeldingen in de toekomst oordeelt dat de meetdata niet of onvoldoende bruikbaar zijn." Maar, wordt toegevoegd, een Tcbb-advies [...] biedt geen zekerheid over hoe de Commissie Mijnbouwschade in de toekomst met de meetdata zal omgaan." Of een advies wel zinvol is, betwijfelt de Tcbb dus. Wordt vervolgd...
Staatssecretaris Vijlbrief geeft zoutproducent Nobian geen vergunning voor verdere zoutwinning in Twente. De noodzakelijke ‘verklaring van geen bedenkingen’ ontbreekt namelijk. De gemeente Haaksbergen weigerde eind oktober zo'n verklaring af te geven. De vergunning voor de zoutwinning is verder helemaal een aangelegenheid voor het rijk; enkel over de verklaring heeft de gemeente wat te zeggen. Haaksbergen is voor zover bekend de eerste gemeente die de verklaring weigert; de gemeenteraad van Harlingen durfde die stap 10 jaar geleden niet aan toen Oud Harlingen voorstelde éérst waarborgen over de veiligheid van de stad te vragen.
Zout- en chemiebedrijf Nobian legt zich niet neer bij de situatie en blijft naar eigen zeggen met raadsleden en college in gesprek. Nobian deed eerder al vérgaande concessies, zoals permanente monitoring, een schadefonds en compensatie voor de gemeenschap.
Vorige zomer schreef de Leeuwarder Courant: "Mocht er toch iets verzakken door zoutwinning, dan is half Harlingen vast opgemeten als bewijs. Maar heeft het wel zin?" De vraag volgde op de opstelling van de Commissie Mijnbouwschade, die niet wil zeggen of de metingen in Harlingen optimaal bruikbaar zijn om schadeclaims af te handelen. Ze verwees voor zo'n oordeel naar de Mijnraad.
De Mijnraad legde de bal vandaag echter weer terug: “De taak van de Mijnraad is het adviseren van de staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat. We zijn niet toegerust om vragen van burgers (...) te beantwoorden."
In december kaartte de SBHH de patstelling rond de validatie van de metingen aan bij staatssecretaris Vijlbrief. Die beloofde de Tweede Kamer eerder desnoods een nieuwe nulmeting te doen. Het wachten is nu op een antwoord van zijn kant.
Rapporten van schade-experts inzake de Groninger aardbevingsschade vertonen "onverklaarbare verschillen". Bij twee-onder-een-kapwoningen wordt schade aan het ene huis bijvoorbeeld wél als mijnbouwschade erkend, en die aan het buurhuis niet. Het Instituut Mijnbouwschade Groningen (IMG), dat de experts inhuurt, kan echter niet zeggen of sommige bureaus een oorzakelijk verband met de gaswinning (veel) vaker afwijzen dan andere. Is er geen relatie, dan wordt geen schade uitgekeerd. Het IMG onderzocht de verschillen wel, maar zegt de gebruikte informatie niet te kunnen vinden. Daarom diende de SBHH nu een Woo-verzoek in (Wet Open Overheid).
Voor Harlingen zijn deze verschillen en hun oorzaak relevant. Eén van de 'Groninger' bureaus - 10BE - gaat op termijn namelijk mogelijk ook schades door zoutwinning in Harlingen beoordelen, als vast expertbureau van de Commissie Mijnbouwschade.
Bij het ontwikkelen van nieuwe zoutcavernes moet er, waar technisch en financieel mogelijk, rekening mee worden gehouden dat deze cavernes in de toekomst ingezet kunnen worden voor opslag van waterstof. Dat is één van de zaken die het kabinet in de aangepaste Mijnbouwwet wil regelen. Mogelijk is dit ook van toepassing op de cavernes die Frisia nog bij Harlingen kan aanleggen.
Energieopslag gaat bij de robuustheid van het toekomstig energiesysteem in Nederland een belangrijke rol spelen. Het (her)gebruik van geschikte zoutwinlocaties wordt daarmee een zaak van van nationaal belang. Daarvoor moeten nog wel toetsingscriteria worden ontwikkeld. Er zijn bijvoorbeeld nog vragen over de grootte van een caverne en afstanden tot andere ondergrondse activiteiten. In het eerste kwartaal van 2023 komt het kabinet met een visie over de toekomst van zoutwinning in Nederland.
Staatssecretaris Vijlbrief werkt aan een aanpassing van de Mijnbouwwet. Maar het doorvoeren van wetswijzigingen kost gewoonlijk meerdere jaren. Daarom wil de bewindsman op basis van artikel 49 van de Mijnbouwwet bij algemene maatregel van bestuur (AmvB) bijvoorbeeld nadere regels stellen voor het opsporen en winnen van delfstoffen. Via zo'n algemene maatregel kan dat namelijk veel sneller.
Wat zoutwinning betreft overweegt het kabinet onder meer de productie van zout als grondstof voor de chemische industrie tot een zaak van nationaal belang te verklaren. Dit vanwege onder meer de betekenis ervan als essentiële grondstof voor de chemische industrie in Nederland en Noordwest-Europa, en voor producten die nodig zijn voor de energietransitie zoals windmolens, batterijen en isolatiemateriaal en in koude winters ook voor de verkeersveiligheid.
Staatssecretaris Vijlbrief wil in gesprek met de Tweede Kamer over een betere maatschappelijke inbedding van mijnbouw. “Iedereen maakt gebruik van energie en grondstoffen uit onze bodem en dat zal zo blijven", aldus de staatssecretaris. "Wel verandert er veel de komende jaren. Er moet eerder en beter met omwonenden gesproken worden over wat er waar mogelijk is.”
Afspraken met de omgeving over de realisatie, de exploitatie en het opruimen na het beëindigen van het project worden voorwaarde voor nieuwe mijnbouwactiviteiten, wil de bewindsman. Deze plannen moeten worden opgesteld in overleg met omwonenden, maatschappelijke organisaties, regionale en lokale bestuurders en mijnbouwbedrijven. Ook zouden de opbrengsten deels moeten terugvloeien naar de regio. Dat laatste sluit aan op een oproep van de Friese gedeputeerde Friso Douwstra, die hier eerder al voor pleitte.
Hoewel het doel van de SBHH is schade te voorkómen, kijkt de stichting toch ook naar de manier waarop schades worden afgehandeld. In Groningen werd de afhandeling van schademeldingen tijdelijk stilgelegd vanwege "onverklaarbare verschillen" tussen de adviesrapporten over schademeldingen.
Een eerste analyse wees uit dat slechts een paar procent van de verschillen tussen adviesrapporten te herleiden was naar de omvang van de woning en het type woning. Driekwart van de verschillen kon niet worden verklaard. “De resultaten lijken erop te wijzen dat er samenhang is tussen het percentage causale schades en factoren gerelateerd aan de opname en beoordeling door een van de vier expertisebureaus.”
De SBHH probeert nu duidelijk te krijgen of inderdaad bepaalde bureaus het verband tussen mijnbouw en schade substantieel vaker toe- of afwijzen dan andere.
Naar aanleiding van het rapport ‘De toekomst van Hand aan de Kraan - omgaan met onzekerheden’ van het Adviescollege Hand aan de Kraan Waddenzee heeft de SBHH het Kennisprogramma Effecten Mijnbouw (KEM) gevraagd nader onderzoek te doen naar voortgaande zoutkruip. Het KEM heeft de laatste jaren verschillende wetenschappelijke onderzoeken afgerond en nieuwe in gang gezet om onzekerheden rond de zoutwinning te verkleinen. Op basis daarvan heeft het Staatstoezicht op de Mijnen dit jaar bijvoorbeeld besloten scherper toe te zien op vorm en volumes van zoutcavernes.
De Adviescommissie concludeert op basis van internationale onderzoeken dat zoutkruip “doorgaat ook nadat de drijvende kracht is gestabiliseerd”, terwijl eerder werd aangenomen dat bodemdaling stopt zodra de winning stopt. De SBHH heeft daar middels deze brief duidelijkheid over gevraagd.
Vanochtend kregen gedeputeerde Friso Douwstra en de fractievoorzitters van Provinciale Staten een kilo zout en een brief van een delegatie van de Stichting Winamer Belang.
Een jaar geleden kreeg de provincie al een rapport aan over 30 jaar zoutwinning en evenveel jaren frustraties over schades in het dorp. Antwoord daarop kregen de Wijnaldumers niet en vandaar de actie vandaag. "Je ziet dat er in Harlingen continu wordt gemeten, maar in Wijnaldum niet. Dat vind ik niet rechtvaardig en dat frustreert", zei voorzitter Rinze Post. Winamer Belang wil een "eerlijke en rechtvaardige regeling" voor iedereen die schade heeft door bodemdaling.
Uit solidariteit met de Wijnaldumers waren ook inwoners met schade uit Groningen en Drenthe aanwezig. Vorige week boden zij dáár een petitie aan met steun vanuit Wijnaldum, en nu gaven ze omgekeerd support in Fryslân.
Het Harlinger meetnet is als bijlage toegevoegd aan het meetplan dat Frisia Zout jaarlijks voorlegt aan het ministerie van EZK. Mede op basis daarvan bekijkt het Staatstoezicht op de Mijnen of de zoutwinning binnen de gestelde kaders verloopt.
Toen de Samenwerkingsovereenkomst met Frisia en andere partijen werd gesloten beloofde toenmalig minister Wiebes al dat de Harlinger metingen deel zouden worden van de controle op de zoutwinning. Het Staatstoezicht op de Mijnen onderstreepte dat met een brief. Maar ondanks een aanvraag van Frisia aan het ministerie van EZK bleef het gepubliceerde meetplan beperkt tot de 'standaard' meetgegevens. Vandaag liet het ministerie weten dat de aanvullende bijlage bij het meetplan nu is gepubliceerd op NLOG, een portal van het ministerie met informatie over energie en delfstoffen in de diepe ondergrond van Nederland.
De SBHH wil alle schade voor Harlingen en de Harlingers voorkómen. Toch is het, voor de zekerheid, goed vóóraf te regelen hoe problemen worden afgehandeld 'in het geval dát'. Daarom pleiten we al sinds de oprichting in 2017 voor een robuust landelijk schadefonds. Vanavond bevroeg Agnes Mulder (CDA) staatssecretaris Vijlbrief daarover in de Tweede Kamer.
In augustus 2021 kaartte de SBHH het punt al aan bij toenmalig minister Blok, tijdens een werkbezoek aan Frisia Zout. Vervolgens stelde de Vaste kamercommissie EZK er in september 2021 vragen over, gevoed door deze brief. Een maand later kwam de minister met een kamerbrief waarin wordt erkend dat veel rond nazorg, aansprakelijkheid en verjaring onduidelijk is. In antwoord op de vragen van Agnes Mulder stelde staatssecretaris Vijlbrief nu begin 2023 een nadere uitwerking van dit punt in het vooruitzicht.
Een delegatie van de SBHH had vandaag in Den Haag een positief, oplossingsgericht onderhoud met staatssecretaris van Mijnbouw Hans Vijlbrief (D66). Onderwerp van gesprek waren de punten die eerder al in een brief waren voorgelegd. De bewindsman wil komend voorjaar als gevraagd naar Harlingen komen om in gesprek te gaan met burgers en nader kennis te nemen van de Pilot Harlingen.
Het mijnbouwdossier is in beweging en er zitten verdere veranderingen aan te komen, gaf de staatssecretaris aan. Op korte termijn gaat er een 'Contourennota wijziging Mijnbouwwet' naar de Tweede Kamer. Mogelijk wordt daarbij ook gekeken naar Harlingen. Plaatselijk draagvlak wordt daar geschraagd door niet het vergoeden maar het voorkomen van schade centraal te stellen. Op de punten van een schadefonds en nazorg op lange termijn komt de staatssecretaris nog met een schriftelijk antwoord.
Naijlende schade door mijnschade stond vanavond centraal in het onderzoeksjournalistieke KRO/NCRV-radioprogramma Pointer, uitgezonden vanuit het Nederlands Mijnmuseum in Heerlen. Hoewel de steenkoolwinning er in 1974 stopte komen er nog steeds nieuwe schades bij.
Het bestaande Calamiteitenfonds mag enkel gevallen helpen waar de veiligheid direct in het geding is. Sinds 2016 waren dat er 25. Honderden andere gedupeerden kunnen nergens terecht; naar schatting kampen zelfs 10.000 huizen met schade. “En dit gaat nog decennia zo door”, zegt inspecteur-generaal Theodoor Kockelkoren van SodM. Niemand lijkt verantwoordelijk: diverse mijnbedrijven bestaan niet meer en andere beroepen zich op verjaring. Om dit soort situaties te voorkomen wil de SBHH dat het landelijke Waarborgfonds wordt opgehoogd van € 250.000 naar 2,5 miljard euro.
De bestaande zoutcavernes van Frisia lijken minder geschikt om op termijn vloeistoffen of gassen in op te slaan. Dat is een voorlopige, voorzichtige conclusie uit een afstudeeronderzoek naar dit onderwerp. Uit een inventarisatie van 87 gepubliceerde incidenten wereldwijd komt het beeld naar voren dat er vaker problemen waren bij cavernes die relatief ondiep liggen (tot 500 m diep) of juist relatief diep (dieper dan 1500 m). De cavernes van Frisia vallen in de laatste categorie.
Preventie is essentieel, stelt student Earth Sciences aan de VU Joeri Eising in zijn masterhesis met appendix. "Voorkom incidenten door caverne- en putontwerp een essentieel onderdeel te laten zijn van de bouw- en ontwerpfase van een opslagcaverne." Ook omdat dit eerder bij de cavernes van Frisia niet is gebeurd, lijken ze niet de aangewezen plekken voor toekomstige opslag.
Het Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) heeft in 2022 onderzocht of de zoutondernemingen in Nederland zich houden aan de geometrische begrenzingen van cavernes: de vorm van de zoutcaverne zoals deze vergund is in het winningsplan. Aanleiding hiervoor was de zoutwinning in Hengelo, waar vorig jaar werd geconstateerd dat die niet conform het winningsplan verliep.
Het Staatstoezicht heeft in het onderzoek "geen recente overschrijdingen" gevonden. Wel zijn enkele decenniaoude overschrijdingen geconstateerd, maar "deze hebben geen gevolgen voor de stabiliteit van de cavernes en de veiligheid van de omgeving en het milieu."
Frisia doet jaarlijks ook een echometing van de 'holruimtevolumes', door de kopdrukken en productievolumes te evalueren. Daarvoor wordt jaarlijks een meetplan ingeleverd.
De technische mensen van de Commissie Mijnbouwschade komen "waarschijnlijk" naar Harlingen om zich op de hoogte te stellen van de Pilot Harlingen wanneer er een openbare sessie over de opzet van de nulmetingen wordt georganiseerd. De Commissie stelt zich immers "op de hoogte van ontwikkelingen in het veld, waaronder de Pilot die u uitvoert in Harlingen." Bovendien is de Commissie "voorstander van meeromvattende metingen die gegevens opleveren over de ontwikkeling van de diepe en ondiepe ondergrond en van de gebouwen", want "dat maakt de behandeling van eventuele schademeldingen in de toekomst makkelijker en effectiever."
Onze gerichte uitnodiging voor een presentatie van de technisch-inhoudelijke opzet van de nulmetingen door Antea, Monuscan en Monumentenwacht Fryslân staat de Commissie echter af, liet ze vandaag in een e-mail weten.
De twee permanente continue meetpalen op de Waddenzee laten inderdaad de voorspelde diepe bodemdaling zien, nu de zoutwinning is gestart. Dat schrijft de Auditcommissie van de Commissie voor de milieueffectrapportage naar aanleiding van het monitoringsrapport over 2021. De twee palen laten respectievelijk 3,3 en 5,9 millimeter daling zien: hoe dichter bij de caverne, hoe groter de daling. "Dat geeft vertrouwen dat er daadwerkelijk Pleistocene bodemdaling door zoutwinning gemeten wordt", schrijft de Commissie in haar rapport dat eerder deze maand al verscheen.
De Commissie is tevreden over Frisia's rapportage, maar adviseert wel om de aard en grootte van de onzekerheden bij het bepalen van de bodemdaling aan te geven. En: "Analyseer ook of de bodemdalingsvoorspelling overeen blijft komen met de werkelijke ontwikkeling."
In haar advies over de monitoring in 2021 pleit de Auditcommissie van de Commissie voor de milieueffectrapportage er opnieuw voor een extra pleistoceen meetpunt voor de kust van Harlingen te plaatsen. Vorig jaar was er dezelfde oproep.
De Auditcommissie vraagt zich af "of het ontbreken van een Pleistoceen meetpunt aan de zuidelijke rand van de bodemdalingsschotel de bodemdalingsprognose niet (of nauwelijks) beïnvloedt. Het gaat namelijk om een samengestelde schotel veroorzaakt door bodemdaling boven verschillende cavernes." De SBHH vroeg al vaker om extra meetpunten, dus ondersteunt dit pleidooi.
Ook van andere metingen wil de Commissie de nauwkeurigheid graag vergroten. Ze pleit daarom voor contact daarover met Rijkswaterstaat en een koppeling met nieuwe zogenoemde 'vaklodingen'.
Door de aanhoudende droogte dreigen honderdduizenden huizen in Nederland te verzakken, óók in de kleigebieden in Noord-Friesland. Volgens het Kenniscentrum Aanpak Funderingsproblematiek neemt funderingsschade snel toe. Het kwetsbaarst zijn huizen die niet op betonnen palen of een betonnen fundering zijn gebouwd - zoals de meeste panden in de Harlinger binnenstad.
Om de verzakking van huizen tegen te gaan wil het kabinet het waterpeil gaan verhogen. Het rijk werkt aan een plan van aanpak, samen met provincies en waterschappen. De peilverhoging houdt namelijk ook verband met de uitstoot van CO2, maar geeft ook hinder voor boeren: tractors en koeien kunnen slechter uit de voeten op nattere weilanden. Welke gevolgen de peilverhoging voor de gemeente Harlingen zou hebben is nog niet duidelijk.
Twee provinciale fracties willen dat het college van Gedeputeerde Staten van Groningen bij de zoutwinning in die provincie de veiligheid centraal stelt, en zich gaat verzetten tegen iedere vorm van mijnbouw. "Heeft de provincie niet genoeg geleerd van alle problematiek rondom de gaswinning?", vragen de Socialistische Partij en de Partij voor de Dieren zich af.
Medio december spreken Groninger Staten over de zorgen en problemen die er in de provincie spelen. In dat kader kwamen de twee partijen met een oproep aan bewoners om hun ervaringen en verhalen over schade te delen. Ook inwoners die pas in de toekomst schade aan hun woonomgeving verwachten kunnen hun zorgen op papier zetten. Dat moet resulteren in een 'gepeperde rekening', die komende maand zal worden ingediend. Zie ook de Facebookpagina 'De gepeperde rekening'.
Het Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) wil richting Frisia Zout en de NAM niet handhavend optreden. De Waddenvereniging had daar wel om gevraagd.
Aan de bodemdaling door zout- en gaswinning is een maximum gesteld. De vergunde 'gebruiksruimte' waar de daling binnen moet blijven wordt regelmatig geëvalueerd. Op dit moment is er echter nog geen evaluatie van de gebruiksruimte voor de periode vanaf 2021, terwijl dat wel was gepland. Daarmee is de gang van zaken niet in lijn met de vijfjarige evaluatiecyclus in de instemmingsbesluiten van de minister.
Dat laatste valt Frisia en de NAM echter niet aan te rekenen, vindt SodM. Bovendien blijkt uit metingen dat zij binnen de toegestane bodemdaling blijven. "Er is gelet hierop geen overtreding waartegen ik handhavend kan optreden", concludeert SodM.
Tijdens de informatieavond van 8 november gaf de Commissie Mijnbouwschade te kennen dat het aantonen van een oorzakelijk verband tussen schade en mijnbouwactiviteiten een lastige opgave is. Tal van situationele aspecten en invloeden spelen een rol, en die worden vaak niet of slechts deels gemeten. Bovendien ontbreekt het meestal aan een voldoende fijnmazig meetnet. 'Je zou eigenlijk data op straat- of zelfs huisniveau moeten hebben, in combinatie met data van de ondergrond en liefst óók nog met meetgegevens van de diepe ondergrond.’
In Harlingen beschikken we over al die gegevens. De SBHH heeft de technische mensen van de Commissie Mijnbouwschade daarom uitgenodigd voor een presentatie van de technisch-inhoudelijke grondslag van de innovatieve ondergrondse metingen en het bovengrondse geometrische model door onze partners Antea, Monuscan en Monumentenwacht Fryslân.
Dinsdagavond lichtte de Commissie Mijnbouwschade haar taak en werkwijze toe tijdens een informatieavond in Hotel Van der Valk te Wolvega. De 13 afgevaardigden van de stichtingen Mijn en Dijn belang (Winschoten), Stop Zoutwinning (Zuidlaarderveen), Winamer Belang (Wijnaldum), Bescherming Historisch Harlingen, de Bewonersgroep Borgercompagnie en de Burgerbeweging Kleine Velden toonden zich sceptisch.
In de afgelopen decennia nam het vertrouwen in een rechtvaardige schadeafhandeling door de overheid behoorlijk af. Commissielid Siefko Slob gaf aan dat het vertrouwen de komende jaren opgebouwd zal moeten worden, op basis van een transparante handelswijze en verifieerbare oordelen over schadetoewijzing. Onze stichting blijft daarover met de Commissie in contact. Lees hier het nieuwsbericht van de Commissie naar aanleiding van de avond.
Afgelopen week vernietigde de rechtbank in Den Haag de omgevingsvergunning voor nieuwe zoutwinning in de Veenkoloniën. Het ministerie van EZK wilde zoutwinner Nedmag de kans bieden om tot 2045 zout te winnen. Drentse en Groningse actiegroepen maakten bezwaar en de gemeenten Aa en Hunze en Midden-Groningen sloten zich daarbij aan. "Er wonen mensen, die zien hun huizen zakken en allerlei dingen om zich heen gebeuren", zei burgemeester Anno Wietze Hiemstra. "Dan moet veiligheid absoluut op één staan en dit bewijst dat dat toch niet helemaal het geval is geweest."
De actiegroepen gaven eerder aan de deelname van Stichting Bescherming Historisch Harlingen aan de Pilot Harlingen "naïef" te vinden. Zelf hebben ze geen vertrouwen meer in overleg met de rijksoverheid of zoutwinbedrijf Nedmag; de partijen treffen elkaar vooral in de rechtbank.
Het Kenniscentrum Aanpak Funderingsproblematiek kreeg dit jaar al 2.000 meldingen binnen over huizen met funderingsschade. Dat is 70% meer dan in 2018. Het probleem doet zich niet alleen in het drassige westen van het land voor, maar ook in zand- en kleigebieden waar de huizen 'op staal' zijn gebouwd, dus zonder funderingspalen. Volgens het Kenniscentrum verergerden de problemen door de hete zomers van 2018, 2020 en 2022: "De droogte zorgt voor een lage waterstand, waardoor nu ook grond naast rivieren inklinkt."
Vereniging Eigen Huis, Nederlandse Vereniging van Banken, Verbond van Verzekeraars, Aedes (koepel woningcorporaties) en het Kenniscentrum stuurden over de cijfers een brandbrief aan minister De Jonge. Op 7 november spreekt de Tweede Kamer over de funderingsschade.
Het KRO/NCRV-radioprogramma Pointer besteedde zondag aandacht aan de zoutwinning in Twente. Ondanks flinke tegemoetkomingen van zoutwinner Nobian wilde de gemeenteraad er afgelopen week geen Verklaring van geen bedenkingen afgeven.
In Haaksbergen leven veel zorgen over verzakkingen zoals rond de winningslocaties in Groningen. Zoutwinner Nobian bood daarom onder meer het principe van omgekeerde bewijslast aan - tevergeefs. Een woordvoerder van het ministerie van EZK bevestigde dat zonder 'Verklaring' geen vergunning wordt afgegeven.
Beluister hier de uitzending met Epi Winkelhuis van Actiegroep Laat de Hoeve Niet Zakken en journalist Leo van Raaij van Tubantia.
De gemeenteraad van Haaksbergen weigerde gisteravond een zogenoemde 'Verklaring van geen bedenkingen' af te geven. Daarmee zette de raad een streep door nieuwe zoutwinning door Nobian. Dat bedrijf wil op acht locaties boren. Om daarvoor vergunning van het ministerie van EZK te krijgen is een gemeentelijke 'Verklaring van geen bedenkingen' een voorwaarde. Het college stelde voor die af te geven op voorwaarde van een garantiefonds van Nobian en toepassing van omgekeerde bewijslast. Daarbij moet Nobian aantonen dat eventuele schade niet door de zoutwinning veroorzaakt is. Zolang dat bewijs niet wordt geleverd, wordt het chemiebedrijf verantwoordelijk gehouden voor schade.
Dit voorstel overtuigde de raad niet. Nobian overweegt nu via de rechter alsnog een omgevingsvergunning af te dwingen.
Op 6 september was er een informatieavond over zoutwinning bij Haaksbergen. Zoutwinner Nobian acht het, net als Frisia Zout bij ons, onwaarschijnlijk dat er materiële schade kan ontstaan. Als zekerheid, ook voor als het bedrijf in de toekomst niet meer zou bestaan, stort Nobian echter toch € 1.000.000 als startkapitaal in een onafhankelijk garantiefonds. Elk nieuw winningsjaar komt daar 1 miljoen euro bij.
Ten tweede biedt Nobian elke huiseigenaar een onafhankelijke bouwkundige schouw aan van een bureau naar keuze, zodat de eigenaar de staat van zijn eigendom vóór de zoutwinning zwart op wit heeft. Verder legt Nobian een micro-seismisch meetnet aan en stort het bedrijf per gewonnen ton zout een geldbedrag in een fonds voor de omgeving. Een stichtingsbestuur van omwonenden bepaalt de besteding van dit geld.
De Commissie Mijnbouwschade kan maandag helaas niet bij het gesprek van de SBHH met staatssecretaris Vijlbrief zijn. Dat heeft het Ministerie van EZK de SBHH laten weten. Later dit jaar sluit de Commissie wel graag aan bij een eventueel vervolggesprek met bewoners in de regio, aldus het ministerie.
Het bericht is teleurstellend, vindt de SBHH, omdat juist een eerder gesprek met de Commissie de directe aanleiding voor het gesprek vormt. "Onze vraag aan de Commissie is geweest de nulmetingen zoals de Pilot Harlingen die ontwikkelt nú te beoordelen op hun waarde als bewijs", zegt adviseur Chris Elsinga. "De Commissie kon ons noch aan tafel, noch in latere brieven duidelijk maken waarom dat niet kan. Het zou voor alle partijen goed zijn dat punt maandag op te lossen."
De SBHH spreekt binnenkort in Den Haag over de nulmetingen zoals die in Harlingen worden uitgevoerd. "Naar mening van onze stichting en de Pilot Harlingen is een rechtsgeldige nulmeting een onmisbaar instrument om inwoners zekerheid en veiligheid te bieden bij eventuele mijnbouwschade, en eventuele schade snel te vergoeden", staat in de brief die voorafgaand aan het gesprek naar Den Haag is verzonden. "Op dit moment worden in Harlingen onder- en bovengrondse nulmetingen uitgevoerd, (...) gefinancierd door de plaatselijke, provinciale en landelijke overheid. Het verzoek is om deze nulmetingen, die door alle partijen gedragen worden (...), te erkennen."
Daarnaast wil de stichting onder meer dat funderingsschade vergoed gaat worden. Die is nu nog voor rekening van de bewoner.
Vlak voor het zomerreces liet staatssecretaris Vijlbrief aan de Tweede Kamer weten dat hij in gesprek wil met bewoners uit Harlingen. Hij deed die toezegging na vragen van Agnes Mulder (CDA). Inmiddels is een datum geprikt: 12 september. Waar het gesprek gaat plaatsvinden is nog niet bekend.
In elk geval zullen dan vertegenwoordigers van de SBHH aanschuiven. Het is nog niet duidelijk hoeveel 'andere' Harlingers welkom zijn. Wel is bekend dat de Commissie Mijnbouwschade is gevraagd aanwezig te zijn. Een belangrijke aanleiding voor het gesprek is namelijk dat de Commissie (te) weinig ruimte heeft gekregen om schades integraal te behandelen. De Commissie ziet dat wel als een probleem, maar heeft er tegelijk blijk van gegeven geen intenties te hebben burgers daarin tegemoet te komen.
Na de winning moet het ondergrondse deel van een boorput - het boorgat – duurzaam en effectief afgesloten worden. Dat gebeurt met staal en cement. Nederland telt nu 1400 oude putten en dat aantal groeit. De oudste putafsluiting is inmiddels bijna 80 jaar oud. De mijnbouwindustrie veronderstelt dat een 'cement-stop' eeuwig goed blijft, maar dat is niet goed onderbouwd. Soms ontstaan ook lekkages.
Het Staatstoezicht op de Mijnen heeft nu onderzoek laten doen. De belangrijkste risicofactoren blijken ouderdom van de put, het type put, de reservoirdruk, temperatuur- en drukwisselingen, de absolute temperatuur op het diepste punt van de put en de hellingshoek van de put.
Een belangrijke aanbeveling is Canadese standaarden over te nemen. Daar is namelijk kennis en ervaring die in Nederland ontbreekt. Lees het hele rapport hier.
Na het zomerreces wil staatssecretaris Vijlbrief met burgers uit Harlingen in gesprek over de nulmeting van de Pilot Harlingen. Dat heeft hij de Tweede Kamer laten weten. Hij nodigt bij het gesprek de Commissie Mijnbouwschade uit, die de metingen in Harlingen eerder wegwuifde.
De SBHH en Frisia boden de staatssecretaris 1 juli aan naar Den Haag te komen voor een gesprek over de Pilot Harlingen. De stichting wil weerleggen dat een nulmeting "onmogelijk is, omdat de bodem altijd in beweging is”, zoals de Commissie Mijnbouwschade beweert. Ook wil de SBHH voorkomen dat bij schade achteraf gesteggel ontstaat over hoe de nulmeting in Harlingen is uitgevoerd. Ook wetenschappers van de Universiteit Twente en Wageningen Universiteit vinden dat de Commissie hom of kuit moet geven.
De Commissie Mijnbouwschade laat de vragen van de SBHH over het meten en toewijzen van schade vooralsnog onbeantwoord. Ze schreef antwoorden te zullen geven op een najaarsbijeenkomst met belangenorganisaties. Vandaag stelden wij de Commissie in een brief voor daarbij ook burgers uit te nodigen. Immers, de meeste 'zoutorganisaties' legden het hoofd inmiddels in de schoot.
De Stichting Winamer Belang, de actiegroep ‘Laat het zout maar zitten’, de werkgroep 'Zout is fout' en de groep ‘Laat Friesland niet zakken’ zijn nog maar in beperkte mate of helemaal niet meer actief. Bij individuele burgers leven de zorgen over eventuele schadelijke effecten door de zoutwinning echter nog volop, zo bleek bij de informatieavond van 22 juni.
Vragen vandaag in een commissiedebat in de Tweede Kamer over de patstelling rond het Aanvullend Meetnet. Onze stichting meent, samen met de andere partijen in de Pilot Harlingen, dat de nulsituatie van Harlingen dankzij de metingen nauwkeurig wordt vastgelegd. Zo kan op termijn een verband tussen schade en de zoutwinning worden aangetoond of verworpen. Minister Wiebes onderschreef dat in 2019 ook.
De rijkscommissie van EZK die causaliteit tussen winning en schade moet onderzoeken en schadevergoeding moet toewijzen, wuift het Harlinger initiatief echter weg. Wat de commissie zelf als nulsituatie ziet is onduidelijk. Staatssecretaris Vijlbrief gaat dit na en beloofde zo nodig een eigen nulmeting in Harlingen te laten doen.
Met slechts één onthouding (CDA) hebben Provinciale Staten van Fryslân vandaag een motie omarmd die het provinciebestuur oproept een rechtsgeldige nulmeting voor Harlingen te bewerkstelligen. De huidige meting, die sinds een jaar wordt uitgevoerd door onze stichting in samenwerking met Frisia Zout, Gemeente Harlingen, Provincie Fryslân en Wetterskip Fryslân, is afgelopen maand weggewuifd door de Commissie Mijnbouwschade.
Op initiatief van GrienLinks, mede ondertekend door SP, 50plus, PvdD, PvdA en FNP, wordt in de motie gesteld dat 'de inwoners van Harlingen recht hebben op zekerheid en veilgheid bij eventuele schade als gevolg van zoutwinning, dat deze schade snel vergoed wordt en dat een rechtsgeldige nulmeting daarbij een onmisbaar instrument is.'
Op verzoek van de Pilot Harlingen legde Clemens van der Zwet van CZVideoful de informatieavond van woensdag 22 juni in zijn geheel vast. Inmiddels staat alles online op de website www.pilotharlingen.nl. Wie er vorige week niet bij kon zijn, kan dat nu dus thuis nog inhalen. De sprekers van de avond zijn achtereenvolgens Dirkjan Krijnders over de resultaten van de ondergrondse metingen in de afgelopen tijd, Bart Hendriks over de betekenis van metingen voor Harlingen, en Jarig Langhout over de onwil van het rijk om de metingen in Harlingen als bewijs te erkennen, mocht er schade gaan ontstaan.
Overigens ontwikkelt Antea Group een dashboard voor www.pilotharlingen.nl. Daarop kunnen Harlingers en andere belangstellenden het verloop van de metingen volgen.
De gemeente Harlingen schuift voortaan viermaal per jaar aan bij een Friese Mijnbouwtafel, samen met de andere Friese gemeenten, de Provincie en Wetterskip Fryslân. Dat meldde de Leeuwarder Courant gisteren. Het initiatief hiervoor komt van gedeputeerde Friso Douwstra. Hij wil dat de provincie van het rijk compensatie ontvangt voor gaswinning uit kleine velden. Voor de gaswinning bij Ternaard is dit al afgesproken, maar Douwstra wil zo'n financiële regeling bij élke mijnbouwactiviteit.
De nieuwe regeling moet niet alleen nieuwe mijnbouwactiviteiten omvatten, maar ook bestaande, en zou naast gaswinning ook zoutwinning en geothermie moeten betreffen. Staatssecretaris Vijlbrief heeft laten weten bij de eerste vergadering in september aanwezig te zijn. (Foto: Jacob van Essen, Het Hoge Noorden)
Hein Haak, voormalig hoofd Seismologie van het KNMI, zegt in een podcast dat "het een kunst op zich is om je wetenschappelijke integriteit overeind te houden in een politieke omgeving". Haak was een lange reeks van jaren lid van de Technische Commissie Bodembeweging (TCBB), die uitsluitend materiële schade door mijnbouw moe(s)t beoordelen en een schadebedrag vasstellen. In 2018 stelde professor Ira Helsloot, hoogleraar besturen en veiligheid aan de Radboud Universiteit, al dat wetenschappers rond mijnbouw "niet het gevoel hadden dat ze vrijuit konden spreken." De TCBB zelf zegt op haar website dat ze haar taken "optimaal kan uitvoeren dankzij onze onafhankelijke positie." Onze stichting voerde in 2017 en 2018 vruchteloze gesprekken met Hein Haak en andere leden van de TCBB. Achteraf had hij zijn vak anders moeten uitoefenen, zegt Haak nu.
SBHH-voorzitter Jarig Langhout zei woensdag onrustig te worden door de manier waarop de Commissie Mijnbouwschade werkt. "Ze wuift de metingen in Harlingen weg, laat veel soorten schade buiten beschouwing, sluit allerlei partijen met schade uit en komt pas in actie wanneer de schade al is ontstaan. Als stichting adviseren wij daarom nu: klop bij schade direct aan bij Frisia óf de burgerlijke rechter."
De Commissie Mijnbouwschade zou het antwoord moeten zijn op de wens burgers met schade te ontzorgen. Maar zoals het nu gaat neemt de bezorgdheid alleen maar toe, zegt Langhout. ”We gaan dit najaar graag met de Commissie in gesprek om ze te overtuigen dat wat de Pilot doet wel degelijk werkt en burgers ontzorgt zoals de maatschappij dat wil."
Veel kritische vragen woensdagavond voor Bart Hendriks, onder meer over het nut van alle metingen. "De zoutwinning is immers al begonnen". De directeur van Frisia wist de criticasters echter uit te leggen dat effecten zich nog jaren tot het Wad beperken en geen invloed hebben op de metingen die nu de nulsituatie van Harlingen bepalen. Ook gaf hij de aanwezigen de verzekering dat Frisia schade, mocht die ontstaan, zal vergoeden. Mogelijk vormt het bedrijf daarvoor een eigen schadefonds, los van het landelijke Waarborgfonds Mijnbouwschade.
In opdracht van de Pilot Harlingen blijft ingenieursbureau Antea de komende jaren 24/7 meten om nauwkeurig in beeld te krijgen wat zich allemaal in de Harlinger bodem afspeelt. Een complete registratie van de avond is binnenkort te zien op www.pilotharlingen.nl
Het 'Hoofdlijnenakkoord gemeenteraad Harlingen 2022 - 2026', dat de nieuwe raad vandaag vaststelde, geeft beknopt aan welke richting de Harlinger politiek de komende 4 jaar uit wil, zowel qua bestuurlijke werkwijze als inhoudelijk. In het deel ‘thematisch akkoord’ agendeert de gemeenteraad zo breed mogelijk de belangrijkste thema’s voor de komende raadsperiode.
Tussen alle ambities wat betreft sport, cultuur, wonen en economie is ook een plekje ingeruimd voor de zoutwinning, specifiek de onrust die is ontstaan rond de waarde van de metingen die momenteel worden gedaan. Bij het thema 'Wonen en omgeving' wordt gesteld: "Er wordt een lobby opgestart om er voor te zorgen dat er wel een nulmeting door de commissie mijnbouwschade erkend wordt." (foto: Joachim de Ruijter)
Vanaf 2030 zullen zoutcavernes wellicht worden gebruikt voor de opslag van waterstof. Dit bleek maandagavond in het radioprogramma 'Dijkstra en Evenblij ter plekke', in de eerste 10 minuten van de uitzending rond eventuele zoutwinning bij Haaksbergen.
Journalist Stefan Keukenkamp van het dagblad Trouw noemt in het programma Harlingen als een andere plek waar zout wordt gewonnen. "Daar wordt dat heel goed in de gaten gehouden", zegt hij, "om te zien of er geen gekke dingen gebeuren door die zoutwinning."
Staatssecretaris Vijlbrief zei in de aanloop naar zijn bezoek aan Haaksbergen dat voor de baas van de firma Nobian de zoutwinning maar "bijkomstig" is, en dat de cavernes later voor de opslag van waterstof gebruikt gaan worden. Nobian ontkent dit.
21 mei verscheen in het wetenschappelijk tijdschrift 'Critical Policy Studies' het artikel ‘Negotiating salt worlds: causation and material participation’ van de hand van Marieke Meesters, Esther Turnhout en Jelle Behagel. De Commissie Mijnbouwschade is voor Harlingen 'een beer op de weg', stelt Meesters. Zolang de Commissie zich niet conformeert aan de nulmetingen in Harlingen kan in de toekomst alsnog gesteggel ontstaan over het verband tussen zoutwinnig en schade. "Welke ondergrond uiteindelijk de doorslag geeft voor conclusies over causaliteit, is evenzeer een politieke als een wetenschappelijke overweging", zegt Meesters. "De commissie (heeft) een onontkoombaar politieke functie: zij bepaalt uiteindelijk welke gemeten ondergrond (...) gezien moet worden als de ‘echte’ ondergrond, en daarmee of schade oorzakelijk gelinkt is aan mijnbouw."
"Om eventuele schade door zoutwinning te kunnen verhalen, rolt burgerinitiatief Pilot Harlingen alvast een meetnet uit onder de binnenstad. Ook zijn er 3D-beelden. Maar zijn de metingen wel rechtsgeldig?" Dat schrijft de Leeuwarder Courant vandaag naar aanleiding van het bezoek dat de Commissie Mijnbouwschade onlangs aan Harlingen bracht. Bij die gelegenheid wilde de Commissie niets kwijt over het meetnet, maar gaf ze wel aan dat nulmetingen "onmogelijk" zijn.
Dat het schademeldpunt van de overheid de nulmeting van Pilot Harlingen bij voorbaat van de hand wijst, schrijft de krant, is voor de stichting reden om een gang naar de burgerrechter te overwegen. Ze gaat in elk geval met de andere partners in de Pilot bekijken welke stappen gezet kunnen worden.
Zoutwinner Nobian - een van beide andere zoutwinbedrijven naast Frisia Zout - stopt miljoenen in een onafhankelijk garantiefonds waaruit eventuele schades als gevolg van zoutwinning bij Sint Isidorushoeve kunnen worden betaald. Dat maakte het bedrijf deze week bekend op een bewonersavond. Omwonenden kunnen vooraf een nulmeting laten doen, die Nobian betaalt.
Nobian meldt dat omwonenden van de te verwachten bodemdalingskom voorafgaand aan de zoutwinning een ‘schouw’ wordt aangeboden. Deze werkwijze is nog niet eerder toegepast. In Harlingen zijn het de overheden, die de bovengrondse nulmeting betalen. De organisatievorm van het garantiefonds moet nog nader worden ingevuld. Overigens nam de informatieavond alle zorgen van de inwoners nog niet weg, blijkt uit een reportage van de Lokale Omroep Haaksbergen.
Van 24 tot en met 28 januari oefende de Koninklijke Luchtmacht met het afwerpen van bommen op de Vliehors. Vandaag deden we daar opnieuw navraag naar.
Oefeningen op Vlieland zorgen in Harlingen voor rinkelende ruiten. Merken we hier enkel de luchtdruk? Of registreert de apparatuur in kelders van monumentale panden ook bewegingen door de schokgolf tegen de gevels of in de grond? Om gericht te kunnen zoeken in de grote hoeveelheden data die 24/7 binnenkomen is het Ministerie van Defensie eind januari gevraagd om de tijdstippen van de oefeningen. Op woensdag 22 juni organiseert de Pilot Harlingen een informatieavond over de meetresultaten. Hopelijk is er dan ook uitsluitsel over de effecten van de oefeningen. (Foto: Ministerie van Defensie)
De landelijke Commissie Mijnbouwschade wil zich niet uitspreken over de onder- en bovengrondse metingen in Harlingen. De Commissie is ingesteld om burgers te ontzorgen, maar wil niet zeggen of de juiste apparatuur en juiste meetmethode worden gebruikt om de meetdata op termijn als bewijs te kunnen gebruiken.
In Harlingen ligt de kans om vanaf de start van de winning samen met het zoutbedrijf en de burgers een sluitend dossier op te bouwen. De meetgegevens kunnen een verband tussen de zoutwinning en eventuele schade bewijzen of weerleggen. Gemeente, provincie en rijk steken daar de komende decennia tonnen in. Mogelijk is dat weggegooid geld nu de Commissie, die een rechtvaardige schadeafhandeling moet regelen, geen uitsluitsel wil geven.
Nederland heeft vandaag gereageerd op de brief van 30 maart van UNESCO. Daarin toont de organisatie zich bezorgd over alle activiteiten in Werelderfgoed Waddenzee. Tot dat laatste behoren onder meer de plannen voor gaswinning bij Ternaard en het ingraven van een stroomkabel bij Schiermonnikoog. In de zijlijn daarvan komt ook de zoutwinning weer ter sprake.
In een brief weerspreekt Nederland de zorgen van UNESCO: 'Hand-aan-de-kraan' is effectief en er is geen reden de zoutwinning te gaan matigen of stoppen. Om tegemoet te komen aan de zorgen van UNESCO vroeg het rijk wel aan Deltares aanvullend onderzoek te doen naar effecten van de zoutwinning op lange termijn. De resultaten daarvan volgen uiterlijk in 2023.
Niet alleen in Harlingen, ook in het kerkdorpje Sint Isidorushoeve leven zorgen over zoutwinning, signaleerde het programma 'De Hofbar' van 11 mei. De gemeente Haaksbergen wil garanties over een nulmeting, monitoring en omgekeerde bewijslast. Ook wil de bevolking een gevuld schadefonds, zodat er voldoende geld is wanneer er - misschien zelfs pas ná de winning - schade zou ontstaan.
Peter van der Gaag, die ook bij de zoutwinning in Harlingen betrokken is, noemt de zorgen van de bewoners terecht en pleit voor degelijke monitoring. "We moeten leren van de situatie in Groningen". Staatssecretaris Vijlbrief heeft beloofd over de randvoorwaarden van de winning in gesprek te gaan met de wethouder van Haaksbergen.
Mijnbouwondernemingen moeten jaarlijks een geactualiseerd meetplan indienen bij het Staatstoezicht op de Mijnen (SodM). Daarin beschrijven ze hoe zij het effect van hun mijnbouwactiviteiten op de bodem meten. Ditmaal dienden 10 operators samen 36 meetplannen in. SodM checkte ze en constateert dat ze aan de wettelijke vereisten voldoen.
Extra aandacht had SodM dit jaar onder andere voor de metingen in het kader van het meet- en regelprotocol bij de zoutwinning bij Harlingen. Periodiek moet daar ook de vorm van de holte in de ondergrond gemeten worden.
In 2022 vinden opnieuw meetcampagnes plaats. Zo gaat Vermilion de bodemdaling meten rondom de in 2021 gesloten gaswinningslocatie Zuidwal in de Waddenzee.
In 2017 startte het Kennisprogramma Effecten Mijnbouw (KEM). Doelen: meer en sneller wetenschappelijk onderzoek, groter inzicht in risico’s van delfstofwinning en vergroten van onafhankelijke kennis. De SBHH had de afgelopen jaren regelmatig contact met het KEM en legde er diverse onderzoeksvragen neer.
Het KEM kwam er mede omdat in ons land het vertrouwen in de overheid en Nederlandse kennisinstituten is ondergraven, vooral door het aardbevingsdossier in Groningen. Het KEM maakt daarom ook gebruik van internationale experts. Bureau Andersson Elffers Felix gaat nu onderzoeken of het maatschappelijk vertrouwen is verbeterd. Daarover worden ook leden van de SBHH bevraagd.
Of de meetresultaten van het Aanvullend Meetnet en de bovengrondse nulmeting een rol kunnen gaan spelen bij het beoordelen van eventuele schademeldingen is nog onduidelijk. De Commissie Mijnbouwschade is meerdere malen gevraagd om een gesprek daarover, maar ze zag hierbij voor zichzelf tot nu toe "geen rol weggelegd".
Een verdere inhoudelijke reactie bleef ook nog uit. Zodoende zijn zowel het Aanvullend Meetnet als de 3D-metingen uitgevoerd zonder dat daarbij ideeën of wensen meegenomen konden worden van degenen die eventuele Harlinger schadeclaims uiteindelijk gaan afhandelen. Afgelopen week heeft de Commissie laten weten toch om tafel te willen. Dit gesprek gaat medio mei plaatsvinden.
Heel wat vragen werd gisteravond afgevuurd over de onder- en bovengrondse metingen, die in verband met de zoutwinning worden uitgevoerd. De sprekers hielden het zoals beloofd kort, zodat het publiek alle kans had vragen te stellen. Onder andere over Wijnaldum, waar inwoners nog steeds op zoek zijn naar antwoorden over hun schade, maar de meeste vragen betroffen toch Harlingen.
Er is waardering voor de moeite die wordt gedaan schade in Harlingen te voorkomen en onverhoopte schade snel en ruimhartig vergoed te krijgen. Maar of de methodiek, zoals die nu bij wijze van proef in Harlingen is toegepast, wordt geaccepteerd is nog een open vraag. Voorzitter Jarig Langhout benadrukte dat het voorkómen van schade het hoogste doel van de Pilot is.
Wat is er tot nu toe gemeten (en wat niet) en wat kun je daar als bewoner met die resultaten? Daarover organiseert de Pilot Harlingen woensdag 6 april een informatieavond in de Doopsgezinde kerk. Alle buurtbewoners zijn welkom. Drs Peter van der Gaag zal uitleg geven over het ondergrondse meetnet in de Harlinger binnenstad en specifiek de gebruikte 'tiltmeters'; de heer Mark Nicolai van Aeroscan vertelt wat de camera's op straat en in de lucht hebben gezien bij de bovengrondse metingen in januari en februari. Na elke spreker is er ruim tijd om vragen te stellen.
De kerk is open vanaf 19.45 uur en de avond start om 20.00 uur. Naar verwachting wordt rond 21.45 uur weer afgesloten. De toegang is gratis en de koffie ook!
Naast zoutwinning vindt in het Waddengebied gaswinning plaats. 'Ternaard' is daar een potentiële uitbreiding van. Eind november stuurde UNESCO daarover een bezorgde brief aan Nederland. Wanneer de 'Outstanding Universal Value' van het gebied in gevaar komt, kan het Waddengebied zijn status als werelderfgoed kwijtraken.
In het kielzog van 'Ternaard' ligt ook de zoutwinning internationaal onder een vergrootglas. Is het 'hand-aan-de-kraan'-principe voldoende effectief om het Waddengebied te beschermen, vraagt UNESCO, nu een wetenschappelijke studie er twijfels bij heeft? UNESCO wil niet alleen geen uitbreiding van de zoutwinning meer, maar geeft ook in overweging de winning te beperken of te stoppen.
Ook de laatste twee meters van het Aanvullend Meetnet werken, bleek gisteren bij een bezoek van de SBHH aan het Staatstoezicht op de Mijnen. De beide meters zitten meer dan 20 meter onder de grond, dus vervangen zou een opgave zijn geweest. Gelukkig konden de technische problemen worden opgelost.
Het SodM nam met belangstelling kennis van de vorderingen in Harlingen. Het zal minimaal een jaar vragen om zicht te krijgen op de bewegingen van de Harlinger ondergrond, door alle seizoenen heen. Ook de bovengrondse nulmeting werd gepresenteerd. De waarde daarvan als bewijslast bij eventuele schade, stelde SodM, zal beoordeeld moeten worden door de Commissie Mijnbouwschade.
Op 9 februari 2021 werd de parlementaire enquêtecommissie aardgaswinning Groningen geïnstalleerd. In februari 2023 wil die met een onderzoeksrapport komen: hoe kon het succesverhaal van de aardgasvondst in Groningen uitmonden in zo'n hoofdpijndossier? Hoe heeft het zover kunnen komen en welke lessen moeten we er uit leren wat betreft onze omgang met mijnbouw?
Harlingen ligt niet in Groningen. Toch kwam de case 'Harlingen' vandaag bij de enquêtecommissie aan de orde. Wijnaldum ging ons voor: in november bood Rinze Post, voorzitter van Winamer Belang, de commissie al een rapport aan over de gevolgen van 30 jaar zoutwinning bij Wijnaldum.
Mocht Frisia nog nieuwe cavernes gaan aanleggen, dan zal het Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) daar scherper naar kijken. Pas de laatste 5 a 10 is er namelijk aandacht voor effecten na afloop van de winning, vertelde SodM-medewerker Mathijs Schouten woensdag online aan Provinciale Staten van Fryslân. Die effecten kunnen zelfs honderden jaren na de winning nog optreden. Daar is bij de vergunning onvoldoende naar gekeken.
'Na gaswinning is de bodem na 50 jaar weer stabiel', vertelde Schouten, 'bij zoutwinning ligt dat anders.' In het voormalige Barradeel liggen meerdere oude zoutputten van Frisia. De onduidelijkheid over ongewenste na-ijleffecten daar wekte onrust bij diverse Statenleden.
De combinatie van een ondergronds meetnet met tiltmeters en een bovengrondse nulmeting om schade te kunnen duiden is uniek voor Nederland. Daarom volgt het Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) de ontwikkelingen in Harlingen met grote belangstelling.
SodM ondersteunde de Samenwerkingsovereenkomst in 2019 met een adhesiebetuiging. Inspecteur-generaal Kockelkoren schrijft daarin graag contact te houden over 'de wijze van ontzorgen van bewoners mocht er onverhoopt schade ontstaan als gevolg van de zoutwinning.' De recente 3D-nulmeting is zo'n Harlinger maatregel. Op 17 maart presenteren we de methode daarom aan SodM.
Vandaag en morgen stijgt vanaf de Dijkswal weer een drone van de firma Aeroscan op. Deze legt alle panden aan de Noorderhaven nz, in de Droogstraat en de Zoutsloot zz op beeld vast. Het beeldmateriaal wordt gebruikt om een 3D-model van de hele buurt te maken. Mocht er ooit schade ontstaan, dan kunnen deze beelden bewijzen of bepaalde schade nu al aanwezig was, of later is ontstaan - mogelijk dan door de zoutwinning op het Wad.
De beeldopnamen zijn een initiatief van de Pilot Harlingen, als onderdeel van een breder pakket aan maatregelen. Dat werd in 2017 tijdens een ledenvergadering van Oud Harlingen aangenomen met als doel negatieve effecten van de zoutwinning te voorkomen.
Bestuurslid Aukje Jongsma van de Stichting Winamer Belang vertolkt in een interview het gevoel dat de gemeente Harlingen Wijnaldum achterstelt ten opzichte van de stad Harlingen. De gemeente deed de afgelopen jaren namelijk niets met alle informatie die Winamer Belang toestuurde over schade en problemen in het buitengebied. "Als Wijnaldum zijn we finaal aan de kant gezet", zegt Jongsma. Ze noemt de Pilot Harlingen 'een lachertje', want "Harlingen ligt buiten het prognosegebied, dus zij lopen veel minder risico."
Jongsma doet haar uitspraken in een interview met Omrop Fryslân in het kader van de komende gemeenteraadsverkiezingen, vandaag gepubliceerd door de NOS. Lees dat artikel hier.
Om schades door zoutwinning af te handelen is een landelijke Commissie Mijnbouwschade opgericht. Die moet schades zorgvuldig maar snel onderzoeken. Het te hanteren 'zoutschadeprotocol' en het Stappenplan voor schademeldingen maken het melden van schades in Harlingen echter lastig of zelfs onmogelijk. Daar schreven wij de Commissie vandaag opnieuw over aan.
Los daarvan vindt onze stichting, net als andere belangengroepen, gemeenten en provincies, het schadeprotocol geen 100 punten. Schade aan kerken en funderingen vallen bijvoorbeeld buiten de boot. Hopelijk wordt het protocol op basis van gesprekken met de Commissie Mijnbouwschade bijgesteld.
Binnenkort worden de dronemetingen, die in januari voor het eerst plaatsvonden, voortgezet. De tweede fase wordt nog geavanceerder. Niet alleen wordt de bebouwing in 3D vastgelegd, dit geometrische model wordt nu ook rechtstreeks gekoppeld aan het officiële Nederlandse coördinatensysteem zoals bijvoorbeeld het Kadaster dat ook gebruikt.
De bewoners van het testgebied zijn via een brief op de hoogte gesteld. Enkele tientallen bewoners zal toestemming worden gevraagd een sticker op een muur, raam of regenpijp te mogen bevestigen, als verbindende schakel tussen het 3D-model en het Rijksdriehoeknet. Deze werkwijze en de resultaten leggen we in maart voor aan het Staatstoezicht op de Mijnen.
Het Staatstoezicht op de Mijnen volgt ondergrondse activiteiten in ons land tegenwoordig aanzienlijk kritischer dan eerder. Zo staat zoutwinner Nobian al geruime tijd onder verscherpt toezicht.
Het opvolgen van in 2021 waargenomen microseismische trillingen is onvoldoende door het bedrijf opgepakt, schrijft SodM vandaag in een update. In een brief vraagt SodM daarom een projectplan voor het "inherent veilig maken van het caverne-systeem."
Ook het veilig 'abandonneren' van de cavernes blijft onder een vergrootglas liggen. "Nobian heeft nog niet geborgd dat zijn installaties veilig en verantwoord achtergelaten zullen worden." SodM zet het verscherpt toezicht daarom voort.
Het Kenniscafé 'De toekomst van exploitatie in Noord-Nederland' van de Hanzehogeschool, RUG en GGD Groningen staat online. Oud-directeur Durk van Tuinen van Frisia was 18 januari een van de sprekers.
Thema van het Kenniscafé was de maatschappelijke onrust rond delfstofwinning. De weerstand tegen de top-downbenadering van de rijksoverheid neemt toe. Een groeiend aantal provincies en gemeenten weigert nog mee te werken aan mijnbouw. Welke lessen kunnen geleerd worden uit de gepresenteerde praktijkvoorbeelden? En hoe verder met deze nieuwe situatie om te gaan
Zie het Kenniscafé terug via https://youtu.be/vtK1g1__msM
Mijnbouwbedrijven en overheden worstelen met de huidige negatieve sentimenten rond mijnbouw. Tussen alle commotie, protesten en onrust is de Pilot Harlingen een geslaagd voorbeeld van hoe je als mijnbouwbedrijf anders kunt omgaan met de omgeving waarin je werkt. Dat beeld staat althans overeind na het Kenniscafé over 'De toekomst van exploitatie in Noord-Nederland' vandaag. Het werd georganiseerd door de GGD, Hanzehogeschool, RUG en het Sociaal Planbureau Groningen.
Durk van Tuinen (oud-directeur Frisia Zout) presenteerde de 'case Harlingen' en besprak overeenkomsten en verschillen met andere mijnbouwprojecten met onder meer Frank Vanclay, Professor Culturele Geografie aan de Rijksuniversiteit Groningen.
Aeroscan is gestart met het vastleggen van de bebouwing rond de Zoutsloot. Zo wordt onder meer met een statische laserscanner geometrie ingewonnen in de vorm van pointcloud. De laserscanner beschikt over een calibratiecertificaat op een nauwkeurigheid van <2mm. Deze gegevens worden voor een totale geometrische reconstructie van het gebied gecombineerd met de pointcloud die geproduceerd wordt met behulp van een drone uit fotogrammetrie. Bij de combinatie van de twee bronnen wordt de schaal ten opzichte van elkaar geverifieerd. In de praktijk is deze waarde >99,99%.
Het project is uniek voor Nederland. Dat trok ook de aandacht van de Leeuwarder Courant, die er zaterdag over berichtte.
Vandaag bezorgde het bestuur van de SBHH bij alle bewoners tussen de Noorderhaven en de Oude Ringmuur een brief namens de Pilot Harlingen. Het betreft de Noorderhaven NZ, Droogstraat, Zoutsloot, Zeepziedersstraat, Roptaweg, Bildtstraat, Zeilmakerstraat, Liemendijk, Vissersstraat en Karremansstraat.
Met de Pilot Harlingen willen de SBHH en andere partijen de Harlingers zoveel mogelijk waarborgen bieden dat schade door zoutwinning wordt voorkómen, en dat schade snel, soepel en ruimhartig wordt vergoed mocht die onverhoopt tóch ontstaan. In dat kader wordt als proef een nulmeting gedaan van alle bebouwing in dit deel van de stad. Als het goed uitpakt volgt later de rest van - in elk geval - de binnenstad.
Sinds zomer 2021 wordt de nulsituatie van de Harlinger bodem vastgelegd. Naast deze ondergrondse meting komt er rond de Zoutsloot nu ook een bóvengrondse nulmeting. Mocht er ooit schade aan huizen ontstaan, dan helpt deze nulmeting de oorsprong en de omvang van die schade te bepalen.
"Laat duidelijk zijn: ons hoogste doel blijft elke schade te voorkómen", zegt voorzitter Jarig Langhout. "Maar we willen overal op voorbereid zijn. Daarom gaan we de bebouwing heel gedetailleerd vanuit de lucht en vanaf de grond meten. Dat levert in 3D de uitgangssituatie op, vóór de bodemdaling door zoutwinning invloed kan hebben." In de loop van januari wordt een eerste proef gedaan. De bewoners van het gebied ontvangen hierover nog bericht.
Een van de laatste grote maatregelen in het kader van de gebiedsontwikkeling Franekeradeel-Harlingen is de bouw van een nieuw gemaal bij Ried. Gemaal De Mieden wordt verwijderd zodra de opvolger in werking is getreden - naar verwachting in juli 2022.
De bodemdaling door gas- en zoutwinning in Noordwest-Fryslân veroorzaakt in combinatie met klimaatverandering verschillende problemen, bijvoorbeeld wateroverlast bij hevige regenval en verzilting in landbouwpercelen. “Het gemaal krijgt een grotere afvoercapaciteit zodat het de effecten van de bodemdaling en klimaatverandering goed kan opvangen”, zegt Jan van Weperen, lid dagelijks bestuur Wetterskip Fryslân en bestuurscommissie Franekeradeel-Harlingen.
Net als vorig jaar besteedt Omroep RSH aandacht aan de zoutwinning, en aan de risico's die de bodemdaling voor de stad Harlingen kan opleveren. In het programma 'Afslag Harlingen' werd eerder al informatie gegeven door Bart Hendriks, directeur van Frisia Zout, en Dirkjan Krijnders, senior-adviseur Milieu & Veiligheid bij ingenieursbureau Antea.
In de serie vraaggesprekken was vandaag de beurt aan Chris Elsinga. Albertus van der Plaats en Chris Wijbenga vroegen de adviseur van de SBHH onder meer wat er nu wordt gemeten, wie de meetresultaten van de apparatuur in de stad allemaal kunnen zien en waar het geld vandaan komt om dit hele project te betalen. Beluister hier het vraaggesprek.
De voorspellingen van bevingen in Groningen lijken niet te kloppen. In het 'gasjaar' 2019/2020 waren er 15 bevingen van ≥ 1,5 op de schaal van Richter terwijl er 8 werden verwacht. Ook in 2020/2021 was het aantal bevingen hoger dan verwacht. Het aantal van 6 bevingen voor 2021/2022 is nu al bereikt. Daarom gaan de gebruikte methodes onderzocht worden.
Het verschil tussen de voorspellingen en de werkelijkheid "kan gevoelens van machteloosheid of hulpeloosheid geven", zegt inspecteur-generaal Kockelkoren van het Staatstoezicht op de Mijnen. "Feit is dat dit veel mensen verontrust en de onzekerheid van mensen verder aanwakkert." Het onderzoek moet tot grotere zekerheid over de voorspellingen leiden. "Al was het maar om een zo goed en eerlijk mogelijk verhaal tegen de bewoners te kunnen vertellen."
Op 18 januari houdt het Kennisplatform Leefbaar en Kansrijk Groningen een (wellicht online) Kenniscafé over de toekomst van exploitatie in Noord-Nederland. Wat kunnen we leren van de Groninger gaswinning? Welke impact hebben activiteiten als windenergie en zoutwinning op de samenleving? Hoe kan maatschappelijke ontwrichting worden voorkomen/verzacht?
Sprekers zijn Frank Vanclay (Prof. Culturele Geografie RUG; over de impact van grote (internationale) projecten op de lokale bevolking en de rol van een social impact assessment), Durk van Tuinen (oud-directeur Frisia Zout; over wat Frisia doet om rekening te houden met omwonenden) en Ron van Wonderen (senior-onderzoeker Verwey-Jonker Instituut; over neveneffecten van windenergie op land). Voertaal is deels Engels, deels Nederlands. Verdere info op deze website.
De Haagse rechtbank oordeelde 30 november dat veiligheid boven economisch belang gaat. Daarom mag zoutwinner Nedmag in Groningen de winning uit de omstreden zoutput TR-9 nog niet hervatten. In 2018 lekten daaruit miljoenen liters pekel en een onbekende hoeveelheid diesel weg. Het vonnis draait de winningsvergunning, die het ministerie van EZK begin 2021 af gaf, deels terug.
Bewoners uit Borgercompagnie tekenden net als de gemeenten Midden-Groningen, Tynaarlo, de provincie Groningen en het waterschap Hunze en Aa's beroep aan tegen de vergunning voor twee nieuwe putten en herstarten van de winning uit put TR-9. Het Staatstoezicht op de Mijnen adviseerde ook negatief. Toch stemde het ministerie in met de winning. Het Rijk is nu dus door de rechter teruggefloten: eerst moet de beroepsprocedure worden afgewacht.
In Groningen blijft zoutwinbedrijf Nedmag nog 100 jaar meebetalen aan gevolgen van bodemdaling op de waterhuishouding van waterschap Hunze en Aa's. Nedmag betaalde al aanlegkosten van gemalen en duikers, maar zal de komende eeuw ook bijdragen aan onderhoud of vervanging van waterinfrastructuur.
Door de zoutwinning van Nedmag daalt de bodem. De compensatie geldt zowel voor infrastructuur die daarom moet worden aangelegd als voor bestaande infrastructuur. "We wilden voorkomen dat kosten op ons afgewenteld zouden worden, en daarmee via de waterschapsbelastingen op inwoners en bedrijven in ons werkgebied”, aldus het waterschap. Dankzij een afkoopbedrag loopt het waterschap ook geen financieel risico op het moment dat Nedmag stopt met de winning of ophoudt te bestaan.
Afgelopen maand bood Stichting Winamer Belang de Tweede Kamer een rapport aan over 30 jaar zoutwinning bij het dorp. In het rapport zet de Stichting ook vraagtekens bij de Pilot Harlingen, en noemt die een "trukendoos" van de Provincie Fryslân en het ministerie van EZK.
In de Harlinger Courant van 10 december reageert voorzitter Jarig Langhout op het rapport. Dat legt terecht de vinger op een aantal zere plekken, stelt hij. Stichting Winamer Belang verdient ook credits voor haar vasthoudendheid en de alertheid die de stichting met haar acties op andere plekken, zoals Harlingen, heeft bewerkstelligd. Dat de Pilot Harlingen een afleidingsmanoeuvre is, zoals Winamer Belang stelt, is echter onjuist. De Pilot Harlingen is geïnitieerd door de vereniging Oud Harlingen, massaal gesteund door een ledenvergadering in (toen nog) Trebol. Lees de reactie hier.
Frisia mag zout winnen onder de Waddenzee, mits er geen nadelige gevolgen voor (vooral) de natuur zijn. Om de monitoring van de bodemdaling en andere effecten jaarlijks te toetsen stelde de Commissie voor de milieueffectrapportage een onafhankelijke Auditcommissie in. Die oordeelde gisteren positief over de nulmeting die van 2018-2020 plaatsvond - maar toch kan het beter.
"Pleistocene bodemdaling wordt op zeven locaties gemeten", schrijft de Commissie, "voornamelijk in het centrum van de bodemdalingsschotel. Er ontbreken echter één of twee meetpunten aan de zuidelijke rand van deze schotel." Dit voorjaar adviseerde ook het “Adviescollege ‘hand aan de kraan’-principe Waddenzee” al om elke 1 à 2 kilometer te meten. De SBHH is over eventuele extra meetpunten met Frisia in gesprek.
Bodemdaling meten om eventuele schade al of niet aan zoutwinning te kunnen toewijzen is nog best ingewikkeld. Ga je die daling alleen onder de stad meten, of ook al onder de Waddenzee? Met welke apparatuur? En hoe vaak? Wie kan meetgegevens in nanoradialen begrijpelijk duiden? Hoe verreken je de bodemdaling en -stijging als gevolg van de aantrekkingskracht van de maan, die ook voor eb en vloed zorgt? Waar láát je al die honderdduizenden meetgegevens en hoe maak je ze toegankelijk, zó dat de gemiddelde Harlinger er chocola van kan maken?
Al zijn veel vragen inmiddels beantwoord, er blijft nog minstens zo veel te doen. De werkgroep Meetgegevens besteedde er weer een flink deel van de woensdagmiddag aan, om als Pilot Harlingen nieuwe wegen te banen.
Het rijk is voor olie-, gas- of zoutwinning het bevoegd gezag. Gemeenten en provincies hadden lange tijd niets te zeggen over mijnbouwactiviteiten in hun grondgebied. Anno 2021 hebben lagere overheden wel adviesrecht. Het college van Weststellingwerf wil echter verder gaan. B & W vraagt de gemeenteraad om niet - zoals door het ministerie van EZK gevraagd - van een bestemmingsplan af te wijken. Dat kan door te weigeren een zogenoemde 'Verklaring van geen bedenkingen' af te geven. Omrop Fryslân bericht hierover.
In 2014 deed de vereniging Oud Harlingen de Harlinger gemeenteraad precies hetzelfde voorstel, maar tevergeefs. Zeven jaar later ligt opnieuw de vraag op tafel wat een gemeente over haar grondgebied te zeggen heeft. De gemeenteraad van Weststellingwerf neemt op 31 januari een besluit.
Bij de zoutwinning bij Wijnaldum bleken de cavernes van Frisia niet altijd stabiel. Brokken zout(dak) vielen naar beneden en beschadigden leidingen. In 2018 ontstond er een vloeistofverbinding tussen twee cavernes, toen de zoutlaag ertussenin oploste. Was dat onveilig - en kan het nu nóg gebeuren?
Het Staatstoezicht op de Mijnen concludeerde dat het 'samengroeien' geen impact had op de stabiliteit of veiligheid van die cavernes. Minister Blok had 25 november een soortgelijke boodschap aan de Tweede Kamer, na een reeks vragen over zoutcavernes van Laura Bromet (GroenLinks). Bij Wijnaldum leeft niettemin nog wel zorg over de na-ijlende bodemdaling. SodM stelde in 2018 dat die tweemaal zo groot kan worden wanneer de caverne onverhoopt in aanraking komt met de makkelijk oplosbare zoutlaag.
Schades als gevolg van zoutwinning worden sinds 1 november afgehandeld door de Commissie Mijnbouwschade. Het Stappenplan dat de Commissie hanteert stelt echter: 'Eerst gaan we kijken of het nodig is om de schade op te nemen. Dit doen we bijvoorbeeld niet als uw gebouw buiten het beoordelingsgebied van de beving staat.' In het landelijke schadeprotocol voor schades als gevolg van zoutwinning wordt een soortgelijke definitie gebruikt.
De SBHH heeft keer op keer geageerd tegen deze formulering, omdat geen enkel gebouw in Harlingen binnen het effectgebied van een beving zal staan. Bevingen spelen bij zoutwinning namelijk niet of nauwelijks een rol. Daarmee zouden alle Harlinger huizen buiten de regeling vallen. Via een brief is de Commissie gevraagd te bevestigen dat het Stappenplan niet van toepassing is voor zoutwinningsschade.
De Stichting Winamer Belang schreef een rapport over 30 jaar zoutwinning bij Wijnaldum "om aan te tonen dat in diverse gebieden in Nederland door delfstofwinners burgers veel onrecht wordt aangedaan." Voorzitter Rinze Post bood het rapport aan Renske Leijten (SP) aan, ten behoeve van de Parlementaire enquêtecommissie aardgaswinning Groningen.
De zorgplicht voor burgers is door het ministerie EZ(K) en de provincie Fryslân niet nagekomen, stelt Winamer Belang. "Waarom baseert de overheid zich niet op feiten, maar laat het zich leiden door rapporten met vooronderstellingen, aannames en ramingen? De werkwijze van overheden bij de mijnbouwactiviteiten nabij Harlingen geeft een blauwdruk van de werkwijze bij bodembeweging door menselijk handelen in Nederland."
Op 1 december 2011 werd winkelcentrum ´t Loon in Heerlen voor onbepaalde tijd gesloten wegens instortingsgevaar. De bodem onder het winkelcentrum bleek te verzakken. 14 dagen later was 't Loon met de grond gelijk gemaakt. Al snel werd duidelijk dat de oorzaak na-ijlende schade door steenkoolwinning was. Nu, 10 jaar later, is de zaak allerminst afgehandeld.
Sinds april 2020 probeert het Rijk een fonds op te richten voor vergoeding van de na-ijlende schade van de steenkoolmijnen. Maar DSM en Umicore, die vroeger zes mijnen bezaten, hebben daar geen trek in. De SBHH pleit voor een schadefonds naar Noors model, te vullen gedurende de winning. Zo kan touwtrekkerij achteraf, zoals in Heerlen, elders in Nederland worden voorkomen. Een zegsman van de Provincie Limburg is positief over dit voorstel van de SBHH.
Onderzoek 17 van het Kennisprogramma Effecten Mijnbouw (KEM) "gaf reeds aan dat de snelheid van stabilisatie van cavernes complex is en kan na-ijlen na verlaten van een caverne", zo liet het KEM ons gisteren enigzins cryptisch weten in antwoord op onze vraag om verder onderzoek. Een nieuwe, overzichtelijke presentatie van onderzoek 17 is hier te bekijken.
Het internationale KEM-panel vergadert 23 en 24 november. De SBHH heeft het panel vandaag gevraagd het vervolgonderzoek niet te beperken tot de twee punten als genoemd in de presentatie ('In the Waddenzee the subsidence rate is most relevant' en 'Can the rate of sedimentation keep up with the rate of subsidence?'), maar ook eventuele schade voor de stad Harlingen als gevolg van na-ijlende bodemdaling mee te nemen.
Deze week heeft de SBHH de Commissie Mijnbouwschade opnieuw gevraagd om een gesprek. Dat had bij voorkeur in 2020 plaatsgevonden, maar de Commissie gaf toen aan dat zoutwinning - formeel - niet in haar pakket zat. De commissie schreef bovendien "als onafhankelijke commissie geen rol voor ons weggelegd (te zien) bij (zout)winningsplannen, meetplannen en/of het meet- en regelprotocol betreffende winning bij Harlingen Havenmond."
De SBHH wil graag dat de Commissie data van het Aanvullend Meetnet alsnog erkent als onderbouwing van eventuele schade door zoutwinning. Daarom vragen we de Commissieleden alsnog mee te denken over de inrichting van het Meetnet. In de brief vragen wij ook hoe de Commissie Mijnbouwschade staat tegenover aanpassingen van het zoutschadeprotocol.
De SBHH heeft het Kennisprogramma Effecten Mijnbouw (KEM) opnieuw gevraagd onderzoek te doen naar blijvende zoutkruip na beëindiging van de zoutwinning bij Harlingen. De heersende opinie is dat zoutkruip c.q. bodemdaling stopt zodra de zoutwinning stopt. De Adviescommissie 'Hand aan de Kraan' stelde deze zomer echter, op basis van internationaal onderzoek, dat "zoutkruip doorgaat ook nadat de drijvende kracht is gestabiliseerd".
Het Staatstoezicht op de Mijnen concludeerde medio oktober dat wat betreft mijnbouw "niet of nauwelijks iets is vastgelegd" voor de langere termijn. Ook omdat vergoeding van toekomstige schade onzeker is wil de SBHH meer zekerheid over de vraag of zoutkruip nu wel of niet doorgaat, wanneer Frisia is gestopt. Het KEM zou hierover uitsluitsel kunnen geven.
Dinsdag 2 november tussen 6 en 9 uur is in het radioprogramma 'Fryslân fan 'e moarn' een interview te horen met Jarig Langhout, voorzitter van de Stichting Bescherming Historisch Harlingen. Directe aanleiding hiervoor is het feit dat vanaf 1 november schade door zoutwinning wordt afgehandeld door de landelijke Commissie Mijnbouwschade.
Aan de orde komt ook de wens van de SBHH voor een robuuster Waarborgfonds Mijnbouwschade. In antwoord op Kamervragen antwoordde minister Blok onlangs dat hij daar geen aanleiding voor ziet. Die ziet de SBHH wel: de huidige € 250.000 volstaat niet om alle schade van mijnbouwactiviteiten te vergoeden wanneer geen mijnbouwbedrijf of rechtsopvolger meer aanspreekbaar is.
Als u denkt dat zoutwinning schade aan uw woning of gebouw veroorzaakte, dan kunt u dat vanaf vandaag melden bij de Commissie Mijnbouwschade - mits u een particulier bent of een klein bedrijf heeft. Na onderzoek naar de oorzaak en de omvang van de schade schrijft de Commissie een conceptadvies, waarop zowel de schademelder als Frisia nog kunnen reageren. Blijkt zoutwinning inderdaad de oorzaak, dan vergoedt Frisia binnen 2 maanden de schade.
De SBHH vroeg de Commissie in 2020 mee te denken over de inrichting van het Aanvullend Meetnet, zodat dat de gewenste informatie voor haar onderzoek kan leveren. De Commissie zag daarin toen voor zichzelf echter "geen rol weggelegd". Onze stichting probeert nog over de toegevoegde waarde van het Meetnet met de Commissie in gesprek te komen.
In het zogenoemde 'stakeholdersoverleg' van de Pilot Harlingen bespreken vertegenwoordigers van Gemeente Harlingen, Wetterskip Fryslân, Frisia Zout, Provincie Fryslân en onze stichting regelmatig plaatselijke, regionale en landelijke zaken op mijnbouwgebied.
De Pilot Harlingen betreft vanzelfsprekend de zoutwinning bij Harlingen. Maar die is onlosmakelijk verbonden aan bijvoorbeeld politieke en wetenschappelijke ontwikkelingen wat betreft de gaswinning, zeespiegelrijzing en bescherming van de Waddenzee. Vandaag passeerde zo weer een groot aantal onderwerpen de revue. De komende maanden ligt de focus echter op het beschikbaar maken van de data van het Aanvullend Meetnet, zodat alle Harlingers hun bodem kunnen leren kennen.
Op dit moment zijn mijnbouwmaatschappijen 30 jaar aansprakelijk voor schade die later nog voortvloeit uit hun activiteiten. Daarná is het onduidelijk. Rechtsopvolgers van steenkoolbedrijven verwerpen aansprakelijkheid voor na-ijlende schade in Limburg.
Minister Blok erkent in een brief aan de Tweede Kamer dat veel rond nazorg, aansprakelijkheid en verjaring onduidelijk is. Hij wil bedrijven echter niet 'eeuwig' aansprakelijk houden, en wil daarom naar buitenlands voorbeeld "dat de Rijksoverheid na deze termijn (...) in feite verantwoordelijk wordt voor het uitvoeren van de zorgplicht." De SBHH heeft voorgesteld dan het Noorse model te hanteren: daarbij storten mijnbouwers jaarlijks een deel van hun omzet in een schadefonds.
Het Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) vindt de nazorg van delfstoffenwinning in Nederland onder de maat. Er is jarenlang te weinig aandacht geweest voor de situatie nadat de winning is gestopt. Want, aldus SodM: "er kunnen allerlei na-ijleffecten optreden die de veiligheid voor mens en milieu in gevaar kunnen brengen; in het slechtste geval nog oneindig lang."
SodM publiceerde vandaag het rapport ‘Staat van de sector voormalige steenkoolwinning’. De na-ijleffecten van de steenkoolwinning laten het belang van een goede nazorg zien, schrijft SodM, maar die is eigenlijk niet of nauwelijks vastgelegd. "Regel de nazorg in de mijnbouw goed, om te beginnen die van de voormalige steenkoolwinning". Met het oog op mogelijke na-ijlende schade door de zoutwinning vraagt de SBHH al jaren om een veel robuuster landelijk Waarborgfonds Mijnbouwschade.
De SBHH is gevraagd mee te werken aan een onderzoek van het Verwey-Jonker Instituut en Rijksuniversiteit Groningen. Zij onderzoeken op verzoek van het Regionaal Bestuurlijk Politie Overleg Noord-Nederland de specifieke context van maatschappelijke onrust in Noord-Nederland bij overheidsbeslissingen.
Er worden meerdere casussen bekeken, waaronder dus de zoutwinning bij Harlingen. Het bestuur heeft met de onderzoekers gesproken over onder meer de achtergronden van de Pilot Harlingen, de gevolgde werkwijze en verwachtingen voor de toekomst. De onderzoekers spraken onder andere ook met oud-burgemeester Sluiter en Durk van Tuinen, voormalig directeur van Frisia Zout. Naar verwachting verschijnt het rapport nog voor het einde van het jaar.
Wie betaalt mijnbouwbouwschade wanneer de veroorzaker er niet meer is? Schade-op-termijn is allesbehalve denkbeeldig, zo bleek decennia nadat de steenkoolwinning in Limburg stopte. Voor dit soort situaties stortten olie-, gas-, zout- en opslagbedrijven € 250.000 in een landelijk Waarborgfonds. De SBHH vindt dit bedrag onvoldoende om als burger gerust te kunnen zijn dat alle eventueel na-ijlende schade in de toekomst vergoed kan worden.
Leden van de vaste commissie EZK bevroegen minister Blok hierover na een brief van de SBHH. De minister: "De regeling is dat als het fonds leeg dreigt te raken, de exploitanten bij moeten gaan storten." Daarmee ging hij echter voorbij aan de kern: wat, als die bedrijven niet meer aanspreekbaar omdat ze zijn gestopt, overgenomen of failliet gegaan?
In gesprek met de SBHH toonde minister Stef Blok zich gisteren ontvankelijk voor het pleidooi een robuust landelijk schadefonds te vormen, als 'achtervang' voor onvoorziene mijnbouwschades. In Kerkrade bijvoorbeeld ontstond recent schade aan huizen, hoewel de steenkoolwinning er al in 1974 stopte. De SBHH wil dat olie-, gas- en zoutbedrijven al tijdens de winning een schadefonds vullen. Zo wordt voorkomen dat de Staat c.q. de burger later voor zulke na-ijlende schades moet opdraaien.
Ook pleitten we bij minister Blok voor een Gebiedsfonds in elke winningsvergunning, naar analogie van Ternaard (60 miljoen bij 10 jaar gaswinning) en Groningen (zoutwinner Nedmag). De minister liet blijken ook in zo’n afspraak wel iets te zien. De SBHH blijft met het ministerie van EZK in gesprek om deze en andere punten verder concreet te maken.
Minister Blok van Economische Zaken en Klimaat brengt komende week een tweedaags werkbezoek aan het Waddengebied. Op Schiermonnikoog veroorzaken de plannen om het oostelijke kweldergebied van het eiland van noord naar zuid te doorgraven om een stroomkabel naar de Eemshaven te kunnen leggen veel onrust bij de bewoners.
Woensdag gaat de minister op bezoek bij Frisia Zout, waar gesproken wordt over de zoutwinning die het bedrijf afgelopen jaar onder de Waddenzee startte. Bij die gelegenheid zal de SBHH met de minister spreken over de Pilot Harlingen als voorbeeld van het nieuwe veiligheidsdenken.
Foto: https://commons.wikimedia.org/w/index.php?curid=363168
In Groningen leidt de zoutwinning door de firma Nedmag al jarenlang tot veel maatschappelijke onrust. Volgens onderzoeksplatform Follow the Money, dat samen met RTV Noord diep in de zaak dook, zitten er scheuren in de ondergrond, is er diesel weggelekt en zakt de bodem langzaam weg. Naast de Provincie Groningen zelf, het Waterschap Hunze en Aa's hebben ook de gemeenten Tynaarloo en Midden-Groningen aangekondigd te gaan procederen tegen de toestemming van de minister van EZK om de zoutwinning verder uit te breiden.
Voor de Tweede Kamerfractie van de SP is dat aanleiding minister Blok van EZK nieuwe vragen te stellen. Ook voor de Harlinger situatie zijn die interessant, omdat ze onder andere het principe van 'omgekeerde bewijslast', stapeling van mijnbouwactiviteiten en het gevaar van het samenvloeien van cavernes betreffen.
Om de veiligheid van Harlingen en de Harlingers zo optimaal mogelijk te waarborgen start de SBHH de komende jaren meerdere nieuwe initiatieven. Doel is grotere juridische, financiële en sociaal-emotionele zekerheid tijdens, maar ook ná de zoutwinning. Alle plaatselijke politieke partijen is gevraagd drie ambities op dit vlak in hun verkiezingsprogramma voor 2022 op te nemen.
De gemeenteraadsfracties verschillen van mening over de wenselijkheid van de zoutwinning. Maar onrust, misinformatie en schade willen álle raadsleden vermijden. Om onnodige zorgen, vragen en weerstand te voorkomen wil de SBHH, naast het Aanvullend Meetnet, de stad onder meer ook bóvengronds in kaart gaan brengen en informatie over de winning veel breder toegankelijk maken via een laagdrempelig inlooppunt aan de haven.
Heel Nederland weet inmiddels dat de bodem na gaswinning pas na jaren weer 'in balans' komt. Hoe zit dat bij zout? Stopt de bodemdaling, zodra de zoutwinning stopt?
De heersende opinie is dat de 'zoutkruip' ogenblikkelijk stopt wanneer de zoutwinning wordt beëindigd. Maar eind juni ging een rapport naar de Tweede Kamer waarin iets anders wordt gezegd. Daarin stelt het Adviescollege 'Hand aan de Kraan Waddenzee' namelijk, op grond van onderzoekspublicaties uit 2017-2019, dat "zoutkruip doorgaat ook nadat de drijvende kracht is gestabiliseerd".
Onze stichting heeft het Kennisprogramma Effecten Mijnbouw gevraagd deze nieuwe inzichten mee te nemen en te valideren in een nog lopend onderzoek naar het achterlaten van zoutcavernes.
Waterschap Hunze en Aa’s en de Provincie Groningen gaan de vergunning voor zoutwinner Nedmag aanvechten bij de Raad van State. Dat meldt Onderzoeksplatform Follow the Money vandaag.
DB-lid Fien Heeringa van het waterschap zegt: "Ik maak me zorgen over de verre toekomst, wanneer Nedmag niet meer bestaat en de bodemdaling in het gebied toch doorzet." Het waterschap wil afspraken maken voor de komende 100 jaar, waarvoor Nedmag geld opzij zou moeten zetten.
Soms komen schades pas aan het licht nadat de delfstofwinner failliet ging of stopte - denk aan de steenkoolwinning in Limburg. Voor zulke schades kent het rijk een Waarborgfonds. Dat bevat echter slechts € 250.000, terwijl waterschap en provincie in Groningen op termijn een miljoenenschade verwachten.
Het rapport van het Adviescollege 'Hand aan de Kraan Waddenzee' (HadK) richt zich op effecten op 't Wad, maar is toch ook voor de stad Harlingen van belang. Het college zet veel kanttekeningen bij het gebruik van HadK, maar vindt de bodemdalingsmetingen op het Wad in orde. "En juist díe gegevens zijn voor ons van belang", zegt SBHH-voorzitter Langhout in de Harlinger Courant van 2 juli. Lees hier meer.
Opvallend is dat het college in het rapport stelt dat zoutkruip doorgaat "nadat de drijvende kracht is gestabiliseerd". Het Adviescollege wil daarom "dat de prognoses van cavernevolumeverandering en de daaraan gerelateerde bodembeweging worden voorzien van een kwaliteitslabel. Niet alleen de verwachtingswaarde moet worden bepaald, ook de bandbreedte die de onzekerheid representeert."
De provincie Fryslân luidt in Den Haag de noodklok over het Waddengebied. "Van winning van gas en zout tot kabels van windmolenparken; de natuur en de ecologie van de Waddenzee staat momenteel stevig onder druk", stelt gedeputeerde Sietske Poepjes. "Het moet gedaan zijn met gas- en zoutwinning in dit schitterende, maar ook ecologisch waardevolle gebied.”
Aanleiding voor de oproep is de veelheid van activiteiten: gaswinning boven Schiermonnikoog en bij Ternaard, zoutwinning bij Harlingen en windmolenparken op zee. "Deze projecten doorkruisen kwetsbaar natuurgebied en ondermijnen daarnaast het maatschappelijk draagvlak voor productie van duurzame energie. Dit kan niet de nieuwe realiteit worden als het aan provincie Fryslân ligt."
Wérkt 'Hand-aan-de-kraan' wel? En stoppen de effecten van gas- of zoutwinning inderdaad zodra de kraan wordt dichtgedraaid? Hierover stuurde minister Blok deze brief en dit advies naar de Tweede Kamer. SodM leverde kritisch commentaar, en de Beheerautoriteit Waddenzee stelt in haar reactie over de zoutwinning zelfs: "Als er een grote kans is dat de kwaliteit van wat er gemeten wordt onvoldoende is, dan kan de vraag gesteld worden of er (...) wel een vergunning afgegeven had mogen worden?" Let wel: het advies betreft effecten op de Waddennatuur, niet op de stad. Toch bevat het goed nieuws voor Harlingen. De bodemdalingsmetingen op het Wad zijn goed voor elkaar, aldus het rapport, en juist die cijfers zijn cruciaal voor de stad. Met Frisia bespraken we de meetgegevens van Wad en stad te koppelen, zodat we bodemdaling al buitendijks kunnen zien aankomen.
De afhandeling van de gaswinningsschade in Groningen leerde Nederland hoe het níet moet. Maar hoe dan wél? Sinds 1 juli 2020 probeert de landelijke Commissie Mijnbouwschade het voor andere schades dan die in Groningen béter te doen. Deze week meldde minister Blok van EZK de stand van zaken in een brief aan de Tweede Kamer. Van de 360 aangemelde schades nam de Commissie er 70 in behandeling en handelde er 20 definitief af. Lees hier de hele brief.
Het doel is "een rechtvaardige en transparante afhandeling van mijnbouwschade (...), waarbij de burger centraal staat", aldus de minister. Of dat lukt moet blijken uit een evaluatie, die deze zomer wordt uitgevoerd. Er wordt onder meer onderzocht hoe schademelders de behandeling van hun schadeverzoek hebben ervaren.
Wie schade lijdt door zoutwinning is voor het regelen van die schade op dit moment nog aangewezen op het mijnbouwbedrijf - en anders op een gang naar de rechter. Dat verandert per 1 november aanstaande. Vanaf die datum kunnen woningeigenaren en kleine bedrijven met schade door zoutwinning aankloppen bij de landelijke Commissie Mijnbouwschade.
Dat de burger niet alléén de bewijslast op zijn schouders krijgt is positief. Toch is de SBHH kritisch over de regeling zoals die er nu ligt. Schades aan kerken of aan bruggen, aan kades of aan gemeentelijke gebouwen vallen er bijvoorbeeld buiten. Gemeenten, provincies en belangengroepen hebben herhaaldelijk maar vergeefs aangedrongen op een voldragener regeling.
Het eerste jaarverslag van de Pilot Harlingen is er. Het geeft een overzicht van wat er afgelopen jaar binnen en rond de Pilot is gebeurd. Dat varieert van het boren naar het zout en de aanleg van het Aanvullend Meetnet tot politieke en wetenschappelijke ontwikkelingen elders.
Transparantie naar de inwoners van Harlingen is één van de belangrijkste doelen van de Pilot. Dat is afgelopen jaar vormgegeven met een nieuwsbrief en een website, maar ook met huiskamergesprekken, een informatieve gemeenteraad, een serie portretten op Omroep RSH en een live publieksuitzending via dezelfde zender. Wie een papieren exemplaar van het jaarverslag wil hebben (gratis) kan dat aanvragen via info@pilotharlingen.nl
Het Staatstoezicht heeft onderzoek laten doen naar zogenoemde 'stringers'. Soms worden diep in het Zechsteinzout formaties aangeboord met een hogere vloeistofdruk. Dat kan grote problemen geven in het boorproces, én veiligheidsrisico's opleveren. Deze hoge drukken hebben meestal te maken met zogenoemde ‘stringers’: anhydrietformaties die zijn ingesloten in het zout.
TNO onderzocht 921 van de 2575 putten in de Nederlandse Zechsteinzoutlaag. In 64 putten werden 85 drukgerelateerde problemen gevonden. Conclusie: meestal kunnen stringers voorspeld worden aan de hand van seismiek. Het aanpassen van het boortraject aan de hand van seismische structuren verlaagt de kans op het aanboren van stringers aanzienlijk. Het rapport valt hier te lezen.
Als laatste van de drie betrokken zoutwinbedrijven tekende Nouryon Salt B.V. in Amersfoort vandaag de 'Overeenkomst landelijke behandeling mijnbouwschade zoutwinning'. Directeur Durk van Tuinen van Frisia Zout zette zijn handtekening eerder deze maand al, net als Nedmag B.V. in Veendam.
Op basis van dit akkoord tussen de zoutwinners en het ministerie van Economische Zaken en Klimaat gaan schades door zoutwinning behandeld worden. Vanaf 1 november gebeurt dat door de landelijke Commissie Mijnbouwschade, die op dit moment alleen nog schades door olie- en gaswinning behandelt (en wat dat laatste betreft: enkel schades buiten het Groninger aardbevingsgebied). De tekst van de complete overeenkomst is hier te lezen.
Enkele locaties wachten nog op aansluiting op het elektriciteitsnet, maar de eerste data van het Aanvullend Meetnet komen al binnen. Vandaag bespraken de partijen van de Pilot Harlingen o.a.:
• Hoe leggen we de nulsituatie van de stad nu vast, zodat de invloed van andere factoren dan zoutwinning inzichtelijk wordt?
• Kunnen de data van de meetpalen op het wad worden gekoppeld aan metingen in de stad om het verloop van de bodemdaling te volgen?
• Welke grenswaarde bepalen we voor versnelling in bodemdaling?
• Wat beschouwen we als het werkingsgebied van het Aanvullend Meetnet?
Via www.pilotharlingen.nl en deze website houden we u op de hoogte van de voortgang.
Het wekelijkse radioprogramma 'Afslag Harlingen' van Omroep RSH had zaterdag 15 mei een bijzondere gastpresentator. Scheidend burgemeester Roel Sluiter zat als gastpresentator achter de microfoon en ontving in de studio van de omroep een lange reeks gasten. Daaronder was aan het begin van het derde uur ook SBHH-voorzitter Jarig Langhout. Die benadrukte in zijn verhaal nog eens dat inwoners grip moeten hebben op wat er gebeurt. "Wat de stichting wil, en wat ook in de Samenwerkingsovereenkomst staat, is dat zodanig wordt gecommuniceerd dat iedereen echt begrijpt wat zich onder de grond afspeelt."
CZ Videoful legde de uitzending vast. Klik hier om het hele interview te zien en te horen.
Op 6 mei tekende Frisia Zout een overeenkomst met het ministerie van EZK, om schade door zoutwinning voortaan te laten afhandelen door de landelijke Commissie Mijnbouw. Die neemt de bewijslast van de burger over, zodat die niet zelf de schade en de oorzaak daarvan hoeft te bewijzen. Nadat een schademelder aan de bel trekt voorziet de schaderegeling een vlotte afhandeling. Voor het onderzoeken en beoordelen van de schade door externe deskundigen zijn relatief korte termijnen afgesproken. Jarenlange onzekerheid, zoals in Groningen, moet daarmee worden voorkomen.
Overigens kán een burger ook proberen de zaak met Frisia 'aan de keukentafel' af te handelen. In die gevallen ligt de bewijslast echter bij de schademelder.
Vandaag vergaderde voor het eerst de Raad van advies van de Pilot Harlingen. Daarin hebben zitting:
• de voorzitter van de vereniging Oud Harlingen
• de burgemeester van Harlingen
• een MT-lid van de directie Warmte & Ondergrond van het ministerie van EZK
Als zodanig werden in november 2020 als eerste leden van de Raad benoemd respectievelijk mevrouw A.F. Visser, de heer Roel Sluiter en de heer Ruud Cino.
De Raad kan gevraagd en ongevraagd ideeën, suggesties en commentaar geven om te zorgen dat de zoutwinning bij Harlingen uitgroeit tot hét landelijk voorbeeld van een 'nieuw veiligheidsdenken'.
Getriggerd door 'Groningen' zoeken overheden, mijnbouwmaatschappijen en burgers naar nieuwe manieren om met delfstoffenwinning om te gaan. Het Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) ziet dat veel burgers informatie van mijnbouwbedrijven wantrouwen. Daarom vroeg SodM aan Startup Ignite Innovation hoe de communicatie tussen mijnbouwbedrijven en burgers kan worden verbeterd. In dat kader legde de Startup vandaag zijn oor te luisteren bij de SBHH: hoe is de communicatie rond de zoutwinning bij Harlingen verlopen? Hoe is de Pilot Harlingen tot stand gekomen?
Het stroomlijnen van alle informatie rond een mijnbouwproject is wellicht een deel van de oplossing. Daarvoor wordt een app ontwikkeld. Lees hier meer: https://lnkd.in/ee_UrtR
In opdracht van Frisia Zout zijn vandaag tiltmeters geplaatst in kelders van huizen op de Rommelhaven en de Zoutsloot. Eerder werden al op diverse plekken in de stad peilbuizen in de grond aangebracht. Aanstaande donderdag wordt als laatste fase begonnen met werkzaamheden bij de visafslag, de Fabrieksstraat en de William Boothstraat.
Onder andere door benodigde vergunningen en de lange levertijd van gespecialiseerde apparatuur vraagt de aanleg van het meetnet meer tijd dan eerder werd verwacht. Het duurt echter nog jaren voordat de bodemdaling door de zoutwinning Harlingen vanuit zee begint te naderen. Volgens Frisia Zout zal de invloed van bodemdaling door de zoutwinning op de stad verwaarloosbaar klein zijn.
Volgens de Leeuwarder Courant heeft de zoutproductie van Frisia enkele dagen stilgelegen nadat een groot brok zout afbrokkelde en een stuk pijp in de caverne beschadigde. Een en ander gebeurde medio februari al. In het verleden kampte Frisia bij de winning bij Wijnaldum vaker met dit probleem.
De kapotte pijp is afgesneden, en via een tijdelijke boortoren is een nieuw stuk pijp aangebracht. De schade loopt in de tonnen maar is ingecalculeerd, aldus Frisia, omdat dit soort incidenten inherent is aan oplosmijnbouw. Door heet water in te brengen wordt een holte in de zoutlaag gemaakt, waarna het zoute water omhoog wordt gepompt. Op kilometers diepte is de stabiliteit van de wanden en het plafond van de caverne niet 100% te sturen.
PvdA-kamerlid Henk Nijboer stelde de nieuwe minister van EZK, Bas van 't Wout, vragen over mogelijke schade door mijnbouw, onder andere door de zoutwinning.
Vandaag kwam een antwoord: 'Wat betreft de zoutwinning onder de Waddenzee (...) hebben Frisia, de SBHH, de gemeente Harlingen en de provincie Fryslân op 18 maart 2019 een overeenkomst gesloten. Hierin zijn afspraken gemaakt over het aanleggen van een aanvullend meetnet in de binnenstad van Harlingen in combinatie met een ‘Early Warning System’. Onder de titel 'Pilot Harlingen' wordt de Samenwerkingsovereenkomst de komende jaren verder uitgewerkt en uitgevoerd. Via deze pilot worden de eventuele gevolgen van de zoutwinning nauwgezet in kaart gebracht en worden ook inwoners geïnformeerd.' Lees de complete Kamerbrief hier.
In het Reformatorisch Dagblad is een discussie losgebarsten over de effecten van de zoutwinning bij Barradeel. Volgens ingenieur Stef J. Heerema, in een artikel van 21 januari, is de zoutlaag een vast gesteente. Dat zout kan onder hoge druk kan gaan 'kruipen' is naar zijn mening onjuist.
Student aardwetenschappen en filosofie aan de Universiteit Utrecht Willem Jan Blom bekritiseerde Heerema's stelling eind januari in een blog. Samen met structureel geoloog Nico Hardebol (werkzaam voor SodM) en Jan van Herk (oud-beleidsadviseur delfstofwinning van het ministerie van EZK) reageerde hij vervolgens in de krant van 11 februari. Vandaag kwam daarop een weerwoord in dezelfde krant. Volgens Heerema kwam zoutvloei alleen voor tijdens de zondvloed.
Sinds de nieuwe landelijke Commissie Mijnbouwschade op 1 juli 2020 actief werd zijn er (tot en met 31 januari 2021) 218 schades gemeld. De Commissie moet burgers duidelijkheid en eenduidigheid bieden wat betreft afhandeling van schade door mijnbouw. Dat lukt nog niet: 154 meldingen werden doorgestuurd naar een ander schadeloket.
De Commissie besloot van de resterende 64 meldingen er 6 niet te behandelen, bijvoorbeeld omdat de schade meer dan 12 maanden voor de schademelding was ontstaan. 13 schademelders trokken hun melding na contact met de Commissie in. Op dit moment zijn 37 meldingen in behandeling. Bij 21 schadeadressen heeft een externe deskundige de schade opgenomen.
Ruim 35 gemeentelijke, provinciale en waterschapsfracties willen dat de Tweede Kamer en het kabinet niet langer toestaan dat er in het Waddengebied naar gas en zout wordt geboord. Ze presenteerden vandaag een Waddenmanifest waarin onder meer wordt gesteld dat 'de winning van delfstoffen de natuurlijke processen in het Waddengebied in gevaar brengt en zorgt voor bodemdaling op land en in de Waddenzee’.
De ondertekenaars hekelen dat het ministerie van EZK tegen de wil van de noordelijke Provinciale Staten vergunningen verleent aan bedrijven met mijnbouwplannen in het Waddengebied. Ze vragen Den Haag daarom geen nieuwe vergunningen meer voor de Wadden te verstrekken. (Foto: Partij van de Arbeid Statenfractie Fryslân)
De bodemdaling door de zoutwinning onder de Waddenzee gaat zich de komende jaren steeds verder richting Harlingen uitstrekken. Daarom volgen wij de ontwikkelingen buitendijks al nauwgezet. Datzelfde doet het Staatstoezicht op de Mijnen (SodM). De dienst maakt weliswaar deel uit van het Ministerie van EZK, maar is zich onder leiding van de huidige inspecteur-generaal als een kritische, onafhankelijk toezichthouder richting de mijnbouwbedrijven gaan opstellen.
Hoe het toezicht vorm krijgt is nu op een rijtje gezet. Lees hier wat het Staatstoezicht recent publiceerde over de gas- en de zoutwinning, de monitoring van de daling van de diepe ondergrond en de werking van het 'hand aan de kraan'-principe.
Per 1 december 2020 zou de landelijke Commissie Mijnbouwschade óók schades als gevolg van zoutwinning gaan afhandelen. Die datum is niet gehaald, omdat nog aan het schadeprotocol wordt gesleuteld. Gemeenten, provincies en ook belangengroepen als de onze leverden tientallen pagina's commentaar aan.
Het 'zoutschadeprotocol' is een aangepast 'gasprotocol', terwijl oorzaak en effecten heel anders zijn bij zoutwinning. In 3 inspraakronden heeft de SBHH er alles aan gedaan het ministerie tot aanpassingen te bewegen, zoals het openstellen van de regeling voor schade aan kerken, bruggen, dijken, scholen e.d. Het lijkt er echter niet op dat het definitieve schadeprotocol wezenlijk anders zal zijn dan de versie die al in april 2020 rondging.
Onderzoeksrapporten over de bodemdaling bij Wijnaldum bevatten onjuiste conclusies. Dat wordt duidelijk uit een artikel in het Reformatorisch Dagblad van vandaag. Zowel ingenieursbureau Alterra als geologen van onderzoeksinstituut TNO stelden in 2006 dat de gedaalde bodem zal 'terugveren', wanneer de zoutwinning is beëindigd. De Provincie Fryslân had op dit punt om duidelijkheid gevraagd vanwege twijfel over onderzoeksgegevens.
Volgens de krant blijkt nu dat de onderzoekers de provincie foutief informeerden: de bodemdaling is toch blijvend. PvdA-kamerlid Nijboer wil nu van minister Van 't Wout van EZK weten welke gevolgen de nieuwe inzichten hebben voor gebouwen, natuur en waterhuishouding in het gebied.
Kan het Staatstoezicht op de Mijnen positief bijdragen aan het contact tussen mijnbouwers en hun omgeving? Die vraag staat centraal in een klein onderzoek dat SodM momenteel laat uitvoeren. Specifieke vragen zijn onder andere op welke manier burgervragen het beste afgehandeld kunnen worden, en hoe en wanneer informatie zo proactief mogelijk met de omgeving van een mijnbouwactiviteit gedeeld kan worden.
Het verbeteren van het omgevingsmanagement is allereerst aan de mijnbouwbedrijven en het ministerie van EZK dat de concessies verleent. De SBHH is niettemin positief over het onderzoek van SodM en heeft gisteren dan ook graag meegewerkt aan een uitgebreid interview. Er valt immers nog veel te winnen.
Ingenieursbureau Antea startte deze week de aanleg van het Aanvullend Meetnet. Op de Rommelhaven werd op 17 meter diepte een waterpeilbuis op de stabiele pleistocene laag geplaatst. Op het Franekereind en de Zoutsloot kwamen ondiepere waterpeilbuizen en in de Fabrieksstraat een 'tiltmeter' die bodemdaling en scheefstand meet.
Er komen nog andere meters bij de visafslag en in kelders van historische panden. Volgens bureau Holland Innovation Team, die het meetnet ontwierp, biedt de apparatuur samen met meetgegevens van het Wad voldoende houvast. Niettemin mikt de SBHH nog op extra meetpunten onder de kust, om bodemdaling tijdig te kunnen zien aankomen.
Momenteel publiceert de Harlinger Courant een serie artikelen over de verschillende werkgroepen die onder de vleugels van de vereniging Oud Harlingen actief zijn. Dat varieert van de redactie van het jaarlijkse Magazine via de werkgroep Archiefonderzoek tot de organisatie van de Lichtjestocht.
Voor omvangrijke dossiers richt de vereniging 'dochterondernemingen' op, zoals in 2015 de Monumentenstichting Harlingen voor de restauratie van de Grote en Kleine Sluis en de Singelbruggen. In 2017 werd onze Stichting Bescherming Historisch Harlingen de volgende loot aan deze stam. Lees hier het artikel dat vrijdag 11 december verscheen. (foto Joachim de Ruijter)
In opdracht van Frisia Zout start Antea Group volgende week met de aanleg van het Aanvullend Meetnet in Harlingen. Op de Zoutsloot, de Rommelhaven en het Franekereind worden verschillende soorten waterpeilbuizen geplaatst.
Verder worden diepe boringen gedaan om tiltmeters op het pleistoceen te plaatsen. Dit gebeurt op de camperparkeerplaats bij de Nieuwe Vissershaven en bij het plantsoen bij de Fabrieksstraat. Ook in kelders van twee historische panden komt meetapparatuur te staan. De levertijd van de benodigde tiltmeters is echter langer, zodat de plaatsing daarvan begin 2021 zal plaatsvinden.
Minister Wiebes schrijft de Tweede Kamer dat de winningsvergunning van Frisia volstaat. De Waddenvereniging wilde een herziening nu de winning ca. 260 m van de geplande plek plaatsvindt. "Er is echter met een onzekerheidsband aangegeven waar de caverne gevormd gaat worden", laat de minister weten. "Het Staatstoezicht geeft aan dat de nu gestarte caverne zich binnen deze onzekerheidsband bevindt. Derhalve is van een wijziging van het winningsplan geen sprake."
Frisia hoopt uit de caverne 16 miljoen ton zout te kunnen winnen. Dat zou wél een herzien winningsplan vragen, stelt de minister, omdat 8 a 10 miljoen ton is vergund. Lees de brief hier.
Inwoners, raadsleden en deskundigen kwamen 24 november aan het woord tijdens de RSH-uitzending 'Harlingen en het zout'. Voor de microfoon komen het eerste uur onder andere Wim Wildeboer (Wad'n Partij), Bartele Boersma (PvdA), Stephanie Geurtz (GroenLinks), burgemeester Sluiter, binnenstadbewoners Gerry Tichelaar, Willem Visser, Teatse Vogelaar en vele anderen. In het tweede uur bevraagt Simone Scheffer Frisia-directeur Durk van Tuinen, hydroloog Peter van der Gaag, veiligheidszone-bepleiter Nico Pellenbarg, Theodor Kockelkoren van het Staatstoezicht, EZK-beleidsmedewerker Mijnbouw Ruud Cino en Chris Elsinga van de SBHH. Luister alles terug via de site van de Pilot Harlingen.
Binnenkort gaat de landelijke Commissie Mijnbouwschade ook 'zoutschades' afhandelen. Gegevens van het Aanvullend Meetnet kunnen dan cruciaal zijn, menen de partners van de Pilot Harlingen. Daarom is de Commissie gevraagd welke gegevens het meest wenselijk zijn.
Voorzitter Vogels laat weten nog geen meldingen van schade door zoutwinning te behandelen. "Daarnaast zien wij als onafhankelijke commissie geen rol voor ons weggelegd bij (zout)winningsplannen." De stichting gaat daarover nog graag met de Commissie in gesprek. De Pilot wil immers niet wachten tot schade ontstaat, maar alles juist van tevoren te regelen. Lees hier de brief van de Commissie Mijnbouwschade.
Dinsdagavond 24 november wijdt Omroep RSH een themauitzending aan de zoutwinning door Frisia Zout. Dat daarover veel vragen leven bleek deze week bij de gemeenteraad. Het geplande krappe uurtje informatie over de effecten van de winning liep uit tot tweeënhalf uur.
De uitzending dinsdag is van 19.00-21.00 uur. Doede van de Hoek en Simone Scheffer leggen vragen van Harlingers voor aan gasten zoals Ruud Cino van EZK, de ontwerper van het Aanvullend Meetnet Peter van der Gaag en Theodor Kockelkoren van het Staatstoezicht op de Mijnen. Volg het via www.omroeprsh.nl, de radio (106.2 Mhz) of kabel (104.1 Mhz).
Woensdag 18 november vanaf 19.30 uur spreekt de gemeenteraad een uur lang over de ontwikkelingen rond de zoutwinning, tijdens een openbare informatieve commissievergadering. Aan het woord komen achtereenvolgens Durk van Tuinen (directeur Frisia Zout) over o.m. de gevolgen van de nieuwe cavernelocatie voor de bodemdalingscirkel, en het gebruik van diesel, Jarig Langhout (voorzitter Bescherming Historisch Harlingen) over de stand van zaken betreffende Pilot en Peter van der Gaag (ontwerper van het Aanvullend Meetnet voor de Harlinger binnenstad).
De bijeenkomst is voor alle inwoners thuis live te volgen en via deze link ook naderhand te zien.
Donderdag 12 november hield de Vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat een Wetgevingsoverleg, met name over het repareren van alle schade in Groningen. Tijdens de beraadslagingen kwam ook de zoutwinning door Frisia aan de orde. Hoe wordt eventuele schade vergoed wanneer die - net zoals nu bij de steenkoolwinning in Limburg - pas tientallen jaren later ontstaat?
De SBHH vindt dat mijnbouwbedrijven al tijdens de winning een schadefonds moeten vormen. Dan kunnen burgers niet met lege handen achterblijven. Voorzitter Jarig Langhout lichtte een en ander vanochtend toe bij Omrop Fryslân (klik onderaan het nieuwsbericht op het audiofragment).
Mijnbouwbedrijven zouden al tijdens de winning een fonds moeten vormen om schade te vergoeden, vindt de SBHH. Kamerleden van VVD, CDA en PvdA stelden dit punt 12 november aan de orde.
In antwoord op de vragen stelde minister Wiebes: 'Ik denk dat als je in Harlingen woont, dat je je best af en toe af mag vragen of je wel op termijn je schade vergoed krijgt. Wat gebeurt daar als er geen rechtsopvolger meer is? (...) dat Waarborgfonds Mijnbouwschade (...) moet gevuld worden, onder andere door partijen in de zoutsector en dat betekent dat we (...) daar arrangementen voor zullen treffen om te zorgen dat mensen daar niet ongerust over hoeven te zijn."
In Den Haag wordt vandaag gesproken over schade door steenkoolwinning in Limburg, die pas 50 jaar ná de winning is ontstaan. Wie betaalt nu, aangezien de steenkoolbedrijven allang niet meer bestaan? Minister Wiebes wil alsnog een schadefonds vormen. De SBHH vindt dat Frisia al tijdens de winning een schadefonds moet vormen, zodat ook 'na-ijlende schade' kan worden vergoed.
Minister Wiebes wil voor de afhandeling van steenkoolschade een protocol opstellen. Zo'n regeling moet maatschappelijk wel breed gedragen worden, vindt de SBHH. Met het conceptprotocol voor zoutschade is dat nog niet het geval. Hopelijk lukt het ook dit punt vandaag in het overleg aan de orde te krijgen.
Frisia Zout probeert het Aanvullend Meetnet nog voor het einde van het jaar te installeren. Het moet, bij onverhoopte schade, claims van huiseigenaren onderbouwen, of juist het ontbreken van betrokkenheid van de zoutwinning bewijzen. Nu de fysieke aanleg nabij is, komt ook de verdere inrichting van het meetnet om de hoek kijken. Wat moet de meetapparatuur precies meten, en met welke frequentie?
De SBHH wil dat de metingen van het Aanvullend Meetnet één op één aansluiten op datgene, wat de nieuwe landelijke Commissie Mijnbouwschade (foto) nodig heeft om claims te kunnen behandelen. Daartoe ging vandaag deze brief de deur uit.
Op verzoek van het ministerie van EZK reageerde onze stichting deze week opnieuw op het concept-protocol voor schade bij zoutwinning. Welke claims gaat de nieuwe landelijke Commissie Mijnbouwschade wél behandelen, en welke niet? En hoe doet ze dat?
De SBHH vindt het op zichzelf gunstig dat de nieuwe Commissie met een geheel nieuwe regeling gaat werken. Daarin kan immers alle tot 2020 opgedane kennis en ervaring over zoutwinning worden verwerkt. Ook het nieuwste concept doet wat ons betreft echter nog onvoldoende recht aan het grote burgerbelang dat ermee is gemoeid. Schade aan kerken valt bijvoorbeeld nog steeds buiten de boot. Hier leest u onze reactie van vandaag.
Vandaag behandelt de Raad van State drie zaken van de Waddenvereniging tegen minister Wiebes van EZK. Die gaf de NAM toestemming om vanachter de Friese en Groninger zeedijk (meer) gas te winnen vanonder de Waddenzee. Het gaat om de winningsplannen ‘Blija’, 'Vierhuizen-Oost' en 'Moddergat, Lauwersoog en Vierhuizen'.
Volgens de Waddenvereniging daalt de bodem door de gaswinning sneller dan natuurlijke sedimentatie die compenseert. Maar ook zou de minister met een te lage zeespiegelrijzing rekenen. Neemt de Raad van State dat laatste over, dan kan dat gevolgen hebben voor de gebruiksruimte voor de zoutwinning door Frisia. Uitspraak over enige maanden.
Op uitnodiging van de Stichting Fêste Grûn schoof de SBHH 21 oktober digitaal aan bij een vergadering van het 'Ontzorgingsspoor Omgevingsproces Ternaard'. Fêste Grûn is tegen nieuwe gaswinning, maar probeert met de gemeente, Wetterskip, provincie Fryslân, Dorpsbelangen, LTO, Thus Wonen, NAM en dorpsbewoners toch tot extra veiligheidsafspraken bij eventuele gaswinning te komen.
Een nieuwe Stichting Waakhûn moet de afspraken gaan controleren. Vandaar de vraag aan de SBHH hoe dit in Harlingen is geregeld. 'Ternaard' nam in navolging van de Pilot Harlingen al diverse elementen over en denkt nu bijvoorbeeld ook over een Raad van Advies.
Wanneer door zoutwinning onverhoopt toch schade ontstaat, moet die soepel worden afgehandeld. Hoe dat gebeurt wordt vastgelegd in een schadeprotocol. Het ministerie van EZK legde gemeenten, provincies en andere maatschappelijke partijen daarvan een tweede versie voor. Zij reageerden eerder al op het eerste concept. Ook de SBHH stuurde een brief vol suggesties voor verbeteringen en reisde daarna op uitnodiging van het ministerie van EZK naar Den Haag om die door te spreken. Die inzet weerspiegelt zich nog niet in de nieuwe versie. Omdat een helder en eenduidig protocol cruciaal is gaat de SBHH zich inspannen samen met andere stakeholders een vervolg te geven aan de eerdere input. Vandaag ging daarover deze brief naar het ministerie.
Drie natuurorganisaties willen een nieuwe beoordeling van de zoutwinning door Frisia, nu die op een andere plek start dan eerder de bedoeling was. Dat berichtte de Leeuwarder Courant gisteren. De Waddenvereniging, Vogelbescherming en Natuurmonumenten vinden dat de winning anders verloopt dan in de vergunning staat.
In hun brief aan minister Wiebes wijzen de organisaties ook op de verwachting van Frisia, dat toch bodemdaling onder land zal ontstaan. Op grond van de eerste voorlopige prognose van de contouren lijkt dat inderdaad het geval (zie kaartje). De brief aan minister Wiebes valt hier te lezen.
De Auditcommissie is akkoord met Frisia's nulmeting over 2019 van de Waddenzee. Daarop heeft minister Wiebes groen licht gegeven voor start van de zoutwinning. Goedkeuring van het rapport was een laatste voorwaarde vanuit de Tweede Kamer.
Frisia gaat nu beginnen een zoutcaverne te vormen op de locatie Havenmond-2 (HM-2). Het zal wel enkele maanden duren voordat de productie van zout werkelijk op gang komt. Overigens is daaraan door het Staatstoezicht op de Mijnen een eerste limiet gesteld. Van de vergunde 32 miljoen ton zout mag Frisia vooralsnog 1 miljoen ton winnen. Dat is ongeveer één jaar productie. Binnen die tijd moet Frisia duidelijk maken hoe ze de zoutputten op termijn wil achterlaten.
In een brief heeft minister Wiebes de Tweede Kamer bijgepraat over de huidige zoutwinning in Nederland. Aan de orde komen onder andere:
De complete brief is hier te lezen.
Over het 'abandonneren' (achterlaten) van mijnbouwlocaties is te weinig kennis beschikbaar. Dat concludeerde het Kennisprogramma Effecten Mijnbouw in 2019. Voor de komende jaren wordt hier daarom nader onderzoek naar gedaan.
Schade kan ook ver na beëindiging van de mijnbouwactiviteit ontstaan. Huizen in Kerkrade bijvoorbeeld liepen de afgelopen jaren nog schade op, hoewel de steenkoolwinning al in 1974 stopte. Die schade - inclusief waardedaling van de panden - moet alsnog vergoed worden, oordeelde de Raad van State in april, na jarenlange juridische procedures. Het ministerie van EZK richt daar nu een schadefonds voor in. De Provincie Limburg zette zich hier jarenlang voor in.
Buitenlandse hoogleraren en het hoofd van de Zwitserse Seismologische Dienst buigen zich binnen het Kennisprogramma Effecten Mijnbouw (KEM) over vraagstukken rond mijnbouw in ons land. Dit overheidsprogramma loopt sinds 2017. Met deze brief stuurde minister Wiebes eind juni een overzicht van de afgeronde en komende onderzoeken naar de Tweede Kamer.
Het KEM concludeerde dat er onvoldoende kennis is over het achterlaten van diepe zoutcavernes na de winningsperiode. Ook wordt nieuw onderzoek opgestart over bodembewegingen bij zoutcavernes (KEM-onderzoek 26). Via congressen van het KEM volgen wij de voortgang hiervan.
'Hoe komen wij aan informatie over de zoutwinning? De Harlinger Courant wordt hier niet bezorgd' meldden bewoners van de Sédyk aan ons. Een terechte vraag, vond het bestuur van de SBHH.
Daarom bezorgde bestuurslid Hans Otten vandaag persoonlijk een brief bij alle adressen tussen Nieuwe Industriehaven, Haulewei, Sédyk en Sylsleane. Een mooi klusje, tussen de buien door. Gelukkig staat er een bushokje om te schuilen! Bijgevoegd was een papieren exemplaar van de eerste nieuwsbrief. Zo weten ook de bewoners daar nu, dat informatie via onze eigen website te krijgen is, via een abonnement op de digitale nieuwsbrief en via de gezamenlijke website www.pilotharlingen.nl
Vandaag was de SBHH weer in Den Haag voor gesprekken over het conceptprotocol 'schade bij zoutwinning'. Dat is voor verbetering vatbaar, vindt de SBHH, en het ministerie nu ook: "Het gesprek is voor ons reden nog eens goed naar diverse zaken te kijken." Te denken valt aan schade van kerken, de grens van 2 cm daling en het opnemen van scheefstelling (naast bodemdaling) als schadeoorzaak.
De speelruimte binnen de huidige regeling is echter beperkt. De SBHH heeft bredere ideeën over een 'nieuw veiligheidsdenken'. De Pilot Harlingen kan daarvoor de proeftuin zijn. Het ministerie gaat een gesprek arrangeren tussen de SBHH en de nieuwe landelijke Commissie Mijnbouwschade. Wordt dit najaar vervolgd.
Het ministerie van EZK heeft de SBHH uitgenodigd voor een gesprek over de nieuwe regeling voor schade door zoutwinning. "Wij zijn erg blij met de inhoudelijke input van de Stichting", liet Simone Eijsink, Projectleider landelijke aanpak afhandeling mijnbouwschade, al weten. Het gesprek is aanstaande woensdag in Den Haag.
De gemeente Harlingen heeft richting het ministerie vast een schot voor de boeg gegeven: "Inmiddels is door de SBHH, waarmee wij samenwerken binnen de Pilot Harlingen, een reactie gegeven. Wij willen u hierbij aangeven dat wij achter de reactie van SBHH staan."
Onze op- en aanmerkingen op het concept van de schaderegeling zijn hier te lezen.
De Stichting doet goed werk, maar moet oppassen niet steeds dichter tegen Frisia aan te schurken. Dat advies kreeg onze voorzitter vrijdag bij een rondje door de stad. In een artikel in de Harlinger Courant toonden ook advocaat Henri Sarolea en ingenieur Johan Bloem zich kritisch. Lees hun zorgen over de voorspellingen van Frisia over de bodemdaling hier.
Voorzitter Jarig Langhout neemt het ter harte. "Zulke opmerkingen zijn prima, die houden ons scherp. In ons bestuur is de kritische stem ook zeker vertegenwoordigd, die klinkt elke vergadering, maar wij willen er wel samen met Frisia en de andere partijen uitkomen. Daarmee is het belang van Harlingen en de Harlingers uiteindelijk het beste gediend."
Vandaag lanceerden de partners van de Pilot Harlingen een gezamenlijke website: www.pilotharlingen.nl Daarop zijn ontwikkelingen rond de zoutwinning doorlopend te volgen. Iedereen die dat wil kan zich bovendien abonneren op een nieuwsbrief, die minstens driemaal per jaar gaat verschijnen - en zoveel vaker als nodig.
Los hiervan blijft onze Stichting actief om de belangen van alle ouwe seunen binnen Pilot zo goed mogelijk te dienen. Daarbij hebben we op een aantal fronten ook het voortouw. Momenteel zijn we bijvoorbeeld in gesprek om de nulsituatie van de stad uitgebreider in beeld te brengen dan alleen met het Aanvullend Meetnet. Blijf dus ook ónze website volgen!
Er komt een nieuwe landelijke regeling voor schade door zoutwinning. Het ministerie van EZK legde de conceptregeling ter commentaar aan ons voor, want ook 'Den Haag' vindt maatschappelijk draagvlak inmiddels cruciaal.
Het concept bevat allerlei goede elementen. Maar loopt het Harlinger stadhuis onverhoopt ooit schade op, dan neemt de Commissie Mijnbouwschade de claim niet in behandeling. Voor schade aan kerken geldt hetzelfde: enkel woonhuizen en 'micro-ondernemingen' komen in aanmerking. Dat kan niet zo blijven, vinden wij! Ons commentaar op de eerste versie van de regeling is droge kost, maar voor geïnteresseerden toch te vinden bij Downloads.
Frisia Zout start met de zoutwinning niet in caverne HM-1 ('Havenmond 1'), maar in HM-2. De boring naar de zoutlaag kwam zo'n 200 meter zuidelijk van HM-2 uit, de meest noordoostelijke van de vier vergunde cavernes. De nieuwe locatie betekent dat de zoutwinning iets opschuift vanaf van de stad. Datzelfde gebeurt dus met de bodemdalingsschotel van de eerste winning. Op het kaartje is te zien dat in de nieuwe situatie de zeedijk over een grotere afstand te maken zal krijgen met bodemdaling, dan eerder werd verwacht. Overigens is het kaartje een eerste prognose, op basis van de huidige inzichten.
Frisia wil in HM-2 de helft van de vergunde hoeveelheid zout winnen: 16 van de 32 miljoen ton. Het bedrijf hoopt rond 1 september te kunnen beginnen met het maken van de caverne.
Het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat gaat actiever deelnemen aan de Pilot Harlingen. Dat werd 23 juli duidelijk tijdens een overleg met de SBHH in Den Haag. "Ik ken geen ander proces in Nederland waarbij mijnbouwer en bevolking zó open en transparant samenwerken", stelde topambtenaar Ruud Cino.
Het Ministerie ziet de Pilot Harlingen als voorbeeld voor andere mijnbouwprojecten en gaat de verdere ontwikkeling van de Pilot inhoudelijk en financieel ondersteunen. Al in de nabije toekomst zal het ministerie vaker bij de overleggen in Harlingen aanschuiven.
Het ontwerp van de nieuwe 'gebiedsagenda' voor het Waddengebied is verschenen. Naast overheden schreven ook waterschappen, maatschappelijke organisaties, bedrijfsleven en bewoners aan de toekomstvisie mee.
Wat betreft de zoutwinning is er geen nieuws onder de zon. In 2011/2012 is afgesproken de zoutwinning van ondergrondse locaties in Noordwest-Fryslân te verplaatsen naar locaties onder de Waddenzee. De concessie daarvoor loopt tot 2052. De Gebiedsagenda stelt dat daarna geen nieuwe concessies voor zoutwinning meer moeten worden afgegeven.
Het Aanvullend Meetnet gaat de komende decennia veel gegevens opleveren over het gedrag van de bodem, zowel aan het maaiveld als in dieper gelegen lagen.
Op dit moment wordt echter óók al van alles gemeten. Rijkswaterstaat bijvoorbeeld volgt via peilmerken op gebouwen, bruggen en viaducten in Harlingen hoogteveranderingen ten opzichte van het NAP. Ook gemeente en Wetterskip doen metingen. Onze stichting wil samen met deze partijen bekijken in hoeverre het combineren van al deze meetgegevens extra inzichten kan opleveren.
Sinds 4 november 2019 boort Frisia naar het zout onder de Waddenzee, maar niet zonder problemen. De eerste boring werd 17 februari afgebroken en de tweede op 26 mei 'technisch mislukt' verklaard.
Over de huidige boring (een nieuwe 'sidetrack') komen van allerlei kanten vragen bij ons binnen, omdat die de bodemdaling dichter bij de stad zou brengen. We leggen dit 3 juli op tafel, bij het regulier overleg met de deelnemers aan de Pilot Harlingen (gemeente, provincie, Frisa Zout, Wetterskip Fryslân en onze stichting).
De aanleg van het Aanvullend Meetnet in de Harlinger binnenstad verloopt te traag, vindt de SBHH. Frisia Zout deelt die mening. Om vaart in het proces te brengen gaan de SBHH, Frisia en ingenieursbureaus nu gezamenlijk om tafel.
Volgens afspraak zal het meetnet operationeel zijn vóór de zoutwinning daadwerkelijk start, om de nulsituatie van de stad grondig in kaart te brengen. Diverse historische panden gaan deel uitmaken van het meetnet. Aanleg van het meetnet gebeurt overigens pas na groen licht van de SBHH.
Ook nu het rapport over Frisia's nulmeting over 2018 is verbeterd blijven er belangrijke aandachtspunten, zo liet de Auditcommissie op 27 mei weten na bestudering van de informatie. Frisia heeft al aan de ministers van EZK en LNV en de Commissie aangegeven de adviezen op te volgen. Het rapport van de Auditcommissie is bij 'Downloads' te lezen.
Overigens is ook de rapportage over 2019 bijna gereed, vertelde directeur Durk van Tuinen ons op 4 juni. Daarin zullen de gevraagde verbeteringen al verwerkt zijn.
Om te voorkomen dat het Wad door de zoutwinning achteruit gaat, moet Frisia een monitoringprogramma uitvoeren. Een brede groep vogelonderzoekers, morfologen, ecologen en andere wetenschappers meet onder andere veranderingen in vogelpopulaties, schelpdierdichtheid en wadplaatareaal.
Ook daling van het pleistoceen wordt gemeten. Daarom mocht de SBHH 10 april aanschuiven bij de (online) bijeenkomst van de 'groene wetenschap'. Diepgravend en verhelderend!
Na de Provincie Fryslân stelde ook de Harlinger gemeenteraad 8 april geld beschikbaar voor de 'Pilot Harlingen'.
Daarmee krijgt de SBHH verdere financiële armslag voor drie hoofdtaken:
a) onafhankelijke second opinions over de meetgegevens van het Aanvullend Meetnet
b) communicatie met de inwoners van de stad over de Pilot Harlingen
c) het landelijk uitdragen van de Pilot Harlingen als vorm van 'het nieuwe veiligheidsdenken'
Op 14 april hadden wij voor alle Harlingers een informatieavond over de zoutwinning gepland, in RSG Simon Vestijk. Wat gaat er gebeuren, wat zijn de risico’s, welke afspraken zijn er tot nu toe gemaakt?
Vanwege het coronavirus wordt gezocht naar een latere datum, zo mogelijk nog voor de zomervakantie. Hebt u vragen over de zoutwinning en wilt u zo lang niet wachten? Spreek dan een van onze bestuursleden aan, of stuur een mail via 'Contact'.
Na de zoutwinning worden de cavernes met cementpluggen afgesloten. De achterblijvende pekel warmt steeds verder op en er blijft zout naar de caverne toe 'kruipen'. Wat gebeurt er als de druk blijft toenemen?
Mede op verzoek van de SBHH bogen internationale wetenschappers zich over deze vraag. Bij diepere cavernes (zoals Frisia boort) is het niet duidelijk of er weer een veilige balans kan ontstaan. De caverne kan op verschillende manieren gaan lekken. De onderzoeksrapporten vindt u onder 'Downloads'. De SBHH wil nader onderzoek, zoals de wetenschappers zelf ook voorstellen.
De SBHH is door het Ministerie van EZK gevraagd mee te schrijven aan een schadeprotocol voor zoutwinning. Wie schade denkt te hebben door gaswinning, waar ook in Nederland, hoeft daarvoor zelf het bewijs niet meer te leveren. Dat wordt ook het uitgangspunt voor het nieuwe zoutprotocol.
In de toekomst wordt alle mijnbouwschade afgehandeld door één landelijk loket. De invulling daarvan moet in de loop van 2020 duidelijk worden. De verkenning van de nieuwe opzet valt hier te lezen.
Onze stichting wil alle schade door zoutwinning voorkómen. Toch kijken we ook naar de beste manier om bewoners te ontzorgen, mocht onverhoopt toch schade ontstaan. Daarover spreken we onder andere met het Staatstoezicht op de Mijnen. Inspecteur-generaal Theodor Kockelkoren: ‘Wij blijven graag het goede overleg voortzetten, met name over de wijze van ontzorgen van de bewoners, mede ook vanuit de gedachte dat uw initiatief als pilot kan dienen voor de aanpak elders.’ In november 2019 wisselden we in Den Haag weer van gedachten naar aanleiding van deze brief.
(Op de foto Inspecteur-generaal Theodor Kockelkoren - Foto: Jos Schuurman)
In 2018 en 2019 voerde de SBHH gesprekken met Wetterskip Fryslân vanwege mogelijke verbanden tussen bodemdaling, scheefstelling, zoutwinning en bijkomende processen zoals waterpeilverlaging, gaswinning of inklinking. ‘De zoutwinning onder de Waddenzee heeft zeker onze interesse’, liet het waterschap weten, ‘vooral als de bodemdaling de vaste wal en dus ook de primaire waterkering dreigt te bereiken.’ Op basis daarvan heeft het Wetterskip besloten te gaan participeren in de Pilot Harlingen. De betreffende brief kunt u hier lezen.
In opdracht van de Nederlandse School voor Openbaar Bestuur (NSoB) bracht een studiegroep van de Interdepartementale Management Leergang een tijdschrift uit rond het thema ‘transities’. Hierin werd ook aandacht besteed aan het proces dat in Harlingen rond de zoutwinning wordt doorlopen. Lees het artikel hier.
In een bijeenkomst met de raadsfracties van Wad’npartij, GroenLinks en de PvdA is besproken hoe het staat met afspraken over de zoutwinning. Hoe gaan de metingen eruit zien, hoe hard zijn de afspraken? Het gesprek werd georganiseerd naar aanleiding van vragen in de gemeenteraad.
Gedeputeerde Michiel Schrier was 18 maart een van de ondertekenaars van de Samenwerkingsovereenkomst. Alle stakeholders hebben toegezegd mee te delen in de kosten van de uitwerking van de overeenkomst. Als eerste heeft de provincie Fryslân dat nu concreet gemaakt door de SBHH een jaarlijks bedrag toe te zeggen van € 12.500,-- voor een periode van 30 jaar. Het geld is onder meer bedoeld voor het onafhankelijk laten interpreteren van de meetgegevens en voor de communicatie rond de Pilot Harlingen.
Het ministerie van Economische Zaken startte in Ternaard een serie overleggen om de sterk verdeelde partijen op een lijn te krijgen. Dit zogenoemde 'Omgevingsproces Ternaard' klopte bij de SBHH aan vanwege de Samenwerkingsovereenkomst die 18 maart werd ondertekend. Hoe konden in Harlingen zo snel afspraken worden gemaakt over de veiligheid bij de zoutwinning? En zou Ternaard daar van kunnen leren? Dit schreef de Harlinger Courant er over.
Tijdens de halfjaarlijkse ledenvergadering van Oud Harlingen praatte voorzitter Jarig Langhout de aanwezigen bij over de stand van zaken. Sinds de leden tijdens de vergadering van 17 november 2017 een motie over de zoutwinning aannamen is er veel gebeurd en bereikt. Twee punten uit de motie liggen nog voor de schop: een afdoende schadefonds voor alle soorten schade en omgekeerde bewijslast in het Harlinger zoutwingebied. Daar blijft de stichting aan werken.
Direct aansluitend op de EK-kwalificatiewedstrijd Nederland-Duitsland besteedde het achtuurjournaal van de NOS aandacht aan de Samenwerkingsovereenkomst die eerder die week in Harlingen was getekend. Kijk hiernaast het item terug.
De SBHH, Frisia Zout, de gemeente Harlingen en de provincie Friesland gaan samenwerken om Harlingen te beschermen en de inwoners optimaal te informeren. Ze tekenden daarover 18 maart een overeenkomst. Afgesproken is onder andere dat Frisia een Aanvullend Meetnet in de stad aanlegt dat trillingen, daling en scheefstand in de ondergrond registreert. Minister Wiebes van EZK en ook het Staatstoezicht op de Mijnen zien de samenwerking als een voorbeeldpilot voor de rest van Nederland. Klik hier om de Samenwerkingsovereenkomst te lezen.